Besluit van 2 juli 1938, houdende bepalingen tot uitvoering van de Wet op de weerkorpsen
Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz., enz., enz.
Op de voordracht van Onze Ministers van Justitie van 24 Januari 1938, 5de Afdeeling,
n°. 500G, van Binnenlandsche Zaken van 28 Januari 1938, Afdeeling Binnenlandsch Bestuur,
n°. 1709, en van Defensie van 28 Januari 1938, Geheim Litt. W.23;
Gezien artikel 1 van de wet van den 11den September 1936, Staatsblad n°. 206, houdende voorzieningen omtrent weerkorpsen;
Den Raad van State gehoord (advies van 1 Maart 1938, n°. 22);
Gezien het nader rapport van Onze voornoemde Ministers van 11 Juni 1938, 5de Afdeeling,
n°. 3384 G, 17 Juni 1938, Afdeeling Binnenlandsch Bestuur, n°. 16791, en 28 Juni 1938,
Geheim Litt. Z.158;
Hebben goedgevonden en verstaan: