Besluit van 31 mei 1985, tot uitvoering van de artikelen 3, tweede lid, 9, 12, 14
en 15 van de Wet op de dierproeven (Stb. 1977, 67)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur van
8 februari 1985, DG VGZ/VVP, no. 143898;
Gelet op de artikelen 3, tweede lid, 9, 12, 14 en 15 van de Wet op de dierproeven (Stb. 1977, 67);
Gezien het advies van de Commissie van advies voor de dierproeven van 4 augustus 1982;
De Raad van State gehoord (advies van 3 mei 1985, W13.85.0097/15.5.18.);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur
van 21 mei 1985, DGVGZ/VVP, no. 81688;
Hebben goedgevonden en verstaan: