Besluit van 30 juli 1993, houdende het in medebewind geven van het stellen van eisen
ter zake de vergunningverlening ex artikel 33 van de Diergeneesmiddelenwet
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij van
26 april 1993, No. J. 936650, Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken;
Gelet op richtlijn No. 90/167/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 26
maart 1990, tot vaststelling van de voorwaarden voor de bereiding, het in de handel
brengen en het gebruik van diervoeders met medicinale werking (Pb EG L 92) en op artikel 33, tweede en derde lid, van de Diergeneesmiddelenwet;
Gezien het advies van het Produktschap voor Veevoeder, de Koninklijke Nederlandse
Maatschappij voor Diergeneeskunde, de Vereniging van Fabrikanten en Importeurs van
Diergeneesmiddelen in Nederland (Fidin), de Vereniging van Nederlandse Fabrikanten
van Veevoedertoevoegingen (Nefato), de Vereniging van Fabrikanten en Groothandelen
in Veterinaire Produkten (Fagrovet);
De Raad van State gehoord (advies van 16 juni 1993, No. W11.93.0256);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
van 15 juli 1993, No. J. 9311056, Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische
Zaken;
Hebben goedgevonden en verstaan: