Wet van 1 december 1994, houdende wijziging van de Wet op het basisonderwijs en de
Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs inzake de
bevoegdheid voor het geven van onderwijs in niet-Nederlandse taal en cultuur
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om in de Wet op het basisonderwijs
en in de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs
een regeling te treffen voor de bevoegdheid voor het geven van onderwijs in niet-Nederlandse
taal en cultuur;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: