Tijdelijke vergoedingsregeling psychotherapie na-oorlogse generatie

Geraadpleegd op 30-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2014 en zichtdatum 12-03-2014.
Geldend van 01-01-2011 t/m heden

Tijdelijke vergoedingsregeling psychotherapie na-oorlogse generatie

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Handelende in overeenstemming met de Pensioen- en Uitkeringsraad;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. de Minister: de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

  • b. de Sociale verzekeringsbank: de Sociale verzekeringsbank, genoemd in hoofdstuk 6 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;

  • c. een hulpverlener: een psychotherapeut, een psychiater of een klinisch psycholoog;

  • d. een behandeling: een psychotherapeutische behandeling door een hulpverlener.

Artikel 2

De Sociale verzekeringsbank verstrekt een vergoeding in de kosten van een behandeling, indien:

  • a. de aanvrager is verzekerd als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet;

  • b. de behandeling niet volledig wordt vergoed door de zorgverzekeraar;

  • c. de kosten van de behandeling op basis van een Diagnose Behandeling Combinatie bij de zorgverzekeraar in rekening zijn gebracht;

  • d. de aanvrager woonachtig is in Nederland;

  • e. de oorlogservaringen tijdens de Tweede Wereldoorlog van (een van) de ouders dan wel andere opvoeders van een zodanige invloed op de opvoeding van de aanvrager zijn geweest, dat de klachten van de aanvrager met een grote mate van waarschijnlijkheid met die oorlogservaringen van (een van) de ouders dan wel andere opvoeders in verband staan;

  • f. de behandeling geïndiceerd is vanwege de onder e genoemde klachten, en

  • g. de behandeling plaatsvindt door een hulpverlener die is ingeschreven in het krachtens artikel 3 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg ingestelde register van psychotherapeuten, artsen of gezondheidszorgpsychologen en het vereiste specialisme bezit om een behandeling te verrichten.

Artikel 2a

Aan deze regeling kan geen aanspraak worden ontleend door degene aan wie op grond van de Wet buitengewoon pensioen 1940–1945, de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940–1945 of de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940–1945 reeds een vergoeding dan wel tegemoetkoming in de kosten van een behandeling is verleend.

Artikel 3

Voor de beoordeling of voldaan is aan de in artikel 2, onder c en d, genoemde voorwaarden alsmede omtrent de vaststelling van de geïndiceerde duur van de behandeling vraagt de Sociale verzekeringsbank een schriftelijk advies aan de psychiater of psychotherapeut/niet-psychiater, werkzaam bij de Centrale Vereniging Joodse Geestelijke Gezondheidszorg dan wel het Centrum '45, die tevens verbonden is aan het samenwerkingsverband Aanspreekpunt Na-oorlogse Generatie.

Artikel 4

De vergoeding, bedoeld in artikel 2, wordt verleend voor de duur van de Diagnose Behandeling Combinatie die op de behandeling betrekking heeft.

Artikel 5

  • 2 De vergoeding wordt betaalbaar gesteld op grond van een door de aanvrager bij de Sociale verzekeringsbank in te dienen declaratie.

Artikel 6

De Sociale verzekeringsbank zendt de Minister een afschrift van de door hem genomen beschikking.

Artikel 8

Deze regeling treedt in werking met ingang van 17 oktober 1994 en vervalt op een door de Minister te bepalen tijdstip.

Artikel 9

Deze regeling kan worden aangehaald als: Tijdelijke vergoedingsregeling psychotherapie na-oorlogse generatie.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

voornoemd,

E. Borst-Eilers