Reisregeling binnenland

Geraadpleegd op 11-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-07-2004 en zichtdatum 01-07-2004.
Geldend van 01-01-2004 t/m 14-07-2004

Reisregeling binnenland

De Minister van Binnenlandse Zaken,

Gelet op het Reisbesluit binnenland;

Besluit:

Artikel 1

  • 2 De begripsomschrijvingen in artikel 2 van het besluit zijn voor de toepassing van deze regeling van overeenkomstige toepassing.

Artikel 2. Eigen motorvoertuig of bromfiets indien openbaar vervoer niet mogelijk of niet doelmatig is

  • 1 De vergoeding voor het gebruik van een eigen motorvoertuig als bedoeld in artikel 7 van het besluit bedraagt € 0,28 per afgelegde kilometer.

  • 2 De vergoeding voor het gebruik van een eigen bromfiets als bedoeld in artikel 7 van het besluit bedraagt € 0,10 per afgelegde kilometer.

Artikel 3. Eigen motorvoertuig of bromfiets indien openbaar vervoer wel doelmatig is

De vergoeding voor het gebruik van een eigen motorvoertuig of bromfiets als bedoeld in artikel 8 van het besluit bedraagt in beide gevallen € 0,09 per afgelegde kilometer.

Artikel 4. Fiets

De vergoeding voor het gebruik van een eigen fiets als bedoeld in artikel 9 van het besluit bedraagt € 0,05 per afgelegde kilometer, vermeerderd met de eventuele kosten van stalling.

Artikel 5. Vergoedingen wegens verblijfkosten

  • 1 De vergoeding wegens verblijfkosten als bedoeld in artikel 13, eerste lid, van het besluit omvat voor ieder vol etmaal dat de dienstreis duurt een bedrag van € 3,48 voor kleine uitgaven overdag (dagcomponent) alsmede een bedrag van € 10,42 voor kleine uitgaven 's-avonds (avondcomponent) vermeerderd met:

    • a. € 10,96 voor een lunch (lunchcomponent);

    • b. € 16,55 voor een avondmaaltijd (dinercomponent);

    • c. € 67,71 voor logies (logiescomponent);

    • d. € 6,57 voor een ontbijt (ontbijtcomponent).

  • 2 De aanspraak op de onder het eerste lid onderdeel a, b, c en d bedoelde vergoedingen bestaat slechts indien voor het verkrijgen van de respectievelijke verstrekkingen kosten zijn gemaakt in een daarvoor bestemde gelegenheid.

  • 3 Bij aansluitende dienstreizen kan de avondcomponent als bedoeld in het eerste lid niet langer dan voor de eerste acht avonden worden toegekend. Voor ieder volgend etmaal dat binnen die dienstreizen valt, wordt het bedrag van de avondcomponent gehalveerd.

  • 4 Voor een resterend gedeelte van een etmaal dan wel voor een incidentele dienstreis van kortere duur dan een etmaal worden de uit te keren bedragen voor verblijfkosten berekend overeenkomstig het eerste, het tweede en het derde lid, met dien verstande dat:

    • a. de dagcomponent slechts wordt toegekend, indien mede wordt voldaan aan de voorwaarde dat ten minste 4 uren in het resterende gedeelte of in de dienstreis valt;

    • b. de avondcomponent en de ontbijtcomponent slechts worden toegekend, indien mede wordt voldaan aan de voorwaarde dat een overnachting in het resterende gedeelte of in de dienstreis valt;

    • c. de lunchcomponent respectievelijk de dinercomponent slechts worden toegekend, indien mede wordt voldaan aan de voorwaarde dat de tijd tussen 12.00 uur en 14.00 uur respectievelijk tussen 18.00 uur en 21.00 uur geheel in het resterende gedeelte of in de dienstreis valt.

Artikel 6. Inwerkingtreding

Deze regeling, die zal worden gepubliceerd in de Staatscourant, treedt in werking op 1 april 1993.

De

Minister

van Binnenlandse Zaken,
voor deze,
de

Directeur-Generaal management en personeelsbeleid

,

H. A. P. M. Pont