Verordening Verklaringen Vakbekwaamheid Gevolmachtigde Agent

Geraadpleegd op 11-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 31-12-1995 en zichtdatum 21-09-2024.
Geldend van 31-12-1995 t/m heden

Verordening van de Sociaal-Economische Raad van 15 december 1995 houdende regelen krachtens welke de afgifte plaatsvindt van de in artikel 21, zevende lid van de Wet assurantiebemiddelingsbedrijf bedoelde verklaringen

Artikel 1

In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

a.

de raad:

de Sociaal-Economische Raad;

b.

de wet:

de Wet assurantiebemiddelingsbedrijf;

c.

verklaring:

de verklaring bedoeld in artikel 21, zevende lid, tweede volzin, van de wet, inhoudende dat degene op wiens naam de verklaring is gesteld, voldoet aan de vakbekwaamheidseisen bedoeld in artikel 21, eerste lid onderdeel b, van de wet, uitsluitend voor wat de eisen ter waarborging van een vakkundige uitoefening van het verzekeringsbedrijf betreft.

Artikel 2

  • 1 De in deze verordening voorziene vakbekwaamheidsproeven worden mondeling afgelegd ten overstaan van de Commissie Vakproeven Wet Assurantiebemiddelingsbedrijf.

  • 2 De proeven hebben betrekking op alle onderdelen van het verzekeringsbedrijf, waarvan de aanvrager ingevolge de vereisten van artikel 6 van deze verordening kennis dient te hebben.

Artikel 3

Op aanvraag geeft de raad een verklaring af aan degene die bij de afgifte een onmiddellijk redelijk belang heeft en tevens voldoet aan de in deze verordening omschreven vereisten.

Artikel 4

De raad geeft een verklaring slechts af indien de aanvrager, gezien zijn persoonlijke omstandigheden, in het verleden redelijkerwijs niet in de gelegenheid is geweest een krachtens artikel 21, zevende lid, eerste volzin van de wet aangewezen diploma te

verwerven, dan wel zich de onder de Wet Assurantiebemiddeling van 1952 (Stb. 1952, 34) of de Wet assurantiebemiddelingsbedrijf voor de vestiging als gevolmachtigde agent aangewezen bewijsstukken te verwerven.

Artikel 5

  • 1 Een verklaring wordt afgegeven aan degene die

    • a. voldoet aan de in artikel 4, eerste lid, onderdeel a van de wet bedoelde vakbekwaamheidseisen;

    • b. ten minste veertig jaar oud is;

    • c. ten minste vijftien jaar werkzaam is geweest in het verzekeringsbedrijf en daarbij gedurende ten minste acht jaar een functie heeft vervuld voor het vervullen waarvan een gelijkwaardige vakbekwaamheid is vereist als die welke voortvloeit uit het bezit van het diploma Gevolmachtigde Agent afgegeven door of namens de Minister van Financiën en in die functie geacht kan worden in theorie en praktijk voldoende bekend te zijn geworden met de navolgende onderdelen: (interne en externe omgeving)

      • -

        de structuur van het verzekeringsbedrijf en de bedrijfskolom;

      • -

        de verschillende organisaties en samenwerkingsvormen in het provinciale bedrijf en het beursbedrijf;

      • -

        de interne organisatie van het bedrijf van de verzekeraar;

      • -

        het financiële beheer en de opbouw en betekenis van de jaarrekening;

      • -

        de verschillende rechtsvormen en de belangrijkste juridische en fiscale consequenties daarvan; (verzekeringstechniek)

      • -

        algemene aspecten van risicobeoordeling en acceptatietechniek bij schade- en levensverzekering;

      • -

        het redigeren van polisvoorwaarden en clausules en het toepassen daarvan;

      • -

        algemene aspecten van schaderegeling en van de regeling van uitkeringen bij levensverzekering;

      • -

        vormen van reserves en de wijze waarop deze moeten worden berekend;

      • -

        verschillende soorten herverzekering;

      • -

        de gedragsregels die gelden voor verzekeraars; (volmachtgeving)

      • -

        de Wet assurantiebemiddelingsbedrijf in het algemeen en het hoofdstuk Gevolmachtigde agent in het bijzonder;

      • -

        de juridische positie van de gevolmachtigde agent en de vertegenwoordiger volgens het Burgerlijk Wetboek;

      • -

        de toezichtswetgeving op het verzekeringsbedrijf;

      • -

        de nationale en europese wetgeving voor zover deze gevolgen voor het verzekeringsprodukt of de verkoop daarvan heeft;

    • d. en bovendien, indien hij bij de indiening van zijn verzoek de leeftijd van vijftig jaar nog niet heeft bereikt en anders indien de raad zulks nodig oordeelt, met gunstig gevolg een vakbekwaamheidsproef heeft afgelegd, tenzij het afleggen van zulk een proef, gezien zijn persoonlijke omstandigheden, in redelijkheid niet kan worden verlangd.

  • 2 De verklaring bedoeld in het voorgaande lid kan in bijzondere gevallen eveneens worden afgegeven aan degene die weliswaar niet volledig voldoet aan de vereisten van dat lid onder c, aangaande de duur en de aard van de verrichte werkzaamheden, maar wiens kennis van het verzekeringsbedrijf, mede gelet op zijn opleiding of vakstudie, desalniettemin is aan te merken als gelijkwaardig aan die, voortvloeiende uit het voldoen aan bedoelde vereisten en die ter aantoning van deze vakkennis met gunstig gevolg een vakbekwaamheidsproef heeft afgelegd, tenzij het afleggen van zulk een proef, gezien zijn persoonlijke omstandigheden in redelijkheid niet kan worden verlangd.

Artikel 6

Deze verordening wordt geplaatst in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie en in de Staatscourant.

Artikel 7

Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant.

Artikel 8

Deze verordening wordt aangehaald als Verordening Verklaringen Vakbekwaamheid Gevolmachtigde Agent.

Den Haag, 15 december 1995

Th. Quené

voorzitter

R. Gerritse

algemeen secretaris