Landbouwkwaliteitsbesluit rauwe melk en zuivelbereiding

[Regeling vervallen per 01-01-2006.]
Geraadpleegd op 21-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 02-04-2010 en zichtdatum 19-12-2024.
Geldend van 26-11-1999 t/m 31-12-2005

Besluit van 14 januari 1994, tot vaststelling van het landbouwkwaliteitsbesluit rauwe melk en zuivelbereiding

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij van 4 oktober 1993, nr. J.9310374, Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken, gedaan mede namens de Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur en Onze Minister van Economische Zaken;

Gelet op richtlijn nr.92/46/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 16 juni 1992 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften voor de produktie en het in de handel brengen van rauwe melk, warmtebehandelde melk en produkten op basis van melk (PbEG L 268) en richtlijn nr.92/47/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 16 juni 1992 houdende vaststelling van de voorschriften voor het toestaan van tijdelijke en beperkte afwijkingen op de specifieke communautaire gezondheidsvoorschriften voor de produktie en het in de handel brengen van melk en produkten op basis van melk (PbEG L 268) en de artikelen 2, 3, 4, 8, 9, 11, 12 eerste lid, en 19 van de Landbouwkwaliteitswet;

Gezien het advies van:

-. het Produktschap voor Zuivel van 27 augustus 1993,

-. het Centraal Orgaan voor Kwaliteitsaangelegenheden in de Zuivel (COKZ) van 24 augustus 1993,

-. de Koninklijke Nederlandse Zuivelbond FNZ van 25 augustus 1993,

-. de Vereeniging voor Zuivelindustrie en Melkhygiëne (VVZM) van 25 augustus 1993,

-. het Gemeenschappelijk Zuivelsekretariaat (GEMZU) van 25 augustus 1993;

De Raad van State gehoord (advies van 22 december 1993, nr. W11.93.0713);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij van 3 januari 1994, nr. J. 9320972, uitgebracht mede namens de Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur en Onze Minister van Economische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

  • 1 In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

    • a. richtlijn 92/46/EEG: richtlijn nr.92/46/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 16 juni 1992 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften voor de produktie en het in de handel brengen van rauwe melk, warmtebehandelde melk en produkten op basis van melk (PbEG L 268);

    • b. richtlijn 92/47/EEG: richtlijn nr.92/47/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 16 juni 1992 houdende vaststelling van de voorschriften voor het toestaan van tijdelijke en beperkte afwijkingen op de specifieke communautaire gezondheidsvoorschriften voor de produktie en het in de handel brengen van melk en produkten op basis van melk (PbEG L 268);

    • c. wet: Landbouwkwaliteitswet;

    • d. Onze Minister: Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

    • e. produktschap: Produktschap voor Zuivel;

    • f. rauwe melk: melk die is afgescheiden door de melkklier van één of meer koeien, ooien, geiten of buffelkoeien en die niet verwarmd is tot boven de 40°C en die evenmin een behandeling met een gelijkwaardig effect heeft ondergaan;

    • g. warmtebehandelde consumptiemelk: hetzij voor verkoop aan een eindverbruiker of aan instellingen bestemde consumptiemelk die is verkregen door een warmtebehandeling en die wordt aangeboden gepasteuriseerde melk, Ultra High Temperature (UHT) melk, gesteriliseerde melk of hooggepasteuriseerde melk, hetzij door pasteurisatie behandelde melk voor bulkverkoop op verzoek van de individuele consument;

    • h. produkten op basis van melk:

      • - voor menselijke consumptie bestemde zuivelprodukten, dat wil zeggen produkten die uitsluitend zijn verkregen uit melk, met dien verstande dat stoffen die voor de bereiding ervan noodzakelijk zijn, mogen worden toegevoegd, mits deze stoffen niet worden gebruikt voor de volledige of gedeeltelijke vervanging van één van de bestanddelen van de melk; en

      • - voor menselijke consumptie bestemde samengestelde zuivelprodukten, dat wil zeggen produkten waarvan geen enkel element in de plaats komt van een melkbestanddeel of bedoeld is om daarvoor in de plaats te komen en waarvan de melk of een zuivelprodukt een essentieel bestanddeel is, hetzij door de hoeveelheid, hetzij omdat het effect kenmerkend is voor deze produkten;

    • i. warmtebehandeling: elke behandeling door verhitting die, onmiddellijk na de toepassing ervan, een negatieve reactie bij de fosfatasetest tot gevolg heeft;

    • j. produktiebedrijf: een bedrijf met een of meer koeien, ooien, geiten of buffelkoeien voor de melkproduktie;

    • k. COKZ: Stichting Centraal Orgaan voor Kwaliteitsaangelegenheden in de Zuivel;

    • l. in de handel brengen: het in het bezit hebben of uitstallen met het oog op verkoop, het te koop aanbieden, het verkopen, het leveren of het op enige andere wijze overdragen, met uitzondering van de detailverkoop;

    • m. inrichting: melkbehandelings- of melkverwerkingsinrichting, centraal melkdepot of centrum voor standaardisering, zoals omschreven in artikel 2 van richtlijn 92/46/EEG;

    • n. aangesloten inrichting: inrichting welke ingevolge een op grond van de wet vastgesteld landbouwkwaliteitsbesluit is aangesloten bij het COKZ.

  • 2 Dit besluit, met uitzondering van het bepaalde omtrent uitbetaling naar gelang van de kwaliteit, is niet van toepassing op het bedrijfsmatig produceren en ontvangen van rauwe melk voorzover:

    • - de rauwe melk rechtstreeks aan de consument wordt verkocht;

    • - de produkten op basis van melk die op het produktiebedrijf zijn bereid met rauwe melk rechtstreeks aan de consument worden verkocht;

    • - de rauwe melk of daaruit te bereiden produkten niet bestemd zijn voor menselijke consumptie.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

  • 1 Het is verboden rauwe melk bedrijfsmatig te produceren anders dan met inachtneming van de daaromtrent bij of krachtens dit besluit gestelde voorschriften.

  • 2 Het is verboden warmtebehandelde consumptiemelk en produkten op basis van melk te bereiden anders dan met inachtneming van de daaromtrent bij of krachtens dit besluit gestelde voorschriften.

  • 3 Het is verboden rauwe melk, warmtebehandelde consumptiemelk en produkten op basis van melk binnen het grondgebied van de Europese Unie in de handel te brengen, anders dan met inachtneming van de daaromtrent bij of krachtens dit besluit gestelde voorschriften.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

  • 1 Onze Minister kan voor rauwe melk, warmtebehandelde consumptiemelk en produkten op basis van melk regels stellen met betrekking tot:

    • a. de hoedanigheid, de oorsprong, de sortering, de verzorging, de verpakking, de vorm, de afwerking, de aanduiding, de maat en het gewicht, alsmede voor zover het rauwe melk betreft de betaling naar gelang van de kwaliteit;

    • b. de inrichting en het gebruik van bedrijfsgebouwen en vervoermiddelen, het gebruik en verbruik van grondstoffen, hulpstoffen en toevoegingen, de be- of verwerkingswijze, het gebruik van machines, werktuigen en gereedschappen, en de hoedanigheid en het gebruik van verpakkingsmiddelen;

    • c. de verplichting voor bepaalde aangesloten inrichtingen tot betaling aan het COKZ van toegepaste kortingen en van andere geldsommen in verband met de kwaliteit van rauwe melk, alsmede de verplichting van het COKZ tot betaling aan bepaalde bij haar aangesloten inrichtingen van toeslagen in verband met de kwaliteit van rauwe melk.

  • 2 De in het eerste lid bedoelde regels kunnen verschillen naar gelang van oorsprong, gebruiksdoel of geografische bestemming van het produkt.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

  • 1 Onze Minister kan bepalen, dat de in artikel 3, eerste lid, bedoelde regels omvang door het bestuur van het produktschap bij verordening worden vastgesteld.

  • 2 Onze Minister kan bepalen dat krachtens een verordening als bedoeld in het eerste lid, genomen besluiten de goedkeuring behoeven van een door hem aangewezen autoriteit.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

  • 1 Inrichtingen dienen in het bezit te zijn van een erkenning.

  • 2 Een erkenning wordt uitsluitend aan een inrichting verstrekt, indien voldaan is aan door Onze Minister vast te stellen nadere regels.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

  • 1 Het bedrijfsmatig produceren van rauwe melk is uitsluitend toegestaan aan aangeslotenen bij de in artikel 7 genoemde controle-instelling.

  • 2 Inrichtingen die bedrijfsmatig rauwe melk ontvangen dienen te zijn aangesloten bij de in artikel 7 genoemde controle-instelling.

  • 3 Het bepaalde in het eerste lid is niet van toepassing indien de rauwe melk rechtstreeks aan een aangesloten inrichting geleverd wordt.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

  • 1 De Stichting Centraal Orgaan voor Kwaliteitsaangelegenheden in de Zuivel te Leusden is:

    • a. belast met het toezicht op de naleving door de bij haar aangeslotenen van de bij of krachtens dit besluit gestelde regels;

    • b. belast met de in artikel 5 bedoelde erkenning van de bij haar aangesloten inrichtingen.

  • 2 Indien bij of krachtens dit besluit regels worden gesteld inzake de betaling naar gelang van de kwaliteit van de rauwe melk is het COKZ met de uitvoering belast.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

De voorzitter van de in artikel 7 genoemde controle-instelling heeft geen belang bij de produktie van rauwe melk en de bereiding van of de handel in rauwe melk, warmtebehandelde consumptiemelk en produkten op basis van melk.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

  • 1 Onze Minister kan van het bij of krachtens dit besluit bepaalde vrijstelling en op aanvraag ontheffing verlenen voorzover dit ingevolge de artikelen 8, 9 en 11 van richtlijn 92/46/EEG en de artikelen 2 en 3 van richtlijn 92/47/EEG is toegestaan, en deze bevoegdheid ingevolge het tweede lid niet aan het produktschap toekomt.

  • 2 Indien Onze Minister uitvoering geeft aan artikel 4, eerste lid, is het produktschap bevoegd vrijstelling en, op aanvraag, ontheffing als bedoeld in het eerste lid te verlenen van de door het produktschap gestelde nadere regels.

  • 3 Onze Minister kan bepalen dat een besluit waarbij een vrijstelling of ontheffing als bedoeld in het tweede lid wordt verleend de goedkeuring behoeft van een door hem aangewezen autoriteit.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Onze Minister oefent de hem in voorgaande artikelen toegekende bevoegdheden uit in overeenstemming met Onze Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur, voor zover het daarbij de volksgezondheid betreft.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Een wijziging van de artikelen 2, 8, 9 en 11 van richtlijn 92/46/EEG of de artikelen 2 en 3 van richtlijn 92/47/EEG treedt voor de toepassing van de artikelen 1, onder l, en artikel 9, eerste lid, in werking met ingang van de dag waarop aan de betrokken wijzigingsrichtlijn uiterlijk uitvoering moet zijn gegeven.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

  • 1 Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

  • 3 Artikel 9 werkt terug tot en met 1 april 1993.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Dit besluit wordt aangehaald als "Landbouwkwaliteitsbesluit rauwe melk en zuivelbereiding".

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 14 januari 1994

Beatrix

De Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

J. D. Gabor

De Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur,

H. J. Simons

De Minister van Economische Zaken,

J. E. Andriessen

Uitgegeven de achtste februari 1994

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin