Stb. 2006, 353, datum inwerkingtreding 02-08-2006, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 05-09-2005.
1 Indien de commandant of de militair in werkelijke dienst dit wenselijk vindt, wordt
een beoordeling opgemaakt. De militair dient daartoe een aanvraag in bij de commandant.
2 Het hoofd defensieonderdeel en de commandant operationeel commando kunnen opdracht
geven tot het opmaken van een beoordeling.
3 De militair wordt beoordeeld omtrent de wijze waarop hij zijn functie heeft vervuld
en omtrent zijn gedrag in relatie tot die functie, gedurende het beoordelingstijdvak.
Indien een militair naast de uit zijn functie voortvloeiende werkzaamheden andere
opgedragen werkzaamheden of diensten heeft verricht, wordt hij tevens omtrent de wijze
waarop hij die werkzaamheden of diensten heeft verricht en omtrent zijn gedrag in
relatie tot die werkzaamheden of diensten beoordeeld. De beoordeling is gebaseerd
op concrete handelingen, resultaten en gedragingen van de te beoordelen militair.
4 Bij het opmaken van een beoordeling kan een toekomstverwachting worden opgemaakt.
5 Het beoordelingstijdvak omvat een periode van ten minste zes maanden en ten hoogste
twee jaren. Per kalenderjaar kan maximaal één beoordeling worden opgemaakt.
6 De beoordeling wordt opgemaakt door een eerste en in beginsel een tweede beoordelaar.
Als eerste beoordelaar treedt op de functionele chef van de militair. De tweede beoordelaar
is de commandant van de militair dan wel een door de commandant aangewezen functionaris.
In het geval de commandant is opgetreden als eerste beoordelaar, treedt in beginsel
als tweede beoordelaar op de functionele chef van de commandant.
7 Gelet op de vereiste deskundigheid kan bij het uitbrengen van een beoordeling een
personeelsbeoordelingsadviseur aan de beoordelaar worden toegevoegd.
8 Na het opmaken van de beoordeling van de militair:
-
a. wordt met de militair zijn beoordeling besproken;
-
b. krijgt de militair een afschrift van zijn beoordeling uitgereikt;
-
c. krijgt hij de gelegenheid zijn bedenkingen tegen de omtrent hem opgemaakte beoordeling
binnen 2 weken schriftelijk bij de tweede beoordelaar kenbaar te maken, tenzij er
geen tweede beoordelaar is; indien er geen tweede beoordelaar is, worden de bedenkingen
kenbaar gemaakt bij de eerste beoordelaar.
9 Nadat de beoordeling door de tweede beoordelaar is vastgesteld, wordt aan de militair
een afschrift verstrekt. Deze bepaling is van overeenkomstige toepassing indien er
sprake is van één beoordelaar.
10 Onze Minister stelt beleidsregels ten aanzien van het opmaken en vaststellen van beoordelingen
alsmede het beoordelingsformulier volgens welke de militair wordt beoordeeld.
Stb. 2006, 353, datum inwerkingtreding 02-08-2006, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 05-09-2005.
1 Indien de commandant of de militair in werkelijke dienst dit wenselijk vindt, wordt
een beoordeling opgemaakt. De militair dient daartoe een aanvraag in bij de commandant.
2 Het hoofd defensieonderdeel en de commandant operationeel commando kunnen opdracht
geven tot het opmaken van een beoordeling.
3 De militair wordt beoordeeld omtrent de wijze waarop hij zijn functie heeft vervuld
en omtrent zijn gedrag in relatie tot die functie, gedurende het beoordelingstijdvak.
Indien een militair naast de uit zijn functie voortvloeiende werkzaamheden andere
opgedragen werkzaamheden of diensten heeft verricht, wordt hij tevens omtrent de wijze
waarop hij die werkzaamheden of diensten heeft verricht en omtrent zijn gedrag in
relatie tot die werkzaamheden of diensten beoordeeld. De beoordeling is gebaseerd
op concrete handelingen, resultaten en gedragingen van de te beoordelen militair.
4 Bij het opmaken van een beoordeling kan een toekomstverwachting worden opgemaakt.
5 Het beoordelingstijdvak omvat een periode van ten minste zes maanden en ten hoogste
twee jaren. Per kalenderjaar kan maximaal één beoordeling worden opgemaakt.
6 De beoordeling wordt opgemaakt door een eerste en in beginsel een tweede beoordelaar.
Als eerste beoordelaar treedt op de functionele chef van de militair. De tweede beoordelaar
is de commandant van de militair dan wel een door de commandant aangewezen functionaris.
In het geval de commandant is opgetreden als eerste beoordelaar, treedt in beginsel
als tweede beoordelaar op de functionele chef van de commandant.
7 Gelet op de vereiste deskundigheid kan bij het uitbrengen van een beoordeling een
personeelsbeoordelingsadviseur aan de beoordelaar worden toegevoegd.
8 Na het opmaken van de beoordeling van de militair:
-
a. wordt met de militair zijn beoordeling besproken;
-
b. krijgt de militair een afschrift van zijn beoordeling uitgereikt;
-
c. krijgt hij de gelegenheid zijn bedenkingen tegen de omtrent hem opgemaakte beoordeling
binnen 2 weken schriftelijk bij de tweede beoordelaar kenbaar te maken, tenzij er
geen tweede beoordelaar is; indien er geen tweede beoordelaar is, worden de bedenkingen
kenbaar gemaakt bij de eerste beoordelaar.
9 Nadat de beoordeling door de tweede beoordelaar is vastgesteld, wordt aan de militair
een afschrift verstrekt. Deze bepaling is van overeenkomstige toepassing indien er
sprake is van één beoordelaar.
10 Onze Minister stelt beleidsregels ten aanzien van het opmaken en vaststellen van beoordelingen
alsmede het beoordelingsformulier volgens welke de militair wordt beoordeeld.