Artikel 2.
1. Indien een boete wordt opgelegd voor het overtreden van een bepaling als genoemd
in tabel 1, is bij de vaststelling van de hoogte van deze boete de volgende categorie-indeling
naar de som van de standen van buitenlandse activa en passiva, te berekenen door het
gemiddelde per maand te nemen over een periode van 12 maanden voorafgaande aan de
geconstateerde overtreding, van toepassing met de daarbij behorende factor:
Categorie I: een ieder met een som van de standen van buitenlandse activa en passiva
van minder dan € 1 miljard: factor 1;
Categorie II: een ieder met een som van de standen van buitenlandse activa en passiva
van ten minste € 1 miljard maar minder dan € 4 miljard: factor 2;
Categorie III: een ieder met een som van de standen van buitenlandse activa en passiva
van ten minste € 4 miljard maar minder dan € 10 miljard: factor 4;
Categorie IV: een ieder met een som van de standen van buitenlandse activa en passiva
van ten minste € 10 miljard: factor 10.
2. De boete wordt vastgesteld door het bedrag, bedoeld in artikel 1, te vermenigvuldigen met de factor behorende bij de categorie naar de som van de
standen van buitenlandse activa en passiva, bedoeld in het eerste lid.
3. Indien de gegevens omtrent de som van de standen van buitenlandse activa en passiva,
te berekenen door het gemiddelde per maand te nemen over een periode van 12 maanden
voorafgaande aan de geconstateerde overtreding, niet aan de Bank beschikbaar zijn
gesteld, kan de Bank aan degene aan wie de boete wordt opgelegd verzoeken deze gegevens
binnen een door hem te stellen termijn te verstrekken. Indien de betrokkene niet binnen
de gestelde termijn voldoet aan dit verzoek, is bij de vaststelling van de hoogte
van de boete categorie IV van toepassing.
Tabel 1
Overtreding van voorschriften, gesteld bij of krachtens artikel:
|
Tariefnummer:
|
7, eerste lid
|
1
|
7, tweede lid
|
1
|
Tabel 2
Overtreding van voorschriften, gesteld bij of krachtens artikel:
|
Tariefnummer:
|
7, derde lid
|
2
|
7, vierde lid
|
2
|