Toelichting op de modellen
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
Toelichting op model I voor de balans
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
Algemeen
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
Gebruik voor het opstellen van de balans model I. Het is niet toegestaan van het model
af te wijken. Voor specificaties van de in het model vermelde hoofdposten gelden geen
voorschriften. Maak melding van de door u gehanteerde grondslagen voor waardering
en resultaatbepaling. Wanneer deze afwijken van de grondslagen van het vorige boekjaar
dient u dit toe te lichten.
Vaste activa
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
Vaste activa kunnen worden verkregen uit eigen middelen of uit middelen van derden
(sponsoring of schenking).
Als u subsidie ontvangt voor investering in vaste activa, dan vindt verantwoording
van de subsidie niet plaats in de exploitatierekening. U neemt de investering dan
op in de balans. Ontvangen subsidie neemt u in de balans op onder de Langlopende schulden
met als extra subpost ‘Investeringssubsidie’. Deze post ‘Investeringssubsidie’ valt
vrij via de exploitatierekening, gelijk lopend met de afschrijvingstermijn van de
investering.
U kunt activa verkregen uit sponsoring op de balans activeren. De daarvoor verkregen
sponsoring verwerkt u analoog aan de hierboven beschreven methode als extra subpost
Sponsoring onder de Langlopende schulden.
Vlottende activa
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
U splitst de post ‘Totaal vorderingen’ in een post ‘Vordering subsidie OCW’, ‘Voorwaardelijke
vordering OCW’ en een post ‘Overige vorderingen’. Voor de post ‘Vordering subsidie
OCW’ geldt het volgende: onder deze post neemt u afzonderlijk de toegezegde, nog niet
ontvangen (meerjarige) subsidies van OCW op (inclusief toegezegd subsidies voor beheerslasten),
zoals vermeld in de subsidiebeschikking en de wijzigingen (inclusief aanvullende subsidieverlening
en prijs- en loonbijstellingen) daarop. Eventuele (beperkende) voorwaarden genoemd
in de beschikking dient u te vermelden in de toelichting (bijvoorbeeld goedkeuring
van de subsidie door de wetgever).
De post ‘Voorwaardelijke vordering OCW’ geeft de geclausuleerde vordering op OCW aan.
Deze vordering vervangt de door OCW verstrekte garantie naar aanleiding van de liquiditeitsuitname
in 2002 en kan worden ingeroepen als de continuïteit van de door OCW goedgekeurde
activiteiten in gevaar komt.
Tegenover de vordering subsidie OCW verantwoordt u de posten ‘Nog te verlenen subsidies’
(over de hele subsidieperiode) en ‘Nog te realiseren beheerslasten’, waarbij u een
onderscheid maakt in een kortlopend en een langlopend deel. Het bedrag van de nog
te realiseren beheerslasten bepaalt u op basis van het verhoudingspercentage zoals
opgenomen in uw meerjarenbegroting.
Ontvangen voorschotten van OCW komen in mindering op de post ‘Vordering subsidie OCW’.
Als toelichting meldt u het kenmerk van de subsidiebeschikkingen.
Eigen vermogen
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
Bij het maken van onderscheid tussen algemene reserve, bestemmingsreserves en bestemmingsfondsen
volgt u de voorschriften van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, RJ 640 (640.305-313).
Tenzij hier afwijkende afspraken over zijn gemaakt dient u jaarlijks de rentebaten
minus -lasten en/of de baten uit lager vastgestelde subsidies toe te voegen aan het
bestemmingsfonds OCW. De wijze waarop de resultaatbestemming aan een bestemmingsreserve
of bestemmingsfonds wordt toegerekend en/of wordt aangewend voorziet u van een toelichting.
Daarbij maakt u de componenten van het resultaat inzichtelijk.
Aan het einde van de vierjaarlijkse periode wordt het restant van de balansposten
‘Nog te verlenen subsidies’ en ‘Nog te realiseren beheerslasten’ verantwoord in het
bestemmingsfonds OCW. Over de bestemming van de resterende middelen in het bestemmingsfonds
OCW zal aan het eind van de betreffende subsidieperiode een beslissing worden genomen.
Aandachtspunt: Als u een basissubsidie ontvangt en daarnaast een projectsubsidie geldt
het volgende: een eventueel positief saldo op een projectsubsidie van OCW wordt op
de balans opgenomen onder de kortlopende schulden als vooruitontvangen subsidie.
Aandachtspunt: Het verloop van de bestemmingsreserves en bestemmingsfondsen dient
te worden toegelicht. Relaties tussen kosten in het exploitatieoverzicht en uitputting
van de bestemmingsreserves en -fondsen dient u toe te lichten. Ook de relatie met
de resultaatbestemming (dotaties en aanwending) dient u inzichtelijk te maken en nader
toe te lichten.
Aandachtspunt: De financieringsvorm en de mogelijkheden om uitgaven te sturen, maken
dat met betrekking tot de vermogenspositie van fondsen kan worden volstaan met een
beperkt Eigen vermogen.
Voorzieningen
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
Bij deze post staat het u vrij een specificatie te gebruiken naar eigen inzicht, daarom
zijn geen subposten vermeld. Volg bij het treffen van voorzieningen de bepalingen
in artikel 374 BW 2 Titel 9. Volg daarbij tevens de actuele richtlijnen van de Raad voor de jaarverslaggeving
(RJ 252).
De richtlijn geeft aan terughoudend te zijn in het treffen van voorzieningen, vooral
waar het gaat om voorzieningen voor meer algemene bedrijfsrisico’s.
Langlopende en kortlopende schulden
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
Onder ‘Subsidieverplichtingen’ neemt u de subsidies op die u in het boekjaar hebt
verleend, voor zover deze subsidies nog niet zijn betaald. Van een subsidieverplichting
is sprake indien u het besluit tot verlening van een (meerjarig) subsidie schriftelijk
heeft meegedeeld aan de subsidieontvanger. Het betreft hier dus een in rechte afdwingbare
subsidieverplichting.
In de toelichting geeft u het verloop aan tussen de beginstand en de eindstand van
de subsidieverplichtingen aan subsidieontvangers. Hierbij wordt tenminste onderscheid
gemaakt in de mutaties in verband met verleende subsidies, vastgestelde subsidies
en betalingen op verleende subsidies.
Aandachtspunt: In de balans maakt u onderscheid tussen kortlopende (opeisbaar binnen
een jaar) en langlopende subsidieverplichtingen. Het is ook toegestaan het onderscheid
tussen kortlopende en langlopende subsidieverplichtingen op basis van een onderbouwde
inschatting in de toelichting te vermelden. Met deze inschatting moet duidelijk worden
wanneer de subsidieverplichtingen tot betalingen zullen leiden. De langlopende subsidieverplichtingen
dienen in de toelichting te worden uitgesplitst naar de jaren waarin de betaalbaarstelling
wordt verwacht.
Aandachtspunt: Indien u subsidieverplichtingen wilt aangaan boven het bedrag waarvoor
u door OCW een (meerjarig) subsidie is verleend, dan dient u bij het verlenen van
deze subsidies schriftelijk een voorbehoud te maken voor het verkrijgen van subsidie
door het ministerie van OCW. Deze voorwaardelijke verplichtingen worden zichtbaar
gemaakt als ‘Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen’. Dit zal vooral
zich voordoen aan het einde van de subsidieperiode.
Nog te verlenen subsidies en Nog te realiseren beheerslasten
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
Zie hiervoor de toelichting bij de post Vordering subsidie OCW onder de Vlottende
activa. In de toelichting wordt het verloop van deze posten aangegeven in relatie
tot de gematchte bijdrage OCW in het exploitatieoverzicht.
Aandachtspunt: (Meerjarige) verplichtingen die betrekking hebben op activiteiten die
geheel plaatsvinden in de volgende subsidieperiode, dienen gespecificeerd te worden.
Aandachtspunt: Alle voorwaardelijke verplichtingen dient u te verantwoorden onder
‘Niet uit de balans blijkende verplichtingen’. Deze verplichtingen zullen ten laste
van de nog te verlenen subsidies van de volgende subsidieperiode worden gebracht.
Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
Voorwaardelijke (subsidie)verplichtingen worden hier opgenomen (zie de toelichting
op de langlopende en kortlopende schulden) en de verplichtingen aangegaan in het laatste
jaar van de subsidieperiode met betrekking tot de jaren van de nieuwe subsidieperiode.
Toelichting op model II voor de functionele exploitatierekening
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
Algemeen
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
Sluit bij het opstellen van de functionele exploitatierekening aan bij model II. Het
is niet toegestaan van dit model af te wijken. Voor specificaties van de in het model
vermelde hoofdposten gelden geen voorschriften. Aan de batenkant wordt onderscheid
gemaakt tussen opbrengsten en subsidies/bijdragen. Onder die laatste categorie worden
de subsidies van andere overheden en/of bijdragen van particulieren begrepen. Opbrengsten
kunnen worden beschouwd als eigen inkomsten. De lasten worden onderscheiden naar beheerslasten
(overhead) en activiteitenlasten. Voor een nadere uitleg van genoemde posten, zie
hieronder.
Begrotingskolom
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
Zorg ervoor dat cijfers in de kolom begroting overeenstemmen met de meerjarenbegroting
die de minister heeft goedgekeurd. Het kan voorkomen dat in de loop van de subsidieperiode
substantiële wijzigingen in de jaarbegroting optreden ten opzichte van de meerjarenbegroting.
In dat geval hanteert u de meest recente jaarbegroting als referentiepunt, en licht
u de belangrijkste afwijkingen van de door de minister goedgekeurde begroting toe.
Kleine afwijkingen op de laatst goedgekeurde begroting als gevolg van inflatie behoeven
niet te worden toegelicht. Waar voor een goed inzicht gewenst, licht u de verschillen
tussen uw begroting en de realisatie toe.
Baten
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
Bij deze post wordt onderscheid gemaakt tussen opbrengsten en bijdragen. De opbrengsten
worden gesplitst naar directe en indirecte opbrengsten.
-
– Directe opbrengsten
Directe opbrengsten betreffen inkomsten die direct aan uw activiteiten zijn gerelateerd,
waaronder lager vastgestelde en ingetrokken subsidies en overige inkomsten zoals sponsoring.
Deze opbrengsten dienen afzonderlijk als opbrengsten te worden verantwoord en mogen
niet gesaldeerd worden met de activiteitenlasten. Onder de opbrengsten uit lager vastgestelde
verantwoordt u alle bedragen die lager zijn vastgesteld dan het bedrag van het oorspronkelijk
verleende subsidie. De ingetrokken subsidies verantwoordt u afzonderlijk.
-
– Indirecte opbrengsten
Indirecte opbrengsten zijn opbrengsten die een afgeleide relatie hebben met de activiteiten
van uw fonds zoals verhuur van onroerend goed of vergoedingen voor het uitlenen van
personeel.
-
– Subsidie OCW
Verantwoord de subsidie OCW als bate voor het zelfde bedrag als de bijhorende activiteitenlast.
Op deze wijze vindt een exacte matching van activiteitenlasten en subsidiebaten plaats.
Voor het bedrag van de verantwoorde beheerslasten wordt eveneens eenzelfde bedrag
aan subsidiebaten opgenomen.
De in een jaar verantwoorde subsidie OCW brengt u in mindering op de ‘Nog te verlenen
subsidies’, respectievelijk ‘Nog te realiseren beheerslasten’ (Balans).
Onder ‘Overige subsidies/bijdragen’ geeft u een opsomming van alle subsidies van overige
overheden, alle contributies, schenkingen, donaties of legaten, de bijdragen van vriendenstichtingen
en niet structurele subsidies van het ministerie van OCW.
Aandachtspunt: In de toelichting geeft u aan of de betreffende subsidies een incidenteel
dan wel structureel karakter hebben (RJ 640.416). Daarnaast vermeldt u eventuele subsidievoorwaarden.
Tevens geeft u aan in hoeverre subsidieafrekeningen nog niet zijn goedgekeurd door
degene die aan u een subsidie heeft verstrekt (RJ 640.418).
Lasten
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
Onder de lasten maakt u onderscheid naar beheerslasten en activiteitenlasten.
-
– Beheerslasten
Tot de ‘beheerslasten’ worden gerekend alle personele en materiële lasten die samenhangen
met het beheer van uw organisatie (overheadlasten). U specificeert de ‘beheerslasten
personeel’ bijvoorbeeld naar directie, secretariaat, personeelszaken, financiële zaken
en algemene zaken. De ‘beheerslasten materieel’ kunnen worden onderverdeeld in huisvestingslasten,
kantoorlasten, algemene publiciteitslasten en afschrijvingslasten. Kosten die verbonden
zijn aan de advisering over subsidieaanvragen, zoals kosten van adviseurs of leden
van adviescommissies (vacatiegelden, etc.) vallen eveneens onder de beheerslasten.
-
– Activiteitenlasten
Alle subsidies die zonder voorbehoud zijn verleend, worden verantwoord onder ‘activiteitenlasten’
ten laste van het boekjaar waarin u de subsidie heeft verleend, ongeacht het jaar
waarin de subsidie wordt betaald. Hierbij is bepalend of de subsidieontvangende partij
recht kan doen gelden op een bepaald bedrag (juridisch afdwingbare verplichtingen).
In het prestatieoverzicht geeft u vervolgens een overzicht van de nog vast te stellen
en vastgestelde subsidies (zie ook RJ 640.418).
Bij de post ‘Overige activiteitenlasten’ verantwoord u de kosten voor eigen activiteiten
als tentoonstellingen en symposia.
Aandachtspunt: Bij het beoordelen van uw prestaties worden de beheerslasten en de
overige activiteitenlasten bijeengenomen (totaal uitvoeringslasten) en afgezet tegen
de aan instellingen verleende subsidies.
Bijzondere baten en lasten
[Regeling vervallen per 01-07-2010]
-
– Saldo bijzondere baten/lasten
Hier verantwoordt u baten en lasten uit gewone bedrijfsuitoefening, maar die door
hun aard, omvang of incidentele karakter apart moeten worden gepresenteerd en toegelicht
(bijvoorbeeld boekwinst of -verlies bij afstoting van materiële vaste activa, vrijval
van voorziening, lasten uit reorganisatie). Volg daarbij Richtlijnen voor de jaarverslaggeving
(RJ 270).