Wet van 29 oktober 1992, houdende regels betreffende bevolkingsonderzoek
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is met het oog op de bescherming
van de bevolking de uitvoering van bevolkingsonderzoek dat een gevaar kan vormen voor
de gezondheid van de te onderzoeken personen aan een vergunningstelsel te onderwerpen,
en dat geen behoefte meer bestaat aan een afzonderlijke regeling betreffende het röntgenologisch
borstonderzoek op tuberculose, zoals neergelegd in de Wet bevolkingsonderzoek op tuberculose
(Stb. 1951, 288);
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: