Anticumulatieregeling PAS

Geraadpleegd op 28-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-12-2006 en zichtdatum 27-12-2024.
Geldend van 01-03-1994 t/m heden

Anticumulatieregeling PAS

Onder verwijzing naar de inhoud van de bij de circulaire van 18 november 1992, AB92/U1235, inzake Arbeidsvoorwaardenmaatregelen sector rijkspersoneel, gevoegde bijlage 2 (Invoering partiële arbeidsparticipatie voor senioren), zend ik u hierbij de Anticumulatieregeling PAS. Naar de inhoud van die regeling en de daarbij gevoegde toelichting verwijs ik u kortheidshalve. Het is de bedoeling dat de regeling deze maand in de Staatscourant wordt geplaatst. Dit houdt in dat de regeling dan op 1 maart 1994 in werking treedt.

De Minister van Binnenlandse Zaken,

Gelet op de artikelen 21a van het Algemeen Rijksambtenarenreglement, 20a van het Arbeidsovereenkomstenbesluit en 34a van het Ambtenarenreglement Staten-Generaal;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

Artikel 2

  • 1 Het inkomen wordt verminderd met een bedrag ter grootte van de neveninkomsten die de ambtenaar geniet of gaat genieten uit of in verband met arbeid of bedrijf, ter hand genomen met ingang van of na de dag waarop zijn werktijd is teruggebracht.

  • 2 Wanneer de ambtenaar arbeid of bedrijf ter hand heeft genomen vóór de dag waarop zijn werktijd is teruggebracht en hij met ingang van of na die dag daaruit neveninkomsten of meer neveninkomsten gaat genieten, is het eerste lid van toepassing, tenzij de ambtenaar aannemelijk maakt dat die neveninkomsten of vermeerdering van neveninkomsten geen verband houden met verhoogde werkzaamheid.

  • 3 Het bedrag van de in het eerste en tweede lid bedoelde neveninkomsten, die op een maand betrekking hebben of aan een maand kunnen worden toegerekend, wordt in mindering gebracht op het inkomen over die maand. De vermindering bedraagt niet meer dan het verschil tussen het inkomen en het deeltijdsalaris.

  • 4 Neveninkomsten uit arbeid of bedrijf waarvoor reeds in verband met verleend buitengewoon verlof een inhouding op de bezoldiging van de ambtenaar plaatsvindt of een verlaging van de bezoldiging van de ambtenaar geldt, dan wel ter zake waarvan de ambtenaar een storting in 's Rijks kas verricht, zijn geen neveninkomsten uit arbeid of bedrijf in de zin van het eerste en tweede lid tot het bedrag van die inhouding, verlaging of storting.

Artikel 3

  • 1 De ambtenaar doet aan het bevoegd gezag zo mogelijk vooraf opgave van de neveninkomsten of van de vermeerdering van neveninkomsten als bedoeld in artikel 2, eerste en tweede lid, en van de wijzigingen daarin.

  • 2 Indien de neveninkomsten slechts over een langere termijn kunnen worden berekend, geschiedt de opgave dienovereenkomstig en wordt het inkomen met een voorlopig bedrag verminderd. De vermindering overeenkomstig artikel 2 vindt vervolgens plaats aan het einde of zo spoedig mogelijk na afloop van die termijn.

  • 3 Het bevoegd gezag kan nadere voorschriften geven met betrekking tot de wijze van opgave door de ambtenaar.

Artikel 4

Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste kalendermaand na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Binnenlandse Zaken,
voor deze,
De

directeur-generaal Management en Personeelsbeleid

,

H. A. P. M. Pont