Instellingsbeschikking Coördinatiecommissie Maatschappelijke Dienstverlening Buitengewoon Onderwijs

[Regeling vervallen per 23-01-2014.]
Geraadpleegd op 18-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 23-01-2014 en zichtdatum 23-01-2014.
Geldend van 01-01-1981 t/m 22-01-2014

Instellingsbeschikking Coördinatiecommissie Maatschappelijke Dienstverlening Buitengewoon Onderwijs

De Staatssecretaris van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk en de Staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen,

Besluiten:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 23-01-2014]

Te rekenen van 1 januari 1981 zijn op de Coördinatiecommissie Maatschappelijke Dienstverlening Buitengewoon Onderwijs, hierna te noemen: de Coördinatiecommissie, de volgende bepalingen van toepassing.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 23-01-2014]

De Coördinatiecommissie heeft tot taak regelmatig werkoverleg te bevorderen tussen de Ministeries van Onderwijs en Wetenschappen en van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk met betrekking tot maatschappelijke dienstverlening en buitengewoon onderwijs, ter afstemming van beleidsvoorbereiding en beleidsvoering op het gebied van gemeenschappelijke problemen.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 23-01-2014]

De Coördinatiecommissie heeft de bevoegdheid gevraagd en ongevraagd advies uit te brengen aan de Minister van Onderwijs en Wetenschappen en aan de Minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 23-01-2014]

De Coördinatiecommissie bestaat uit tien leden, te weten vier ambtenaren van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen en zes ambtenaren van het Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 23-01-2014]

De Coördinatiecommissie vergadert in de regel eens per twee maanden; de voorzitter en de secretaris kunnen deskundigen niet-leden voor de vergaderingen van de commissie uitnodigen.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 23-01-2014]

De Coördinatiecommissie kan met inachtneming van de bepalingen van deze beschikking haar werkwijze naar eigen inzicht regelen.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 23-01-2014]

De kosten voortvloeiende uit de door, namens of in opdracht van de Coördinatiecommissie verrichte werkzaamheden komen, na verkregen goedkeuring van de Minister, ten laste van het Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 23-01-2014]

Het beheer van de bescheiden betreffende de werkzaamheden van de commissie geschiedt met inachtneming van de ter zake geldende bepalingen van het Besluit Post- en Archiefzaken rijksadministratie 1950 (Stb. K 425) op overeenkomstige wijze als ten departemente van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk. De bescheiden worden bij opheffing van de commissie opgenomen in het archief van het departement.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 23-01-2014]

Deze beschikking, waarvan mededeling zal worden gedaan in de Nederlandse Staatscourant, zal in afschrift worden gezonden aan de Algemene Rekenkamer.

De

Staatssecretaris

van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk,

G. C. Wallis de Vries

De

Staatssecretaris

van Onderwijs en Wetenschappen,

A. J. Hermes