Besluit van 15 februari 1967, houdende regeling voor het toekennen van een verhuis-
en verblijfkostenvergoeding aan (gewezen) ministers en staatssecretarissen
Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz., enz., enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken van 24 oktober 1966, nr.
AB66/1866, Directie Overheidspersoneelsbeleid, Hoofdafdeling Overheidspersoneelszaken,
Afdeling Bezoldiging, Bureau IV;
Overwegende, dat het wenselijk is om de bestaande regeling met betrekking tot het
vergoeden van verhuis- en verblijfkosten aan ministers en staatssecretarissen, welke
berust op enkele eertijds door de ministerraad ter zake genomen beslissingen, te vervangen
door een regeling bij algemene maatregel van bestuur;
De Raad van State gehoord (advies van 16 november 1966, nr. 41);
Gezien het nader rapport van Onze voornoemde minister van 7 februari 1967, nr. AB66/2486,
Directie Overheidspersoneelsbeleid, Hoofdafdeling Overheidspersoneelszaken, Afdeling
Bezoldiging, Bureau IV;
Hebben goedgevonden en verstaan: