Wet verzelfstandiging Informatiseringsbank

[Regeling vervallen per 01-01-2010.]
Geraadpleegd op 23-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 26-06-2002 en zichtdatum 17-12-2024.
Geldend van 01-08-2001 t/m 30-06-2002

Wet van 15 december 1993, houdende regeling van de bestuurlijke verhouding tussen de Minister van Onderwijs en Wetenschappen en de Informatie Beheer Groep, voorheen de Informatiseringsbank

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is over te gaan tot externe verzelfstandiging van het dienstonderdeel Informatiseringsbank van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen door oprichting van een zelfstandig bestuursorgaan en in verband daarmee enige andere wetten te wijzigen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Artikel 1. Definities

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

In deze wet wordt verstaan onder:

  • a. Onze Minister: Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen;

  • b. de Raad: de Raad van Toezicht, bedoeld in artikel 5.

Artikel 2. Instelling Informatie Beheer Groep

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 Er is een Informatie Beheer Groep, die is gevestigd te Groningen.

  • 2 De Informatie Beheer Groep bezit rechtspersoonlijkheid.

Artikel 3. Taak

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 De Informatie Beheer Groep is belast met de uitvoering van:

    • a. de Wet studiefinanciering 2000, de Wet op de studiefinanciering, het Besluit studiefinanciering 2000, het Besluit studiefinanciering, de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten, de Wet tegemoetkoming studiekosten, het Besluit tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten, het Besluit tegemoetkoming studiekosten, de Les- en cursusgeldwet, het Uitvoeringsbesluit les- en cursusgeldwet, het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o., het Examenbesluit m.b.o., het Eindexamenbesluit m.h.n.o., het Besluit dagscholen v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o., het Interimbesluit m.t.o., het Eindexamenbesluit dagscholen m.e.a.o., het Eindexamenbesluit m.m.o., de Wet van 25 december 1878, houdende regeling der voorwaarden tot verkrijging der bevoegdheid van arts, tandmeester, apotheker, vroedvrouw en apothekers-bediende (Stb. 1878, 222), het Besluit van 12 februari 1879, tot regeling der examens als arts, tandmeester, apotheker, vroedvrouw en apothekersbediende (Stb. 1879, 36), het Besluit staatsexamens v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o. 1978, het Besluit staatsexamens m.e.a.o., het Staatsexamenbesluit SPD bedrijfsadministratie, het Besluit van 18 maart 1972 houdende staatsexamen diploma's handvaardigheid (Stb. 1972, 155), het Besluit van 16 september 1949 houdende instelling van examens ter verkrijging van een getuigschrift van tolk-vertaler (Stb. 1949, J428), het Besluit van 5 mei 1958 tot instelling van een Staatsdiploma voor leraar in het machineschrijven en tot regeling van het examen ter verkrijging van dat diploma (Stb. 1958, 229), het Besluit van 4 augustus 1955 tot instelling van een Staatsdiploma voor leraar in de stenografie en tot regeling van het examen ter verkrijging van dat diploma (Stb. 1955, 366), het Besluit examenprogramma's middelbare akten wiskunde (Stb. 1958, 9), het Besluit examenprogramma middelbare akte plant- en dierkunde (Stb. 1958, 271), het Besluit examenprogramma middelbare akte lichamelijke oefening (Stb. 1958, 472), het Besluit examenprogramma's middelbare akten tekenen (Stb. 1958, 8), het Besluit van 10 mei 1938, houdende vaststelling van een reglement en een programma voor het examen, bedoeld in artikel 77bis der middelbaar-onderwijswet (Stb. 1938, 391), het Besluit Nederlands als tweede taal;

    • b. de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek met betrekking tot het Centraal register inschrijving hoger onderwijs, het Centraal register opleidingen hoger onderwijs en de beperking van inschrijving op grond van de beschikbare onderwijscapaciteit of de behoefte van de arbeidsmarkt;

    • c. andere bij de wet opgedragen taken.

  • 2 De Informatie Beheer Groep kan met toestemming van Onze minister andere taken uitvoeren, dan die welke rechtstreeks voortvloeien uit de in het eerste lid genoemde, mits deze taken:

    • a. liggen op het terrein van de uitvoering van bestuurlijke taken en nauw verband houden met de in het eerste lid genoemde taken van de Informatie Beheer Groep;

    • b. toepassingen met zich brengen van produktiemiddelen, die de Informatie Beheer Groep voor de vervulling van haar in het eerste lid genoemde taken, voorhanden heeft;

    • c. niet leiden tot concurrentievervalsing ten opzichte van private aanbieders van vergelijkbare diensten, en

    • d. tegen kostendekkende tarieven worden verricht.

  • 3 Onze minister kan bij het verlenen van de toestemming, bedoeld in het tweede lid, voorwaarden stellen.

Hoofdstuk II. De organisatie

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Artikel 4. Bestuursorganen Informatie Beheer Groep

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 De bestuursorganen van de Informatie Beheer Groep zijn de Raad van Toezicht en de hoofddirectie.

  • 2 De Raad ziet toe op de werkzaamheden van de hoofddirectie en staat die met raad en daad terzijde. Hij kan aan de hoofddirectie algemene aanwijzingen geven met betrekking tot de uitvoering van de taken, bedoeld in artikel 3.

  • 3 De hoofddirectie is belast met de dagelijkse leiding van de Informatie Beheer Groep. Zij draagt zorg voor een goede uitvoering van de taken, bedoeld in artikel 3.

  • 4 De hoofddirectie oefent de taken en bevoegdheden uit die bij of krachtens de wet aan de Informatie Beheer Groep zijn opgedragen, voor zover bij of krachtens deze wet niet anders is bepaald.

Artikel 5. Raad van Toezicht

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 De Raad van Toezicht bestaat uit vijf leden, de voorzitter daaronder begrepen.

  • 2 De leden worden door Onze minister benoemd en ontslagen.

  • 3 De Raad doet Onze minister voor iedere te vervullen plaats in de Raad een voordracht van twee personen. Omtrent de voordracht besluiten de leden van de Raad met meerderheid van stemmen. De voorzitter of het lid neemt niet deel aan de vaststelling van de voordracht, indien hij wordt voorgedragen voor herbenoeming.

  • 4 De benoeming geschiedt voor de duur van vier jaren. De leden zijn na afloop van die periode terstond éénmaal herbenoembaar.

  • 5 De leden kunnen door Onze minister om zwaarwichtige redenen worden geschorst of tussentijds ontslagen. Voorts kan tussentijds ontslag op eigen verzoek van het lid van de Raad worden verleend.

  • 6 Bij tussentijdse beëindiging van het lidmaatschap treedt het lid dat wordt benoemd ter vervulling van een opengevallen plaats, af op het tijdstip waarop degene in wiens plaats hij is benoemd, had moeten aftreden. Hij is terstond herbenoembaar.

  • 7 Zolang in een vacature in de Raad niet is voorzien, vormen de overblijvende leden de Raad, met de bevoegdheden van de voltallige Raad.

  • 8 De leden hebben op persoonlijke titel zitting in de Raad en oefenen hun functie uit zonder last of ruggespraak.

  • 9 De Raad stelt regels vast omtrent zijn werkwijze en de openbaarheid van zijn vergaderingen. Deze regels behoeven de instemming van Onze minister.

  • 10 Onverminderd het bepaalde in het zevende lid, kan de Raad geen rechtsgeldige besluiten nemen indien niet tenminste vier leden ter vergadering aanwezig zijn.

Artikel 6. Ondersteuning en vergoeding

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 De Informatie Beheer Groep draagt zorg voor de administratieve ondersteuning van de Raad.

  • 2 Onze minister kent de leden van de Raad, ten laste van de Informatie Beheer Groep, een vergoeding toe voor hun werkzaamheden.

  • 3 De leden van de Raad hebben aanspraak op vergoeding door de Informatie Beheer Groep van de door hen in de uitoefening van hun functie gemaakte reis- en verblijfkosten.

Artikel 7. Hoofddirectie

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 De hoofddirectie bestaat uit ten hoogste drie leden.

  • 2 De leden van de hoofddirectie worden aangesteld, geschorst en ontslagen door de Raad. De aanstelling is voor onbepaalde tijd.

  • 3 Bij schorsing of ontstentenis van een lid van de hoofddirectie voorziet de Raad in de waarneming van diens functie. De leden van de Raad zijn van waarneming uitgesloten.

  • 4 De leden van de hoofddirectie vertegenwoordigen de Informatie Beheer Groep in en buiten rechte.

Artikel 8. Interne organisatie

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 De hoofddirectie is verantwoording verschuldigd aan de Raad. Zij verstrekt de Raad alle inlichtingen en andere gegevens over de uitvoering van haar taken.

  • 2 De hoofddirectie legt jaarlijks, en voorts tussentijds indien hiertoe naar het oordeel van de Raad aanleiding bestaat, aan de Raad verantwoording af over het door haar gevoerde beleid.

  • 3 De hoofddirectie stelt regels vast omtrent:

    • a. de inrichting en de wijze van bedrijfsvoering van de Informatie Beheer Groep,

    • b. de onderlinge verdeling van de werkzaamheden, en

    • c. de afbakening van de bevoegdheden tussen de hoofddirectie en de Raad.

    De regels, bedoeld in de onderdelen b en c, behoeven de instemming onderscheidenlijk goedkeuring van de Raad.

  • 4 Goedkeuring dan wel instemming van de Raad behoeven de besluiten dan wel beslissingen van de hoofddirectie betreffende:

    • a. de regels, bedoeld in artikel 9, tweede lid;

    • b. de investeringen die buiten de door de Raad vast te stellen grenzen vallen;

    • c. de apparaatskostenbegroting, bedoeld in artikel 11;

    • d. de jaarrekening en het jaarverslag, bedoeld in respectievelijk artikel 12 en artikel 19;

    • e. wijzigingen in de rechtspositie van het personeel;

    • f. het meerjarenbeleidsplan;

    • g. het verrichten van andere taken als bedoeld in artikel 3, tweede lid, alsmede over de ten aanzien van die taken te hanteren tarieven.

    De goedkeuring kan slechts worden onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang.

  • 5 Indien binnen vier weken na ontvangst van het besluit dan wel de beslissing door de Raad niet anders is beslist, wordt de Raad geacht te hebben goedgekeurd onderscheidenlijk ingestemd.

Artikel 9. Personeel

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 Het personeel van de Informatie Beheer Groep, de leden van de hoofddirectie daaronder begrepen, is ambtenaar in de zin van de Ambtenarenwet 1929, behoudens degenen met wie een arbeidsovereenkomst is gesloten naar burgerlijk recht.

  • 2 De hoofddirectie stelt regels vast omtrent de rechtstoestand van het personeel.

  • 3 Onverminderd hetgeen reeds bij of krachtens de wet is geregeld, bevatten de regels, bedoeld in het tweede lid, in ieder geval voorschriften betreffende de volgende onderwerpen:

    • a. aanstelling;

    • b. schorsing;

    • c. ontslag;

    • d. het onderzoek naar de geschiktheid en de bekwaamheid;

    • e. bezoldiging;

    • f. wachtgeld;

    • g. diensttijden;

    • h. verlof en vakantie;

    • i. voorzieningen in verband met ziekte;

    • j. bescherming bij de arbeid;

    • k. woon-, verblijfs- en bereikbaarheidsverplichtingen;

    • l. medezeggenschap;

    • m. overige rechten en verplichtingen van het personeel;

    • n. disciplinaire straffen;

    • o. de wijze waarop met de daarvoor in aanmerking komende vakorganisaties van overheidspersoneel overleg wordt gevoerd over aangelegenheden van algemeen belang voor de rechtstoestand en de bezoldiging van het personeel van de Informatie Beheer Groep;

    • p. een geschillenregeling met betrekking tot de onder l en o genoemde onderwerpen.

  • 4 Indien de hoofddirectie in gebreke blijft bij de vaststelling van de in het tweede lid bedoelde regels, is Onze minister bevoegd de Raad uit te nodigen die regels vast te stellen. Blijft ook de Raad in gebreke, dan geschiedt de vaststelling van bedoelde regels door Onze minister.

Hoofdstuk III. Financiering, planning en beheer

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

§ 1. Apparaatsbudget

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Artikel 10. Financiële middelen

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 Onze minister stelt jaarlijks aan de Informatie Beheer Groep ten laste van de begroting van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen middelen ter beschikking ten behoeve van de vervulling van haar taken, voortvloeiend uit artikel 3, eerste lid onder a en b, alsmede, voor zover opgedragen door Onze minister, voortvloeiend uit artikel 3, eerste lid, onder c.

  • 2 Onze minister stelt jaarlijks voor 1 september van enig kalenderjaar, doch niet dan nadat hij daarover met de Informatie Beheer Groep heeft overlegd, het bedrag vast dat voor het daaropvolgende kalenderjaar aan de Informatie Beheer Groep ter beschikking zal worden gesteld en neemt dit bedrag op in het voorstel van wet tot vaststelling van de begroting van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen.

  • 3 Het boekjaar van de Informatie Beheer Groep valt samen met het kalenderjaar.

  • 4 Zolang de wet tot vaststelling van de begroting, bedoeld in het eerste en tweede lid, niet in werking is getreden, verstrekt Onze minister met ingang van het kalenderjaar waarop de begroting betrekking heeft, een voorschot aan de Informatie Beheer Groep, in de vorm van maandelijkse termijnen.

  • 5 De Informatie Beheer Groep trekt geen gelden aan die dagelijks of op termijn opvorderbaar zijn. In afwijking van de vorige volzin is het de Informatie Beheer Groep toegestaan ter overbrugging van tijdelijke kastekorten in verband met haar apparaatskosten bij een kredietinstelling tijdelijke kredieten in rekening-courant op te nemen.

Artikel 11. Apparaatskostenbegroting

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 De apparaatskostenbegroting van de Informatie Beheer Groep bevat een raming van alle baten en lasten, de investeringsuitgaven en de financiering. De ramingen worden zoveel mogelijk onderbouwd aan de hand van kostencomponenten en prestatie-elementen.

  • 2 De begroting bestaat uit:

    • a. de jaarlijkse financiële begroting, bestaande uit een exploitatiebegroting en een kapitaalsbegroting;

    • b. het financiële meerjarenbeleidsplan.

Artikel 12. Verantwoording apparaatsbudget

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 De Raad dient jaarlijks voor 1 april bij Onze minister een jaarrekening in waarin rekening en verantwoording wordt afgelegd van het financieel beheer over het afgelopen begrotingsjaar ten aanzien van het apparaatsbudget.

  • 3 De jaarrekening gaat vergezeld van een verklaring omtrent de getrouwheid, afgegeven door een door de Raad aangewezen accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. De verklaring heeft mede betrekking op de rechtmatige besteding van het apparaatsbudget. Bij de aanwijzing van de accountant wordt bedongen dat aan Onze minister dan wel aan een door hem aangewezen accountant als bedoeld in het vierde lid, op diens verzoek inzicht wordt geboden in de controlewerkzaamheden van de accountant.

  • 4 Onze minister wijst een accountant aan die wordt belast met een onderzoek naar de controlewerkzaamheden van de accountant, bedoeld in het derde lid. Onze minister kan de door hem aangewezen accountant belasten met een onderzoek naar de doelmatigheid van het beheer, de organisatie en het beleid van de Informatie Beheer Groep. Aan de accountant, bedoeld in dit lid, wordt ten behoeve van een onderzoek naar de doelmatigheid desgevraagd inzage gegeven van de boeken en bescheiden en worden alle inlichtingen verstrekt die hij voor de uitvoering van zijn taak nodig oordeelt.

  • 5 Indien uitgaven zijn geschied in strijd met het bepaalde bij of krachtens de wet kan Onze minister bepalen dat de daarmee gemoeide bedragen in mindering worden gebracht op het apparaatsbudget.

§ 2. Programmabudgetten

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Artikel 13. Programma-uitgaven en ontvangsten

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 De kosten van de uitkeringen, vergoedingen en tegemoetkomingen die worden verstrekt op grond van de in artikel 3 genoemde regelingen, komen ten laste van het Rijk.

  • 2 De ontvangsten voortvloeiend uit de uitvoering van de in artikel 3 genoemde regelingen, komen ten gunste van het Rijk.

Artikel 14. Financieel beheer, rekening en verantwoording programmabudgetten

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 De Informatie Beheer Groep legt jaarlijks voor 1 april en zonodig tussentijds bij Onze minister rekening en verantwoording af van het financiële beheer van de voor de uitvoering van de in artikel 3, eerste lid, genoemde regelingen beschikbare programmabudgetten.

  • 2 Onze minister kan met betrekking tot de programmabudgetten algemene aanwijzingen geven over het te voeren financieel beheer en de verantwoording daarover.

  • 3 Onze minister wijst een accountant aan die wordt belast met de controle van de rekening en verantwoording door de Informatie Beheer Groep. De accountant, genoemd in de eerste volzin, wijdt aandacht aan de doelmatigheid van het beheer, de organisatie en het beleid van de Informatie Beheer Groep. Aan de accountant wordt desgevraagd inzage gegeven van de boeken en bescheiden en worden alle inlichtingen verstrekt die hij voor de uitvoering van zijn taak nodig oordeelt.

Hoofdstuk IV. Verantwoording en informatieverschaffing

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Artikel 15. Verantwoording

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

De Raad verstrekt Onze minister, dan wel, voor zover het landbouwonderwijs betreft, Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, alle inlichtingen met betrekking tot de werkzaamheden van de Informatie Beheer Groep.

Artikel 16. Aanwijzingsbevoegdheid

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Onze minister kan de Raad algemene aanwijzingen geven met betrekking tot de uitvoering door de Informatie Beheer Groep van de regelingen, bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder a en b, alsmede, voor zover het door Onze minister opgedragen taken betreft, bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder c.

Artikel 17. Informatieverstrekking minister

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Onze minister, dan wel, voor zover het landbouwonderwijs betreft, Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, geeft de Informatie Beheer Groep inzage van de gegevens die bij hem berusten, voor zover die gegevens noodzakelijk zijn voor een goede vervulling van de taken, bedoeld in artikel 3, eerste lid.

Artikel 18. Informatiestatuut

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Onze minister stelt na overleg met de Informatie Beheer Groep een informatiestatuut vast. Het informatiestatuut bevat regels met betrekking tot de informatievoorziening tussen Onze minister en de Informatie Beheer Groep.

Artikel 19. Jaarverslag

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

De Informatie Beheer Groep stelt jaarlijks vóór 1 april een verslag op omtrent haar werkzaamheden en het gevoerde beheer en beleid in het afgelopen kalenderjaar. Het jaarverslag omvat mede het voorgenomen beleid ten aanzien van de werkzaamheden. Zij biedt dit verslag aan Onze minister en aan Onze minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij alsmede aan de beide Kamers der Staten-Generaal aan en stelt het algemeen verkrijgbaar.

Artikel 20. Voorziening bij nalatigheid

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Indien de Informatie Beheer Groep haar taken, voortvloeiend uit artikel 3, eerste lid, naar het oordeel van Onze minister verwaarloost, kan deze voorzieningen treffen. Onze minister doet hiervan terstond mededeling aan de Staten-Generaal.

Hoofdstuk V. Wijzigingen in andere wetten

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Artikel 21

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Artikel 22

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Artikel 23

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Artikel 24

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Artikel 25

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Artikel 26

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Artikel 27

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Hoofdstuk VI. Overgangs- en slotbepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Artikel 28. Overgang personeel

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 Met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze wet zijn de ambtenaren van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen, die werkzaam zijn bij het dienstonderdeel Informatiseringsbank, van wie de naam is vermeld op een door Onze minister en de Informatiseringsbank gezamenlijk vastgestelde lijst, van rechtswege in dienst van de Informatie Beheer Groep.

  • 2 De overgang van de in het eerste lid bedoelde ambtenaren vindt plaats in dezelfde salarispositie, op dezelfde voet en ook overigens in dezelfde rechtstoestand als voor elk van die ambtenaren gold bij het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen.

  • 3 Op de overgang, bedoeld in het tweede lid, is het sociaal beleidskader ter zake van de reorganisatie van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen in 1991 van toepassing. De verplichtingen die voortvloeien uit dit sociaal beleidskader gaan over op de Informatie Beheer Groep.

Artikel 29. Overgang rechten, bezittingen en verplichtingen

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 Bezittingen, rechten en verplichtingen van de Staat der Nederlanden, die kennelijk zijn verworven, onderscheidenlijk aangegaan ten behoeve van het dienstonderdeel Informatiseringsbank van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen, gaan voor zover zij zijn opgenomen in een door Onze minister in overeenstemming met de Informatiseringsbank op te stellen lijst en voor zover nodig voorzien van in die lijst op te nemen garanties, vanaf de datum van inwerkingtreding van deze wet over op de Informatie Beheer Groep zonder dat daarvoor een nadere akte of betekening wordt gevorderd.

  • 2 De Informatie Beheer Groep verkrijgt de door de Staat der Nederlanden aan haar toegescheiden bezittingen om niet.

Artikel 30. Aanhangige procedures en rechtsgedingen alsmede overname vorderingen

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Lopende wettelijke procedures of rechtsgedingen omtrent de toepassing van de regelingen genoemd in artikel 3, eerste lid, waarbij de diensteenheid Informatiseringsbank van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen namens Onze minister optreedt, dan wel vorderingen van Onze minister voortvloeiend uit de regelingen, genoemd in artikel 3, eerste lid, worden met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze wet door de Informatie Beheer Groep voortgezet, onderscheidenlijk overgenomen.

Artikel 30a. Afwikkeling nog lopende zaken RS-regeling en TS-regelingen

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Artikel 31. Totstandkoming Raad van Toezicht

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

  • 1 Onze minister draagt zorg dat binnen 2 maanden na het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet een Raad van Toezicht tot stand komt overeenkomstig artikel 5.

  • 2 Bij de eerste samenstelling van de Raad benoemt Onze minister, in afwijking van artikel 5, derde lid, de leden, waaronder de voorzitter, zonder dat de Raad is gehoord.

Artikel 32. Aftreden leden Raad van Toezicht

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

In afwijking van de benoemingstermijn van de leden van de Raad, genoemd in artikel 5, vierde lid, worden bij de eerste samenstelling van de Raad twee leden voor een periode van twee jaren benoemd. Zij zijn terstond herbenoembaar.

Artikel 33

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Artikel 34

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Artikel 35

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Artikel 36. Evaluatie

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Onze minister zendt binnen 5 jaar na de inwerkingtreding van deze wet, en vervolgens telkens na 5 jaar, aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk.

Artikel 37. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 1994. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31 december 1993, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst, en werkt zij terug tot en met 1 januari 1994.

Artikel 38. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Deze wet kan worden aangehaald als: Wet verzelfstandiging Informatiseringsbank.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te ’s-Gravenhage, 15 december 1993

Beatrix

De Staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen,

M. J. Cohen

Uitgegeven de dertigste december 1993

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin