-
a.
authenticeren: volgen van een procedure die de betaaldienstverlener in staat stelt het gebruik van
het betaalinstrument te verifiëren, met inbegrip van de gepersonaliseerde veiligheidskenmerken;
-
b.
automatische afschrijving: betaaldienst waarbij de betaalrekening van de betaler wordt gedebiteerd en waarbij
de betalingstransactie wordt geïnitieerd door de begunstigde op basis van een door
de betaler aan de begunstigde, aan de betaaldienstverlener van de begunstigde of aan
de betaaldienstverlener van de betaler verstrekte instemming;
-
c.
begunstigde: natuurlijke persoon of rechtspersoon die de beoogde ontvanger is van de geldmiddelen
waarop een betalingstransactie betrekking heeft;
-
d.
betaaldienst: bedrijfswerkzaamheid als bedoeld in de bijlage bij de richtlijn;
-
e.
betaaldienstgebruiker: natuurlijke persoon of rechtspersoon die in de hoedanigheid van betaler, begunstigde
of beide van een betaaldienst gebruik maakt;
-
f.
betaaldienstverlener: dienstverlener als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de richtlijn en natuurlijk
persoon of rechtspersoon waarop een vrijstelling krachtens artikel 2:3d van de Wet op het financieel toezicht van toepassing is;
-
g.
betaalinstrument: gepersonaliseerd instrument of gepersonaliseerde instrumenten of het geheel van procedures,
overeengekomen tussen de betaaldienstgebruiker en de betaaldienstverlener, waarvan
de betaaldienstgebruiker gebruik maakt om een betaalopdracht te initiëren;
-
h.
betaalopdracht: door een betaler of begunstigde aan zijn betaaldienstverlener gegeven opdracht om
een betalingstransactie uit te voeren;
-
i.
betaalrekening: op naam van een of meer betaaldienstgebruikers aangehouden rekening die voor de uitvoering
van betalingstransacties wordt gebruikt;
-
j.
betaler: natuurlijke persoon of rechtspersoon die houder is van een betaalrekening en een
betalingstransactie vanaf die betaalrekening toestaat, hetzij bij ontbreken van een
betaalrekening, een natuurlijke persoon of rechtspersoon die een betaalopdracht geeft;
-
k.
betalingstransactie: door de betaler of de begunstigde geïnitieerde handeling waarbij geldmiddelen worden
gedeponeerd, overgemaakt of opgenomen, ongeacht of er onderliggende verplichtingen
tussen de betaler en de begunstigde zijn;
-
l.
consument: niet in de uitoefening van zijn bedrijf of beroep handelende natuurlijke persoon
aan wie een betaaldienstverlener een betaaldienst verleent of aan wie deze voornemens
is een betaaldienst te verlenen;
-
m.
duurzame drager: hulpmiddel dat het de betaaldienstgebruiker mogelijk maakt de aan hem persoonlijk
gerichte informatie op zodanige wijze op te slaan dat deze gedurende een voor het
doel van de informatie toereikende periode kan worden geraadpleegd en waarmee de opgeslagen
informatie ongewijzigd kan worden gereproduceerd;
-
n.
geldmiddelen: chartaal geld, giraal geld of elektronisch geld als bedoeld in artikel 1, derde lid,
onder b), van richtlijn nr. 2000/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van de
Europese Unie van 18 september 2000 betreffende de toegang tot de uitoefening van
en het bedrijfseconomisch toezicht op de werkzaamheden van instellingen voor elektronisch
geld (Pb L 275);
-
o.
raamovereenkomst: overeenkomst die de uitvoering beheerst van afzonderlijke en opeenvolgende betalingstransacties
en die de verplichtingen en voorwaarden voor de opening van een betaalrekening kan
omvatten;
-
p.
referentierentevoet: rentevoet die als grondslag wordt gehanteerd voor de berekening van eventueel in
rekening te brengen interesten en die afkomstig is van een bron welke door het publiek
kan worden geraadpleegd en door beide partijen bij een betaaldienstovereenkomst kan
worden geverifieerd;
-
q.
referentiewisselkoers: wisselkoers die als berekeningsgrondslag wordt gehanteerd bij een valutawissel en
die door de betaaldienstverlener beschikbaar wordt gesteld of afkomstig is van een
bron die door het publiek kan worden geraadpleegd;
-
r.
richtlijn: richtlijn nr. 2007/64/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie
van 13 november 2007 betreffende betalingsdiensten in de interne markt (Pb EU L 319);
-
s.
unieke identificator: door de betaaldienstverlener aan de betaaldienstgebruiker medegedeelde combinatie
van letters, nummers en symbolen, die de betaaldienstgebruiker dient te verstrekken
om de andere bij een betalingstransactie betrokken betaaldienstgebruiker of zijn betaalrekening
ondubbelzinnig te identificeren;
-
t.
valutadatum: referentietijdstip dat door een betaaldienstverlener wordt gebruikt voor de berekening
van de interesten op de geldmiddelen waarmee een betaalrekening wordt gedebiteerd
of gecrediteerd;
-
u.
werkdag: dag waarop de relevante betaaldienstverlener van de betaler of de betaaldienstverlener
van de begunstigde die betrokken is bij de uitvoering van een betalingstransactie
open is voor de daarvoor vereiste werkzaamheden;