Wet van 28 april 1994, houdende wijziging van bepalingen van de Mediawet in verband
met het versterken van de organisatie van de landelijke publieke omroep en het bieden
van langdurige zekerheid aan omroepinstellingen
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Mediawet te wijzigen in verband met het versterken van de organisatie van de landelijke publieke
omroep en het bieden van langdurige zekerheid aan omroepinstellingen door middel van
de verlening van langjarige concessies en de toewijzing van langjarige zendtijd, waardoor
de onderlinge samenwerking en de afstemming van de programma's worden bevorderd, opdat,
onder behoud van zowel verscheidenheid als identiteit binnen de landelijke publieke
omroep, een programma-aanbod tot stand kan komen dat zich blijvend onderscheidt van
het aanbod van commerciële omroepinstellingen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: