Stcrt. 2003, 99, datum inwerkingtreding 25-05-2003, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-04-2003.
1 Planten, plantaardige produkten of andere materialen, van herkomst uit een derde land,
en genoemd in bijlage V, deel B, van richtlijn 2000/29/EG, worden door een ambtenaar van de Plantenziektenkundige Dienst danwel een beambte
van een onder verantwoordelijkheid van de Plantenziektenkundige Dienst functionerende
instelling, onderworpen aan een grondig onderzoek ten einde na te gaan:
-
a. of de zending niet is aangetast door de in bijlage I, deel A, bij richtlijn 2000/29/EG genoemde schadelijke organismen;
-
b. of met betrekking tot de in bijlage II, deel A, bij richtlijn 2000/29/EG genoemde planten of plantaardige produkten, of deze niet zijn aangetast door de schadelijke
organismen die daarbij in dat deel van die bijlage worden genoemd;
-
c. met betrekking tot de in bijlage IV, deel A, rubriek I, bij richtlijn 2000/29/EG genoemde planten, plantaardige produkten of ander materialen, of deze beantwoorden
aan de bijzondere eisen die daarbij in dat deel van die bijlage worden genoemd;
-
d. of de zending vergezeld gaat van een fytosanitair certificaat als bedoeld in artikel
13.
2 Indien de zending bestemd is voor een beschermd gebied, dan is het eerste lid van
overeenkomstige toepassing met dien verstande, dat het onderzoek zich tevens richt
op de in deel B van bijlagen I, II en IV bij richtlijn 2000/29/EG genoemde schadelijke organismen en bijzondere eisen.
3 Controle op de identiteit van de zending, alsmede op het inachtnemen van artikel 10,
tweede lid, artikel 11, tweede lid, en artikel 13 wordt uitgevoerd op het tijdstip
dat de zending wordt ingevoerd.
4 Het onderzoek, bedoeld in het eerste en tweede lid, vindt plaats bij of kort na de
invoer op de plaats, waar de controle, bedoeld in het derde lid, plaatsvindt of in
de nabijheid daarvan.
5 In afwijking van het vierde lid kan het onderzoek, bedoeld in het eerste en tweede
lid, op de plaats van bestemming plaatsvinden indien:
-
a. de verpakking van de planten en plantaardige produkten voldoende waarborgen biedt
om verspreiding van schadelijke organismen te voorkomen;
-
b. gebruik wordt gemaakt van een T-1 formulier overeenkomstig de Regeling voor extern
communautair douanevervoer;
-
c. de bestemming niet wordt gewijzigd.
6 In de gevallen, bedoeld in het vijfde lid, wordt van de aankomst van een zending op
de plaats van bestemming door of vanwege de importeur terstond mededeling gedaan aan
het districtskantoor van de Plantenziektenkundige Dienst waaronder de plaats van bestemming
ressorteert.
7 De zending moet op de plaats van onderzoek bijeen en duidelijk afgescheiden van andere
planten en de grond worden gehouden totdat de Minister schriftelijk heeft verklaard,
dat dit niet meer wordt verlangd.
8 Indien uit het onderzoek, bedoeld in het eerste danwel het tweede lid, blijkt dat
de daar genoemde schadelijke organismen niet aanwezig zijn en wordt voldaan aan de
aldaar genoemde bijzondere eisen, verstrekt de Minister ten behoeve van de onderzochte
zending een plantenpaspoort, als bedoeld in artikel 7, voor zover bijlage V, deel
A, bij richtlijn 2000/29/EG dit vereist.
9 Dit artikel is niet van toepassing bij doorvoer, voor zover er geen gevaar bestaat
voor verspreiding van schadelijke organismen.
10 Dit artikel is niet van toepassing indien planten, plantaardige produkten en andere
materialen worden ingevoerd vanuit een andere Lid-Staat via een derde land, voor zover
er geen gevaar bestaat voor verspreiding van schadelijke organismen.
11 In afwijking van het eerste en zesde lid kan voor een deel van de zendingen afkomstig
uit derde landen en bestaande uit snijbloemen van Aster spp., Eryngium L., Hypericum
L., Lisianthus L., Rosa L., Trachelium L., Orchidaceae, Dendranthema (DC) Des. Moul.
en Dianthus L. alsmede delen van planten, met uitzondering van vruchten en zaden,
van Gypsophila L. en Solidago L., de vrijgave als bedoeld in het zevende lid worden
afgegeven na het uitvoeren van een onderzoek als bedoeld in het eerste lid, onder
d.