Artikel 12. Begripsbepalingen
In deel II van dit besluit wordt verstaan onder:
wet: deel II van de Wet op het voortgezet onderwijs;
Onze Minister: Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen;
school: een school voor voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in artikel 125 van de wet, tenzij het tegendeel blijkt;
bevoegd gezag: wat betreft
-
a. een openbare school of instelling: het college van burgemeester en wethouders, voor
zover de raad niet anders bepaalt, en, indien de raad dit wenselijk oordeelt, met
inachtneming van door hem te stellen regelen, dan wel het krachtens een gemeenschappelijke
regeling bevoegde orgaan;
-
b. een bijzondere school of instelling: de rechtspersoon, bedoeld in artikel 175 van de wet;
schooljaar: het tijdvak van 1 augustus tot en met 31 juli daaropvolgend;
teldatum: een van de data, bedoeld in artikel 234 van de wet;
schoolsoort: soort school als bedoeld in artikel 131, van de wet, verdeeld als aangegeven in artikel 125, tweede lid, van de wet;
leerling met een niet-Nederlandse culturele achtergrond: leerling:
-
a. die behoort tot de Molukse bevolkingsgroep;
-
b. van wie ten minste een van de ouders of voogden afkomstig is uit Griekenland, Italië,
het voormalige Joegoslavië, Kaapverdië, Marokko, Portugal, Spanje, Tunesië of Turkije;
-
c. van wie ten minste een van de ouders of voogden afkomstig is uit Suriname, de Nederlandse
Antillen of Aruba;
-
d. van wie ten minste een van de ouders of voogden als vreemdeling rechtmatig verblijf
heeft op grond van een verblijfsvergunning als bedoeld in artikel 28 of 33 van de
Vreemdelingenwet 2000;
-
e. van wie ten minste een van de ouders of voogden afkomstig is uit een ander niet-Engelstalig
land buiten Europa, echter met uitzondering van Indonesië;
vakonderwijs: onderwijs dat gegeven wordt door een leraar die uitsluitend is benoemd
voor het geven van bepaalde onderwijsactiviteiten of vakken;
groepsonderwijs: onderwijs dat gegeven wordt door een leraar die niet is benoemd voor
het geven van vakonderwijs;
ambulante begeleiding: de begeleiding door een aan een school verbonden leraar van
een of meer leerlingen in het voortgezet onderwijs die zonder deze begeleiding zou
onderscheidenlijk zouden zijn aangewezen op het onderwijs dat de school verzorgt,
alsmede de ondersteuning van een school voor voortgezet onderwijs bij de opvang van
zodanige leerlingen door een leraar, orthopedagoog, psycholoog of logopedist van de
school;
formatiebudget: het formatiebudget, bedoeld in artikel 235, eerste lid, van de wet.