Wet van 18 december 1991, houdende wijziging van bepalingen van de Mediawet met het
oog op de invoering van landelijke commerciële omroep
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is, mede gezien de internationale
ontwikkelingen, landelijke commerciële omroep via draadomroepinrichtingen mogelijk
te maken, de publieke omroep te versterken en de toegang voor programma's van buitenlandse
omroepinstellingen te herzien;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: