Hoofdstuk 1. Algemene bepaling
Hoofdstuk 2. Het samenstel van de openbare registers en het afschrift van ter inschrijving
aangeboden stukken; tekeningen
-
1 De registers, bedoeld in artikel 8, eerste lid, onder a, van de wet bestaan uit:
-
a. een register Hypotheken 3 voor de inschrijving van stukken inzake hypotheken en beslagen,
alsmede inzake alle rechtshandelingen en rechtsfeiten die betrekking hebben op hypotheken
en beslagen;
-
b. een register Hypotheken 4 voor de inschrijving van alle overige stukken.
-
2 De registers, bedoeld in artikel 8, eerste lid, onder b, van de wet bestaan uit:
-
a. een register Hypotheken 4 voor de inschrijving van de verzoeken tot teboekstelling
van zeeschepen en zeevissersschepen;
-
b. een register Hypotheken 4 voor de inschrijving van de verzoeken tot teboekstelling
van binnenschepen;
-
c. een register Hypotheken 3 voor de inschrijving van stukken inzake hypotheken en beslagen,
alsmede inzake alle rechtshandelingen en rechtsfeiten die betrekking hebben op hypotheken
en beslagen;
-
d. een register Hypotheken 4 voor de inschrijving van de verzoeken tot teboekstelling
als afgebouwd schip, alsmede voor de inschrijving van alle overige stukken.
-
3 De registers, bedoeld in artikel 8, eerste lid, onder c, van de wet bestaan uit:
-
a. een register Hypotheken 4 voor de inschrijving van de verzoeken tot teboekstelling;
-
b. een register Hypotheken 3 voor de inschrijving van stukken inzake hypotheken en beslagen,
alsmede inzake alle rechtshandelingen en rechtsfeiten die betrekking hebben op hypotheken
en beslagen;
-
c. een register Hypotheken 4 voor de inschrijving van alle overige stukken.
-
1 De verklaring van eensluidendheid, bedoeld in artikel 11, eerste lid, van de wet wordt gesteld aan de voet van het afschrift en bevat de verklaring dat het afschrift
eensluidend is met het ter inschrijving aangeboden stuk, onder vermelding van naam,
voornamen en woonplaats met adres van degene die de verklaring ondertekent.
Bij de aanbieding ter inschrijving van de volgende stukken behoeft geen afschrift
als bedoeld in artikel 11, eerste lid, van de wet te worden aangeboden:
-
a. verzoek tot teboekstelling van een zeeschip of zeevissersschip in aanbouw;
-
b. verzoek tot teboekstelling van een binnenschip in aanbouw;
-
c. verzoek tot teboekstelling als afgebouwd schip van een zeeschip of zeevissersschip
dat reeds als schip in aanbouw te boek staat;
-
d. verzoek tot teboekstelling als afgebouwd schip van een binnenschip dat reeds als schip
in aanbouw te boek staat;
-
e. verzoek tot teboekstelling van een zeeschip of zeevissersschip;
-
f. verzoek tot teboekstelling van een binnenschip;
-
g. aangifte tot wijziging van de beschrijving van een te boek staand schip, mededeling
omtrent de gekozen woonplaats en afwijkend beding inzake scheepstoebehoren;
-
h. aangifte tot doorhaling van de teboekstelling van een zeeschip of zeevissersschip;
-
i. aangifte tot doorhaling van de teboekstelling van een binnenschip;
-
j. verzoek tot doorhaling van de teboekstelling van een zeeschip of zeevissersschip;
-
k. verzoek tot doorhaling van de teboekstelling van een binnenschip;
-
l. verzoek tot teboekstelling van een luchtvaartuig;
-
m. verzoek tot doorhaling van de teboekstelling van een luchtvaartuig;
-
n. aangifte tot doorhaling van de teboekstelling van een luchtvaartuig.
-
2 In afwijking van artikel 11, eerste lid, van de wet kan van een tekening een niet op een door de Dienst verstrekt formulier gesteld afschrift
worden aangeboden, ingeval naar het oordeel van de bewaarder de figuratie te groot
of te ingewikkeld is om zonder bezwaar op bedoeld formulier te worden overgenomen.
-
1 Onverminderd artikel 5, moet de tekening, bedoeld in artikel 109, tweede lid, van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek, voldoen aan de volgende vereisten:
-
a. elk blad waaruit de tekening bestaat vermeldt de kadastrale aanduiding van het in
de splitsing in appartementsrechten betrokken perceel en elk blad wordt door de desbetreffende
notaris gewaarmerkt;
-
b. de tekening bevat plattegronden van de begane grond en van de ver diepingen en zonodig
ook doorsnede en aanzichten van het gebouw, alsmede van de bij het gebouw behorende
grond;
-
c. de tekening geeft de begrenzing aan van de onderscheidene gedeelten van de gebouwen
en de grond, die bestemd zijn als afzonderlijk geheel te worden gebruikt en waarvan
het uitsluitend gebruik in een appartementsrecht zal zijn begrepen, alsmede de ligging
van die gedeelten ten opzichte van de overige gedeelten van de gebouwen of van de
grond;
-
d. op de tekening is binnen de begrenzing van elk zodanig gedeelte een nummer in arabische
cijfers als kenmerk van dat gedeelte aangebracht;
-
e. voor het geval dat een zodanig gedeelte bestaat uit niet belendende onderdelen of
uit onderdelen welker grondvlakken niet in hetzelfde horizontale vlak zijn gelegen,
bevat de tekening binnen de begrenzing van elk dier onderdelen hetzelfde nummer als
kenmerk van dat gedeelte;
-
f. de nummers, bedoeld onder d en e, vormen een met het cijfer één aanvangende, zonder
onderbreking opklimmende reeks der natuurlijke getallen;
-
g. de onder c bedoelde begrenzingen zijn zoveel mogelijk door een onuitwisbare lijn van
in het oog vallende dikte aangegeven, welke dikte gelijk is in alle op de tekening
voorkomende afbeeldingen, uitgezonderd de in het derde lid bedoelde situatieschets.
Daarnevens zijn ter verduidelijking arceringen toegelaten, afzonderlijk gekozen voor
verschillende gedeelten die voor gebruik als afzonderlijk geheel zijn bestemd;
-
h. de appartementsindex is aangebracht zoveel mogelijk in het midden binnen de begrenzing
van elk voor gebruik als afzonderlijk geheel bestemd gedeelte, en in het onder e bedoelde
geval, zoveel mogelijk in het midden binnen de begrenzing van elk der aldaar bedoelde
onderdelen;
-
i. de schaal van de op de tekening voorkomende afbeeldingen is niet groter dan 1 : 100
en niet kleiner dan 1 : 200;
-
j. elk blad waaruit de tekening bestaat, vermeldt de voor de desbetreffende afbeelding
gebruikte schaal;
-
k. de richting van het noorden is op elk blad van de tekening door een pijl aangegeven.
-
2 Het is toegestaan dat de in het eerste lid bedoelde tekening van elk gedeelte van
de gebouwen, dat voor gebruik als afzonderlijk geheel is bestemd, de onderlinge ligging
van alle tot dat gedeelte behorende vertrekken en andere ruimten aangeeft.
-
3 In afwijking van het eerste lid, onder i, kan een kleinere schaal worden gebruikt
voor een situatieschets, welke met het oog op het aan het slot van het eerste lid,
onder c, omschreven vereiste, op de tekening wordt aangebracht, als overzicht van
de overige afbeeldingen.
-
4 In geval van ondersplitsing in appartementsrechten worden de omkringde nummers, bedoeld
in artikel 28, derde lid, op de tekening gesteld in de linkerbovenhoek van elk van de desbetreffende gedeelten.
Artikel 7
[Vervallen per 16-07-2000]
Artikel 8
[Vervallen per 16-07-2000]
Artikel 9
[Vervallen per 16-07-2000]
Artikel 10
[Vervallen per 16-07-2000]
Artikel 11
[Vervallen per 16-07-2000]
Hoofdstuk 3. Vereisten waaraan in te schrijven stukken moeten voldoen
-
1 Ingeval een ter inschrijving aangeboden stuk betrekking heeft op een bepaald reeds
eerder ingeschreven stuk als bedoeld in artikel 19, eerste lid, van de wet, bevat het een verwijzing naar dit eerdere stuk door de vermelding van het kantoor
van de Dienst waar het eerdere stuk is ingeschreven, het soort register waarin inschrijving
plaatsvond, alsmede deel en nummer van inschrijving.
Indien in een in te schrijven stuk de plaatselijke aanduiding van een onroerende zaak
of een appartementsrecht moet worden vermeld, geschiedt zulks door de vermelding van
de plaats en het adres, of, zo de desbetreffende onroerende zaak of het desbetreffende
appartementsrecht geen adres heeft, de naam van de plaats en de straat in welks nabijheid
de onroerende zaak of het appartementsrecht is gelegen.
Hoofdstuk 4. In de kadastrale registratie op te nemen gegevens
Hoofdstuk 5. Bijwerking van de kadastrale registratie en de kadastrale kaarten
Als publiekrechtelijke rechtspersonen of andere lichamen, aan wie een deel van de
overheidstaak is opgedragen, als bedoeld in artikel 54, eerste lid, onder b, c en e, van de wet, worden aangewezen:
-
a. voor zover het betreft inlichtingen omtrent het overlijden van personen die als eigenaar
of beperkt gerechtigde met betrekking tot een onroerende zaak in de kadastrale registratie
staan vermeld:
-
b. voor zover het betreft inlichtingen omtrent de wettelijke woonplaats, daaronder begrepen
het adres, van personen die als eigenaar of beperkt gerechtigde met betrekking tot
een onroerende zaak in de kadastrale registratie staan vermeld:
-
c. voor zover het betreft inlichtingen omtrent de feitelijke gesteldheid van onroerende
zaken:
-
1º de gemeenten, en
-
2º de waterschappen.
Indien uit een ingeschreven stuk blijkt dat sprake is van een trust, wordt in de kadastrale
registratie als rechthebbende vermeld de trustee, alsmede die hoedanigheid, onder
vermelding van de gegevens betreffende de trust.
-
1 De Dienst doet van het voornemen tot het houden van een onderzoek, al dan niet op
verzoek van een belanghebbende, naar het zich voorgedaan hebben van een feit als bedoeld
in artikel 29 dan wel in artikel 35 van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek, mededeling aan belanghebbenden
door middel van een brief.
-
1 De Dienst doet van het voornemen tot het ter plaatse inwinnen van nadere inlichtingen,
bedoeld in artikel 73, derde lid, van de wet, mededeling aan belanghebbenden door middel van een brief.
-
1 Het voornemen tot het instellen van een onderzoek van vernieuwing, bedoeld in artikel 75, eerste lid, van de wet, wordt tenminste één maand vóór de aanvang van dat onderzoek openbaar gemaakt in
tenminste twee dag- of nieuwsbladen die in het desbetreffende gebied worden verspreid.
-
2 In de bekendmaking wordt de omvang van het desbetreffende gebied duidelijk omschreven
en op een topografische kaart weergegeven. Tevens bevat de bekendmaking een korte
uiteenzetting omtrent doel en inhoud van het voornemen, waarbij tevens wordt gewezen
op de in artikel 78, tweede en derde lid, van de wet genoemde gevolgen die de wet aan de vernieuwing verbindt.
-
3 De in het eerste lid bedoelde brief maakt ook melding van het adres en het telefoonnummer
van het kantoor van de Dienst, alsmede van de naam van de ambtenaar tot wie een belanghebbende
zich desgewenst kan wenden, indien het in het vierde lid bedoelde geval zich voordoet.
Het relaas van bevindingen bevat tenminste naast de gegevens die op grond van de desbetreffende
bepalingen van de wet en het Kadasterbesluit daarin moeten worden vermeld:
-
a. de namen en overige personalia van de bij de bijwerking belanghebbende personen die
inlichtingen hebben verstrekt of ter plaatse aanwijzingen hebben gegeven dan wel van
hun vertegenwoordigers zo zij niet in persoon verschijnen dan wel wettelijke vertegenwoordi
gers hebben;
-
b. ingeval van vertegenwoordiging, de aard van deze en, ingeval een rechtspersoon wordt
vertegenwoordigd, de relatie van de vertegenwoordiger tot de rechtspersoon;
-
c. de relatie van de verschenen personen of de door hen vertegenwoordigde personen tot
de onroerende zaak;
-
d. de omschrijving van de door belanghebbenden aangewezen grenzen, vastgelegd op een
schets of tekening onder aanduiding van grenspunten en onder vermelding van maten
en coördinaten dan wel een verwijzingscode naar deze coördinaten;
-
e. het al dan niet eensluidend zijn van de aanwijzingen van belanghebbenden;
-
f. in geval de aanwijzingen niet eensluidend zijn, alle gegeven aanwijzingen;
-
g. de resultaten van de controle of de omschrijving van de onroerende zaak in het ingeschreven
stuk verenigbaar is met de door belanghebbenden gegeven aanwijzingen;
-
h. in geval van het niet-ontvangen van inlichtingen, de reden daarvan.
-
1 De voorstellen van vernieuwing, bedoeld in artikel 76, tweede lid, van de wet, worden als volgt ingedeeld:
-
a. de kadastrale aanduiding van de in het onderzoek van vernieuwing betrokken percelen,
zoals deze luidt op de dag waarop het voorstel is opgemaakt;
-
b. de gegevens omtrent de rechten, de rechthebbenden en de grootte zoals deze luiden
op de dag waarop het voorstel is opgemaakt;
-
c. de inhoud van het voorstel van vernieuwing;
-
d. de gronden waarop de inhoud van het voorstel berust;
-
e. bijhoudingen als bedoeld in artikel 76, tweede lid, van de wet.
-
2 Ingeval de geautomatiseerde bestanden van de kadastrale registratie mede onderdelen
omvatten van het geautomatiseerde systeem Hypotheken waardoor het mogelijk wordt in
de kadastrale registratie een of meer soorten van gegevens omtrent hypotheken op te
nemen als bedoeld in artikel 48, tweede lid, van de wet, vindt bijhouding plaats op grond van veranderingen als bedoeld in artikel XI van hoofdstuk II van de Invoeringswet Kadasterwet en vangt de bijhouding van die soorten van gegevens in de kadastrale registratie
terstond aan.
-
3 De wijze van bijhouding vindt, voorts, plaats in overeenstemming met de inhoud van
het desbetreffende gereed gekomen onderdeel van het geautomatiseerde systeem Hypotheken
dat aan de geautomatiseerde bestanden van de kadastrale registratie wordt toegevoegd,
en met inachtneming van hetgeen bij of krachtens de wet daaromtrent is bepaald.
Hoofdstuk 6. Inlichtingen
-
1 De in artikel 57, zesde lid, van de wet bedoelde inlichtingen worden op het desbetreffende kantoor van de Dienst verstrekt
door belanghebbenden inzage te geven in, dan wel mondelinge inlichtingen te verstrekken
uit de kadastrale registratie, de kadastrale kaarten en de daaraan ten grondslag liggende
bescheiden, voor zover het de percelen betreft die in de kennisgeving zijn vermeld.
Tevens wordt aan belanghebbenden desgewenst een toelichting verstrekt.
Hoofdstuk 7. Vaststelling van het complexnummer inzake splitsing in appartementsrechten
-
1 Het verzoek tot vaststelling van het complexnummer ter zake van appartementsrechten,
bedoeld in artikel 2, derde lid, van het Kadasterbesluit, wordt gedaan bij de bewaarder van het kantoor binnen wiens kring de onroerende zaken
geheel of grotendeels zijn gelegen, door middel van een formulier in tweevoud, waarvan
de vorm overeenkomt met het model dat als bijlage 1 bij deze regeling is gevoegd.
-
6 De in het vijfde lid bedoelde tekening kan uit meer dan één blad bestaan. Elk blad
vermeldt de in het derde lid, onder a, bedoelde gegevens, alsmede de dagtekening van
het verzoek en elk blad wordt door de notaris die het formulier ondertekent, gewaarmerkt.
Het bevat een open ruimte, bestemd voor de verklaring bedoeld in artikel 27, tweede lid.
-
7 De notaris die het formulier ondertekent, verklaart daarin uit hoeveel bladen de tekening
bestaat, en tevens, dat de overgelegde exemplaren van de tekening onderling geheel
gelijkluidend zijn.
-
1 Nadat de Dienst heeft bevonden dat de tekening, bedoeld in artikel 26, vijfde lid, voldoet aan de in artikel 26 bedoelde vereisten, stelt de Dienst het complexnummer vast.
-
2 De beide exemplaren van het in artikel 26 bedoelde formulier en elk exemplaar van elk blad van de daarbij overgelegde tekening
worden voorzien van een door de bewaarder gedagtekende en ondertekende verklaring,
aangevend hoe de complexaanduiding luidt.
Daarna zendt de bewaarder aan de notaris die het formulier heeft ondertekend, één
exemplaar van dit formulier en één exemplaar van de tekening terug.
-
2 De tekening die bij het verzoek betreffende de voorgenomen ondersplitsing wordt overgelegd,
stemt geheel overeen met de laatste ingeschreven tekening, met dien verstande dat
binnen de begrenzing van het gedeelte van de gebouwen en de grond, waarvan het uitsluitend
gebruik in het onder te splitsen appartementsrecht begrepen is, de begrenzingen worden
aangegeven van de onderscheidene gedeelten die bestemd zijn om na de voorgenomen ondersplitsing
als afzonderlijk geheel te worden gebruikt en waarvan volgens de akte van ondersplitsing
het uitsluitend gebruik in de onderscheidene nieuwe appartementsrechten zal zijn begrepen.
-
3 De in het tweede lid bedoelde gedeelten worden op de over te leggen tekening aangeduid
met de nummers, volgende op het hoogste nummer dat als kenmerk van een gedeelte voorkomt
op de laatste ingeschreven tekening.
Tevens wordt elk van deze gedeelten en die waarvan na de ondersplitsing het uitsluitend
gebruik niet zal zijn begrepen in een der nieuwe appartementsrechten, op de over te
leggen tekening voorzien van het nummer dat op de laatste ingeschreven tekening voorkomt
als kenmerk van het onder te splitsen appartementsrecht. Dit nummer wordt omkringd.
-
1 In geval van een wijziging van de akte van splitsing als bedoeld in artikel 139 van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek, die niet uitsluitend betrekking heeft op het reglement, zijn de artikelen 26 en 27 van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat het bestaande complexnummer
gehandhaafd wordt en behoudens het tweede en derde lid.
-
2 De appartementsindices blijven bij wijziging van de akte van splitsing gehandhaafd,
voor zover deze wijziging niet een verandering betreft in de begrenzing van enig gedeelte
van de gebouwen of de grond, dat al dan niet tezamen met andere gedeelten voor gebruik
als afzonderlijk geheel is bestemd en waarvan het uitsluitend gebruik in een appartementsrecht
is begrepen.
-
3 De tekening die bij het verzoek betreffende de voorgenomen wijziging wordt overgelegd,
geeft de begrenzing aan van de onderscheidene gedeelten van de gebouwen en de grond,
die bestemd zijn als afzonderlijk geheel te worden gebruikt en waarvan na inschrijving
van de akte van wijziging het uitsluitend gebruik in een appartementsrecht is begrepen.
Hoofdstuk 8. Inhoud en bijwerking van de registratie voor schepen
In de registratie voor schepen worden ten aanzien van elk daarin te boek staand schip
tevens de volgende gegevens opgenomen:
-
a. het feit dat een verkrijging plaatsvond onder een ontbindende of opschortende voorwaarde;
-
b. een korte aanduiding van de aard van de in de openbare registers ingeschreven stukken
betreffende de volgende feiten:
-
1º ondercuratelestelling van een rechthebbende, alsmede de naam en de woonplaats met
adres van de curator;
-
2º faillietverklaring van een rechthebbende, alsmede de naam en de woonplaats met adres
van de curator;
-
3º surséance van betaling, verleend aan een rechthebbende, alsmede de naam en de woonplaats
met adres van de bewindvoerder;
-
4º scheepshuurkoopovereenkomst waarop artikel 800, tweede lid, van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing is;
-
5º reglementen en andere regelingen die tussen medegerechtigden in schepen zijn vastgesteld;
-
6º instelling van een rechtsvordering of de indiening van een verzoekschrift ter verkrijging
van een rechterlijke uitspraak;
-
7º instelling van een rechtsmiddel tegen een rechterlijke uitspraak;
-
8º het van toepassing zijn van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen op een
rechthebbende, alsmede de naam en woonplaats met adres van de bewindvoerder;
-
c. inzake beslagen: ten behoeve van wie het beslag is gelegd, alsmede het desbetreffende
bedrag.
Als publiekrechtelijke rechtspersonen of andere lichamen, aan wie een deel van de
overheidstaak is opgedragen, als bedoeld in artikel 87, eerste lid, onder b en c, van de wet, worden aangewezen:
-
a. voor zover het betreft inlichtingen omtrent het overlijden van personen die als eigenaar
of beperkt gerechtigde met betrekking tot een schip in de registratie voor schepen
staan vermeld:
-
b. voor zover het betreft inlichtingen omtrent de wettelijke woonplaats, daaronder begrepen
het adres, van personen die als eigenaar of beperkt gerechtigde met betrekking tot
een schip in de registratie voor schepen staan vermeld:
Indien uit een ingeschreven stuk blijkt dat sprake is van een trust, wordt in de registratie
voor schepen als rechthebbende vermeld de trustee, alsmede die hoedanigheid, onder
vermelding van de gegevens betreffende de trust.
-
1 De in artikel 9 van de Maatregel teboekgestelde schepen 1992 bedoelde certificaten en duplicaten van certificaten hebben de vorm van het model
dat als bijlage 2 bij deze regeling is gevoegd onder toevoeging van het woord ‘certificaat’
dan wel, ingeval artikel 10, eerste lid, van die maatregel van toepassing is, ‘vervangend certificaat’, onderscheidenlijk ‘duplicaat-certificaat’.
De in de eerste zin genoemde documenten worden aan de achterzijde voorzien van een
tekst met de vorm van het model dat als bijlage 3 bij deze regeling is gevoegd, met
dien verstande dat ingeval van afgifte van vervangende certificaten dan wel van duplicaten
van certificaten het woord ‘certificaat’ wordt gewijzigd in ‘vervangend certificaat’
onderscheidenlijk ‘duplicaat-certificaat’.
-
2 Ingeval de geautomatiseerde bestanden van de registratie voor schepen mede onderdelen
omvatten waardoor het mogelijk wordt in de registratie voor schepen een of meer soorten
van gegevens omtrent hypotheken op te nemen als bedoeld in artikel 85, tweede lid, van de wet, vindt bijhouding plaats op grond van veranderingen als bedoeld in artikel XVI van hoofdstuk II van de Invoeringswet Kadasterwet en vangt de bijhouding van die soorten van gegevens in de registratie voor schepen
terstond aan.
-
3 De wijze van bijhouding vindt, voorts, plaats in overeenstemming met de inhoud van
het desbetreffende gereed gekomen onderdeel van het geautomatiseerde systeem dat aan
de geautomatiseerde bestanden van de registratie voor schepen wordt toegevoegd, en
met inachtneming van hetgeen bij of krachtens de wet daaromtrent is bepaald.
Hoofdstuk 9. Inhoud en bijwerking van de registratie voor luchtvaartuigen
In de registratie voor luchtvaartuigen worden ten aanzien van elk daarin te boek staand
luchtvaartuig tevens de volgende gegevens opgenomen:
-
a. het feit dat een verkrijging plaatsvond onder een ontbindende of opschortende voorwaarde;
-
b. een korte aanduiding van de aard van de in de openbare registers ingeschreven stukken
betreffende de volgende feiten:
-
1º ondercuratelestelling van een rechthebbende, alsmede de naam en de woonplaats met
adres van de curator;
-
2º faillietverklaring van een rechthebbende, alsmede de naam en de woonplaats met adres
van de curator;
-
3º surséance van betaling, verleend aan een rechthebbende, alsmede de naam en de woonplaats
met adres van de bewindvoerder;
-
4º reglementen en andere regelingen die tussen medegerechtigden in luchtvaartuigen zijn
vastgesteld;
-
5º instelling van een rechtsvordering of de indiening van een verzoekschrift ter verkrijging
van een rechterlijke uitspraak;
-
6º instelling van een rechtsmiddel tegen een rechterlijke uitspraak;
-
7º het van toepassing zijn van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen op een
rechthebbende, alsmede de naam en woonplaats met adres van de bewindvoerder;
-
c. inzake beslagen: ten behoeve van wie het beslag is gelegd, alsmede het desbetreffende
bedrag.
Als publiekrechtelijke rechtspersonen of andere lichamen, aan wie een deel van de
overheidstaak is opgedragen, als bedoeld in artikel 94, eerste lid, onder b en c, van de wet, worden aangewezen:
-
a. voor zover het betreft inlichtingen omtrent het overlijden van personen die als eigenaar
of beperkt gerechtigde met betrekking tot een luchtvaartuig in de registratie voor
luchtvaartuigen staan vermeld:
-
b. voor zover het betreft inlichtingen omtrent de wettelijke woonplaats, daaronder begrepen
het adres, van personen die als eigenaar of beperkt gerechtigde met betrekking tot
een luchtvaartuig in de registratie voor luchtvaartuigen staan vermeld:
Indien uit een ingeschreven stuk blijkt dat sprake is van een trust, wordt in de registratie
voor luchtvaartuigen als rechthebbende vermeld de trustee, alsmede die hoedanigheid,
onder vermelding van de gegevens betreffende de trust.
De in artikel 15 van de Maatregel teboekgestelde luchtvaartuigen 1996 bedoelde verzoeken
en aangiften hebben de vorm van de modellen die als bijlagen 14 tot en met 16 bij deze regeling zijn gevoegd.
Hoofdstuk 10. Overige en slotbepalingen
De gevallen waarin de Dienst bevoegd is om de kadastrale aanduiding van onroerende
zaken en appartementsrechten te wijzigen en de grootte van percelen opnieuw vast te
stellen, bedoeld in artikel 111, eerste lid, van de wet, zijn:
-
a. de gevallen waarin percelen die afgebeeld zijn op kaarten die niet in het coördinatenstelsel
van de Rijksdriehoeksmeting zijn aangelegd, worden afgebeeld op in genoemd coördinatenstelsel
aangelegde kaarten;
-
b. de gevallen waarin vernieuwing van de kadastrale kaart plaatsvindt, waarbij deze op
een andere kaartschaal wordt gebracht;
-
c. de gevallen waarin percelen worden afgebeeld op een andere kadastrale kaart;
-
d. de gevallen waarin de indeling in kadastrale gemeenten wijzigt.
De Uitvoeringsregeling Kadasterwet wordt ingetrokken.
-
2 Deze regeling wordt aangehaald als: Uitvoeringsregeling Kadasterwet 1994.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst met uitzondering
van de bijlagen die ter inzage zullen worden gelegd. Van deze terinzagelegging zal
mededeling worden gedaan in de Staatscourant.
Bijlage 14. als bedoeld in artikel 38 van de Uitvoeringsregeling Kadasterwet 1994
Verzoek tot teboekstelling van een luchtvaartuig
De ondergetekende(n)
wonende
woonplaats kiezende te: …
eigen(a)ar(en) van het luchtvaartuig met het nationaliteits- en inschrijvingskenmerk
… genaamd …
gebouwd te … in het jaar …
fabrikaat: … type: …
serienummer: …
fabrikaat motoren: …
type: … aantal: …
maximum startgewicht: …
welk luchtvaartuig:
- -
te boek gestaan heeft te …
- -
nummer heeft te boek gestaan
verzoekt/verzoeken de bewaarder van het kadaster en de openbare registers te Rotterdam
bovengenoemd luchtvaartuig te boek te stellen.
Hij/Zij verklaart/verklaren :
-
a. dat het luchtvaartuig is een Nederlands luchtvaartuig in de zin der Luchtvaartwet en niet reeds te boek staat
-
b. dat het luchtvaartuig niet te boek staat
-
c. dat het luchtvaartuig in een verdragsregister te boek staat, doch is verkregen door
toewijzing na een executie welke in Nederland heeft plaatsgevonden.
Voorts verklaart/verklaren hij/zij, dat naar zijn/haar/hun beste weten het luchtvaartuig
voor teboekstelling vatbaar is.
De ondergetekende(n) verzoek/verzoeken de arrondissementsrechtbank te deze verklaring
goed te keuren.
Teneinde deze goedkeuring te verkrijgen, worden bij dit verzoek overgelegd:
-
1e. het bewijs van inschrijving in het Nederlandse nationaliteitsregister,
-
2e. een door de directeur-hoofdinspecteur van de divisie Luchtvaart van de Inspectie
Verkeer en Waterstaat afgegeven verklaring, waaruit het startgewicht van het luchtvaartuig
blijkt,
-
3e. …
…, …
Totaal der bijlagen: …
Beschikking van de rechtbank
...
Bijlage 15. als bedoeld in artikel 38 van de Uitvoeringsregeling Kadasterwet 1994
Verzoek tot doorhaling van de teboekstelling van een luchtvaartuig
De ondergetekende(n)
wonende …
verzoekt/verzoeken de bewaarder van het kadaster en de openbare registers te Rotterdam
de teboekstelling van het luchtvaartuig met het nationaliteits- en inschrijvingskenmerk
…
nummer van teboekstelling: …
genaamd …
door te halen.
De mede-ondergetekende(n)
wonende …
te wiens/wier gunste inschrijvingen of voorlopige aantekeningen betreffende het luchtvaartuig
bestaan, verklaart/verklaren in de doorhaling toe te stemmen, verklaart/verklaren
dat zij zijn voldaan.
Teneinde de machtiging tot deze doorhaling te verkrijgen, worden aan de arrondissementsrechtbank
te … bij dit verzoek overgelegd:
-
a. een uittreksel van de registratie voor luchtvaartuigen;
-
b. het/de bewijsstuk(ken) waaruit blijkt dat degene(n) te wiens/wier gunste inschrijvingen
of voorlopige aantekeningen betreffende het luchtvaartuig bestaan, is/zijn voldaan
.
…, …
Totaal der bijlagen: …
Bijlage 16. als bedoeld in artikel 38 van de Uitvoeringsregeling Kadasterwet 1994
Aangifte
De ondergetekende(n)
wonende …
verklaart/verklaren omtrent het luchtvaartuig met het nationaliteits- en inschrijvingskenmerk
…
nummer van teboekstelling: …
genaamd …
-
a. dat het de Nederlandse nationaliteit heeft verloren
-
b. dat het heeft opgehouden als zodanig te bestaan,
-
c. dat daarvan gedurende 2 maanden na het laatste vertrek geen tijding is ontvangen,
en verzoekt/verzoeken de doorhaling ter teboekstelling .
Teneinde de machtiging tot deze doorhaling te verkrijgen, worden aan de arrondissementsrechtbank
te bij dit verzoek overgelegd:
-
1e. een uittreksel van de registratie voor luchtvaartuigen,
-
2e. een verklaring van de directeur-hoofdinspecteur van de divisie Luchtvaart van de
Inspectie Verkeer en Waterstaat dat het luchtvaartuig is afgevoerd uit het nationaliteitsregister,
-
3e.
Totaal der bijlagen: …
… (plaats), … (datum)