Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming
Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz., enz., enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de voorschriften van de
derde titel van het Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen 1945 (Stb. 1963, 271) door andere regelen met betrekking tot de totstandkoming van lonen en
andere arbeidsvoorwaarden te vervangen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: