Besluit samenloop wettelijke regelingen

Toekomstige wijziging(en) op 04-06-1987. Zie het overzicht van wijzigingen.
Geraadpleegd op 26-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 06-01-2014.
Geldend van 01-08-1986 t/m heden

Besluit van 6 juli 1984, houdende vaststelling van een algemene maatregel van bestuur inzake samenloop wettelijke regelingen als bedoeld in artikel 4 van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940-1945 (Stb. 1984, 94)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur van 30 maart 1984, Directie Verzetsdeelnemers en Vervolgden, nr. DVV/BV-U 4911 I;

Gelet op artikel 4 van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940-1945 (Stb. 1984, 94);

De Raad van State gehoord (advies van 16 mei 1984, nr. W 13.84.0154/24.4.19.);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur van 21 juni 1984, Directie Verzetsdeelnemers en Vervolgden, nr. DVV/BV-U5203;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 2

Artikel 4, aanhef en onder b, van de wet is niet van toepassing op:

Artikel 3

Artikel 4, aanhef en onder b, van de wet is, voor zover het bijzondere voorzieningen betreft als bedoeld in hoofdstuk II, paragraaf 8, van de wet, noodzakelijk gemaakt door invaliditeit als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de wet, niet van toepassing op het burger-oorlogsslachtoffer dat recht heeft op een buitengewoon pensioen krachtens artikel 4 van de Wet buitengewoon pensioen 1940-1945, krachtens artikel 3 van de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers of krachtens artikel 6 van de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet, dat is berekend naar een invaliditeitspercentage respectievelijk arbeidsongeschiktheidspercentage van 80 of meer, of op een uitkering krachtens artikel 7, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945.

Artikel 4

Artikel 4, aanhef en onder c, van de wet is niet van toepassing op de nabestaande van het burger-oorlogsslachtoffer, dat recht heeft op een buitengewoon pensioen krachtens artikel 14 van de Wet buitengewoon pensioen 1940-1945, krachtens artikel 14 van de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers of krachtens artikel 19 van de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet, tenzij dat pensioen is berekend met toepassing van artikel 17 , onder a, van een van beide eerstgenoemde wetten of met toepassing van artikel 22, onder a, van laatstgenoemde wet.

Artikel 5

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot 1 juli 1981.

Lasten en bevelen, dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat daarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State en de Algemene Rekenkamer.

's-Gravenhage, 6 juli 1984

Beatrix

De Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur,

J. P. van der Reijden

Uitgegeven de achtentwintigste augustus 1984

De Minister van Justitie,

F. Korthals Altes