Besluit van 25 maart 1983, tot vaststelling van een algemene maatregel van bestuur
ter uitvoering van de Wet op de gevaarlijke werktuigen (Stb. 1952, 104)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, mevr.
mr. A. Kappeyne van de Coppello, in overeenstemming met Onze Minister van Verkeer
en Waterstaat, van 24 januari 1983, Directoraat-Generaal van de Arbeid, Hoofdafdeling
Wetgevingsbeleid, nr. 130773;
Overwegende dat het wenselijk is regelen te stellen ter uitvoering van de Internationale
Overeenkomst voor Veilige Containers (Trb. 1976, 28, en 1982, 50);
Gelet op artikel 1, eerste lid, onder a, artikel 2, artikel 3, eerste en tweede lid, artikel 6, artikel 12, derde lid, en artikel 24 van de Wet op de gevaarlijke werktuigen (Stb. 1952, 104);
De Raad van State gehoord (advies van 25 februari 1983, nr. W12.83.0071/23.3.08);
Gezien het nader rapport van voornoemde Staatssecretaris van 21 maart 1983, Directoraat-Generaal
van de Arbeid, Hoofdafdeling Wetgevingsbeleid, nr. 134385;
Hebben goedgevonden en verstaan: