Stb. 2014, 503, datum inwerkingtreding 17-12-2014, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 24-03-2014.
Het artikel is nieuw ingevoegd.
Stb. 2015, 465, datum inwerkingtreding 11-12-2015, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 24-03-2014.
1 Op aanvragen om gebruik te maken van de vrijwillige verzekering, bedoeld in artikel
38, eerste lid, die zijn ingediend voor de datum van inwerkingtreding van de Wet van
26 november 2014 tot wijziging van de Algemene Ouderdomswet in verband met wijziging
van de voorwaarden voor de vrijwillige verzekering over een achterliggende periode
en wijziging van de Participatiewet in verband met wijziging van de berekening en
de periodieke aanpassing van de bijstandsnormen voor pensioengerechtigden (Stb. 2014,
502) blijft artikel 38, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet, zoals dat luidde
op de dag voorafgaand aan die datum van inwerkingtreding van toepassing.
2 Op aanvragen om gebruik te maken van de vrijwillige verzekering, bedoeld in artikel
38, eerste lid, die zijn ingediend op of na de datum van inwerkingtreding van de Wet
van 26 november 2014 tot wijziging van de Algemene Ouderdomswet in verband met wijziging
van de voorwaarden voor de vrijwillige verzekering over een achterliggende periode
en wijziging van de Participatiewet in verband met wijziging van de berekening en
de periodieke aanpassing van de bijstandsnormen voor pensioengerechtigden (Stb. 2014,
502) is artikel 38, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet, zoals dat door die wet
is komen te luiden van toepassing.