Wet van 25 mei 1990, houdende regels met betrekking tot collectieve preventie op het
gebied van de volksgezondheid
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is wettelijke regels te stellen
betreffende de bemoeienis van gemeentebesturen met collectieve preventie op het gebied
van de volksgezondheid alsmede een wettelijke basis te bieden voor specifieke uitkeringen
ter zake;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: