U bent nu hier: Wettenbank
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving
Zoals belastingen, uitkeringen en subsidies.
Officiële publicaties van de overheid.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
[Regeling vervallen per 01-10-2010.]Geraadpleegd op 25-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 22-12-2000 en zichtdatum 18-12-2024. Geldend van 23-08-2000 t/m 31-12-2006
Examenreglement instructeur 1993
De minister van Binnenlandse Zaken,
Gelet op artikel 15, eerste lid, van de Brandweerwet 1985;
Besluit:
[Regeling vervallen per 01-10-2010]
In deze ministeriële regeling wordt verstaan onder:
de opleiding instructeur, bedoeld in artikel 1, onderdeel b, onder 2, van het Besluit rijksexamen brandweeropleidingen;
elke onderwijseenheid over een samenhangend deel van de leerstof, die zowel presentatie, verwerking als toetsing omvat en die flexibel programmeerbaar is in het systeem, waarvan het een onderdeel is;
elk examen ter afsluiting van een module, dat bestaat uit een schriftelijk deel, een praktisch deel, een projectopdracht of een combinatie daarvan;
de eenheid, waarin de omvang van de module wordt uitgedrukt en die gemiddeld tien contact- of zelfstudie-uren vertegenwoordigt.
De opleiding bestaat uit de module instructeur.
De module instructeur, bedoeld in artikel 2, omvat twaalf studiepunten.
Tot het module-examen instructeur wordt toegelaten degene die:
a. in het bezit is van ten minste het diploma onderbrandmeester, bedoeld in artikel 5 van het Examenreglement onderbrandmeester of een daaraan gelijkwaardig diploma;
b.
1º in het bezit is van ten minste het diploma hoofdbrandwacht, bedoeld in artikel 5 van het Examenreglement hoofdbrandwacht, of een daaraan gelijkwaardig diploma, alsmede van het certificaat van of de vrijstelling voor de module sociale vaardigheden, bedoeld in artikel 2, onder e, van het Examenreglement onderbrandmeester; en
2º is aangesteld in ten minste de rang van hoofdbrandwacht, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel c, van het Besluit brandweerpersoneel, of, waar het een persoon aangesteld bij een bedrijfsbrandweer betreft, in een daaraan gelijkwaardige rang; of
c.
1º de opleiding voor adjunct-hoofdbrandmeester bij het Nederlands instituut voor brandweer en rampenbestrijding volgt; en
2º in het bezit is van het certificaat van of de vrijstelling voor de module basis-repressie II, bedoeld in artikel 2, onderdeel i, van het Examenreglement adjunct-hoofdbrandmeester 1993.
1 Het module-examen instructeur bestaat uit een schriftelijk deel en een praktisch deel.
2 Het schriftelijk deel bestaat uit het beantwoorden van vragen over de onderwerpen, bedoeld in deel A van de bij deze ministeriële regeling behorende bijlage.
3 Het praktisch deel bestaat uit het uitvoeren van opdrachten met betrekking tot de onderwerpen, bedoeld in deel A van de bij deze ministeriële regeling behorende bijlage.
4 Het cijfer voor het module-examen instructeur is gelijk aan het gemiddelde van het cijfer behaald voor het schriftelijk deel en het cijfer behaald voor het praktisch deel, waarbij een half punt of meer naar boven en minder dan een half punt naar beneden wordt afgerond.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van het Algemeen brandweerexamenreglement 1994 wordt het diploma instructeur afgegeven, indien de kandidaat het module-examen, bedoeld in artikel 5, met ten minste het cijfer zes heeft afgesloten.
[Vervallen per 01-08-1996]
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 augustus 1993.
Deze regeling wordt aangehaald als: Examenreglement instructeur 1993.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
's-Gravenhage , 1 juli 1993
Minister
C. I. Dales
Deel A, examenprogramma module instructeur
Opleiding: instructeur
Module: instructeur
no.
leerdoel
inhoud
gedragsniveau
weegfactor
De inrichting van het brandweeronderwijs kennen
1.
In eigen woorden omschrijven van de:
A. structuur van de brandweeropleidingen;
B. organisatie van de opleidingen;
C. taken en verantwoordelijkheden van instanties (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Nederlands instituut voor brandweer en rampenbestrijding, regionale opleidingsinstituten)
i
2
2.
Opzoeken van de plaats en functie van de examenreglementen en de reglementen overeenkomstig de plaats en functie gebruiken voor het afleiden van lesdoelen
k1
1
Inzicht hebben in het leren van volwassenen
3.
Toepassen van grondprincipes die het leren van volwassenen bevorderen
t
4.
Beschrijven van de diverse leerstijlen aan de hand waarvan volwassenen leren
Groepsprocessen
5.
Onderscheiden van verschillende groepsprocessen die in leergroepen kunnen voorkomen en handelen overeenkomstig het groepsproces in kwestie, aan de hand van de volgende punten:
het scheppen van leercondities;
het omgaan met actieve en passieve groepsleden;
het bevorderen van de motivatie;
het geven van feedback;
het structureren
s2
Geven van onderwijs
6.
Toepassen van de systematiek en methodiek van lesvoorbereiding, dat wil zeggen het opstellen van een lesplan dat de keuzes met betrekking tot onderstaande onderwerpen verantwoord:
vastleggen van feitelijke gegevens en bepalen van doelen;
bepalen van de voorkennis van de cursisten;
vaststellen van de inhoud;
vaststellen van de werkvormen;
bepalen van de leer- en hulpmiddelen en het gebruik hiervan;
evaluatie;
praktische voorbereidingen, opstelling en veiligheid;
verantwoordelijkheid van de instructeur in het licht van de Arbeidsomstandighedenwet 1998
t+p
3
7.
Toepassen van de systematiek en methodiek van lesuitvoering met inachtneming van de volgende aandachtspunten:
aandacht verkrijgen;
het leerdoel duidelijk maken;
voorkennis ophalen;
presentatie en ordening van de leerstof;
begeleiding van het leerproces;
oproepen van het geleerde;
geven van feedback;
helpen onthouden en toepassen (transfer)
t+s2
Deel B
Code
Betekenis
K
Kennis
kunnen opzoeken
k2
kunnen herkennen
k3
uit het hoofd kunnen noemen
inzicht
kunnen noemen van consequenties/gevolgen
kunnen formuleren in eigen woorden
toepassen
kunnen gebruiken van standaardbegrippen, -principes, -regels, -methoden, en -technieken
p
probleem oplossen
kunnen kiezen of ontwikkelen van andere dan standaardbegrippen, -principes, -regels, -methoden, en -technieken
m1
Motorische vaardigheden
kunnen verrichten van motorische/zintuiglijke vaardigheden
m2
bedreven zijn in bepaalde motorische zintuiglijke vaardigheden
s1
Sociale vaardigheden
beschikken over bepaalde sociale vaardigheden
beheersen van bepaalde sociale vaardigheden
Deze bijlage behoort bij het Examenreglement instructeur 1993.
C.I. Dales
Voor een permanente link naar de door u bekeken versie, inwerkinggetreden op , kopieer één van de onderstaande links of verfijn de link in de Linktool.
Met behulp van de Linktool van LiDO is het mogelijk om een bredere link of een meer gedetailleerde link te maken.
Ga naar de Linktool
Op linkeddata.overheid.nl zijn onderstaande relaties bekend.
Er is geen andere versie beschikbaar waarmee u de huidige geselecteerde versie, inwerkinggetreden op , kan vergelijken.
Selecteer een andere versie van de regeling waarmee u de huidige versie , inwerkinggetreden op , wilt vergelijken.
Vergelijken van "Examenreglement instructeur 1993", inwerkinggetreden op , met versie die inwerking is getreden op .
Doordat er een grote regeling is gekozen kan de vergelijking enkele minuten duren.
U kunt kiezen voor het toevoegen van de wetstechnische informatie aan de tekst.
U kunt kiezen in welk formaat de tekst geëxporteerd wordt.
U kunt de tekst inclusief afbeeldingen exporteren. De afbeeldingen worden dan met de tekst in een .zip-bestand geleverd
Via deze link kunt u meer informatie krijgen over de Europese richtlijn of verordening waarnaar in de tekst van de regeling verwezen wordt, inclusief de tekst daarvan. U wordt hiervoor doorgeleid naar EUR-LEX, de online databank van de Europese Unie waarin de Europese wetgeving is opgenomen.