Besluit van 21 april 1994, houdende het van kracht verklaren voor de gemeenschappelijke
Maas in Nederland van het Scheepvaartreglement Gemeenschappelijke Maas
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 4 maart 1994, nr.
RVR 161819, Hoofddirectie van de Waterstaat, Hoofdafdeling Bestuurlijke en Juridische
Zaken;
Gelet op de op 6 januari 1993 te Brussel tot stand gekomen Overeenkomst tussen het
Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk België tot regeling van het scheepvaartverkeer
en van de recreatie op de gemeenschappelijke Maas (Trb. 1993, 93);
Gelet op de artikelen 4 en 18, eerste lid, van de Scheepvaartverkeerswet;
De Raad van State gehoord (advies van 29 maart 1994, nr. W09.94.0124);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat, van 12 april
1994, nr. RVR 172680, Hoofddirectie van de Waterstaat, Hoofdafdeling Bestuurlijke
en Juridische Zaken;
Hebben goedgevonden en verstaan: