Wet van 22 december 1982, houdende uitvoering van aanbevelingen als bedoeld in artikel
63, derde lid, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen
en Staal
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is een wettelijke grondslag
te scheppen voor de uitvoering in Nederland van aanbevelingen als bedoeld in artikel 63, derde lid, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (Trb. 1951, 82);
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: