Besluit van 19 oktober 1978, houdende regelen betreffende bepaalde produktiemethoden
van eieren
Wij Juliana, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz., enz., enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw en Visserij en de Staatssecretaris
van Economische Zaken (Th. M. Hazekamp) van 18 mei 1978 (Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische
Zaken, nr. J 1717);
Gehoord het Landbouwschap, het Produktschap voor Pluimvee en Eieren, het Bedrijfschap
voor de Groothandel in Eieren, het Bedrijfschap voor de Detailhandel in Melk en Melk-
en Zuivelprodukten, de Consumentenbond, het Konsumenten Kontakt, de Nederlandse Vereniging
tot Bescherming van Dieren en de Belangengroep "Rechten voor al wat leeft";
Overwegende dat, ter bevordering van de afzet, regelen moeten worden gesteld met betrekking
tot de aanduiding en produktiewijze van scharreleieren;
Gelet op de artikelen 2, 3, 6, 7, 8, 9 en 12, eerste lid, van de Landbouwkwaliteitswet (Stb. 1971, 371);
De Raad van State gehoord (advies van 19 juli 1978, nr. 18);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Landbouw en Visserij en de Staatssecretaris
van Economische Zaken (Th. M. Hazekamp) van 6 oktober 1978 (Directie Juridische en
Bedrijfsorganisatorische Zaken, nr. J 2740);
Hebben goedgevonden en verstaan: