Wet van 2 november 1990, tot wijziging van de gemeentewet in verband met de overdracht
van taken van de rijksbelastingdienst betreffende de heffing en de invordering van
de onroerend-goedbelastingen aan de gemeenten
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de taken die de rijksbelastingdienst
verricht met betrekking tot de heffing en de invordering van de gemeentelijke onroerend-goedbelastingen
over te dragen aan de gemeenten en in verband daarmee de gemeentewet te wijzigen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: