Wet van 7 juni 1990, houdende vaststelling van de Wet loonkostenreductie op minimumloonniveau
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut!
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een regeling te treffen
ter verlaging van de loonkosten van werkgevers met werknemers op minimumloonniveau
ter bevordering van de werkgelegenheid van in het bijzonder personen met een lage
opleiding;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: