Besluit van 8 mei 1959, houdende regelen betreffende de schadeloosstelling, bedoeld
in artikel 5 van de Wet van 10 juli 1952 (Stb. 407) ter verzekering van het beschikbaar
blijven van goederen voor het geval van oorlog, oorlogsgevaar, daaraan verwante of
daarmede verband houdende buitengewone omstandigheden
Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz., enz., enz.
Op de voordracht van Onze Ministers van Economische Zaken, van Binnenlandse Zaken,
Bezitsvorming en Publiekrechtelijke Bedrijfsorganisatie en van Financiën van 30 augustus
1958, no. 32543 W.J.A.;
Gelet op artikel 5 van de wet van 10 juli 1952 (Stb. 407);
De Raad van State gehoord (advies van 4 november 1958, no. 33);
Gezien het nader rapport van Onze voornoemde Ministers van 29 april 1959, no. 871
W.J.A.;
Hebben goedgevonden en verstaan: