Besluit van 18 augustus 1992, tot vaststelling van een algemene maatregel van bestuur
krachtens artikel 24 van de Wet milieugevaarlijke stoffen
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
van 30 maart 1992, nr. MJZ30392017, Centrale Directie Juridische Zaken, afdeling wetgeving,
gedaan mede namens Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Staatssecretaris
van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur;
Overwegende dat het noodzakelijk is het gebruik van pentachloorfenol en de verbindingen
daarvan te beperken ter uitvoering van de Richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen
van 21 maart 1991 (91/173/EEG, PbEG L 85), houdende negende wijziging van Richtlijn 76/769/EEG (PbEG L 262) betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke
bepalingen der Lid-Staten inzake de beperking van het op de markt brengen en van het
gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen en preparaten;
Gelet op de artikelen 24 en 39, derde lid, van de Wet milieugevaarlijke stoffen (Stb. 1985, 639);
De Raad van State gehoord (advies van 13 juli 1992, nr. W08.92 0140);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening
en Milieubeheer van 10 augustus 1992, nr. MJZ 10892035, Centrale Directie Juridische
Zaken, afdeling wetgeving, uitgebracht mede namens Onze Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid en de Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur;
Hebben goedgevonden en verstaan: