Besluit van 29 april 1993, tot vaststelling van nieuwe regels inzake het verstrekken
van veiligheidsinformatiebladen aan beroepsmatige gebruikers van gevaarlijke stoffen
en preparaten
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 4 februari
1993, Directoraat-Generaal van de Arbeid, Afdeling Wetgeving en Juridische Zaken,
nr. DGA/AIB/WJZ/93/00543A;
Gelet op de richtlijn nr. 91/155/EEG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 5 maart 1991 houdende beschrijving
en vaststelling van de wijze van uitvoering voor het systeem voor specifieke informatie
inzake gevaarlijke preparaten krachtens artikel 10 van richtlijn 88/379/EEG van de Raad (PbEG L 76) en op artikel 27 van de richtlijn nr. 92/32/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 30 april 1992 tot zevende wijziging
van richtlijn 67/548/EEG betreffende de aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen inzake
de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke stoffen (PbEG L 154), alsmede op artikel 24 van de Wet milieugevaarlijke stoffen;
De Raad van State gehoord (advies van 30 maart 1993, nr. W12.93.0078);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van
22 april 1993, Directoraat-Generaal van de Arbeid, Afdeling Wetgeving en Juridische
Zaken, nr. DGA/AIB/WJZ/93/04097A;
Hebben goedgevonden en verstaan: