Stb. 2003, 57, datum inwerkingtreding 19-02-2003, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 07-03-2002.
Werkt niet terug ten aanzien van de gemeenten Bemmel, Bergen, Dalfsen, Denekamp, Echt-Susteren,
Hardenberg, Hof van Twente, Hulst, Kesteren, Olst-Wijhe, Oss, Overbetuwe, Raalte,
Rijssen, Sittard-Geleen, Sluis, Steenwijk, Terneuzen, Venlo, Zwartewaterland en Zwijndrecht.
Medezeggenschapsraad
[Regeling vervallen per 01-03-2010]
1 Aan elke school is een medezeggenschapsraad verbonden.
2 Het aantal leden van de raad bedraagt aan een school met minder dan 250 leerlingen
ten hoogste 6 leden, met 250 tot 750 leerlingen ten hoogste 10 leden, met 750 tot
1250 leerlingen ten hoogste 14 leden en met 1250 of meer leerlingen ten hoogste 18
leden.
3 De raad bestaat uit
4 De aantallen leden, bedoeld in het derde lid onderdeel a en onderdeel b, zijn aan elkaar gelijk.
5 De leden, bedoeld in het derde lid onderdeel b, worden gekozen
-
a. uit en door de ouders, voor zover het betreft een basisschool of een speciale school
voor basisonderwijs;
-
b. uit en door de ouders, dan wel deels uit en door de ouders en deels uit en door de
leerlingen die de leeftijd van dertien jaar hebben bereikt, voor zover het betreft
een school voor speciaal onderwijs, een school voor speciaal en voortgezet speciaal
onderwijs, dan wel een instelling voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs;
-
c. deels uit en door de ouders en deels uit en door de leerlingen, voor zover het betreft
een school voor voortgezet onderwijs, een school voor voortgezet speciaal onderwijs
of een door Onze minister aangewezen inrichting voor voortgezet onderwijs;
-
d. uit en door de leerlingen, dan wel deels uit en door de leerlingen en deels uit en
door de ouders, voor zover het betreft een instelling voor educatie en beroepsonderwijs
als bedoeld in de Wet educatie en beroepsonderwijs;
-
e. uit en door de leerlingen, voor zover het betreft een door Onze minister aangewezen
inrichting voor voortgezet onderwijs.
6 Aan een scholengemeenschap, een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs,
een school voor speciaal onderwijs met daaraan verbonden een afdeling, een instelling
voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs en een school voor voorbereidend beroepsonderwijs
kan de verkiezing van de leden van de raad plaatsvinden volgens een stelsel, waarin
de scholen die in de scholengemeenschap zijn verenigd, onderscheidenlijk de afdelingen
waaruit de school bestaat, evenredig zijn vertegenwoordigd.
7 Geen lid van de raad kunnen zijn voor wat betreft
-
- een gemeentelijke school: zij die deel uitmaken van het college van burgemeester en
wethouders dan wel van de raad, respectievelijk zij die deel uitmaken van een bestuurscommissie
als bedoeld in artikel 83 van de Gemeentewet, die belast is met het bestuur van de
school;
-
- een andere openbare school: zij die deel uitmaken van het krachtens de desbetreffende
gemeenschappelijke regeling bevoegde orgaan;
-
- een bijzondere school: zij die deel uitmaken van het schoolbestuur dan wel, indien
de school uitgaat van een stichting of een vereniging, van het bestuur van de stichting
of de vereniging.
8 Een lid van de schoolleiding kan niet tevens lid zijn van de raad, indien hem is
opgedragen om namens het bevoegd gezag op te treden in besprekingen als bedoeld in
artikel 5, eerste lid, dan wel in het overleg, bedoeld in artikel 13, tweede lid.
9 Kandidaten voor de verkiezing van het deel van de raad dat uit en door het personeel
wordt gekozen, kunnen worden gesteld door personeelsleden en door organisaties van
personeel. Kandidaten voor de verkiezing van het deel van de raad dat uit en door
de ouders of de leerlingen wordt gekozen, kunnen worden gesteld door ouders of leerlingen
en door organisaties van ouders of leerlingen.
10 De verkiezing van de leden van de raad geschiedt bij geheime schriftelijke stemming.