Besluit van 15 november 1982, houdende regelen ter uitvoering van de artikelen 153
lid 4 en 263 lid 4 van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 10 september 1982, nr. 447/682;
Gelet op de artikelen 153 lid 4 en 263 lid 4 van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek;
De Sociaal Economische Raad gehoord (advies van 18 december 1981);
De Raad van State gehoord (advies van 25 oktober 1982, nr. 2491/07/8242);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie van 11 november 1982, nr.
550/682;
Hebben goedgevonden en verstaan: