Vaststelling rekenpremies ziektewet en wachtgeldfondsen

[Regeling vervallen per 22-09-2004.]
Geraadpleegd op 18-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 15-02-2002.
Geldend van 25-01-1996 t/m 31-12-2003

Artikel 1

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

Voor de toepassing van de artikelen 9, derde lid, en 29, zevende lid, van de Algemene Ouderdoms-wet, de artikelen 19, derde lid, en 37b, vierde lid, van de Algemene Weduwen-en Wezenwet, artikel 41a, eerste lid, van de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet, artikel 55, eerste lid, van de Algemene bijstandswet, artikel 10, eerste lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers, artikel 10, eerste lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen, artikel 6, eerste lid, van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening militairen, artikel 85, derde lid, van de Werkloosheidswet, artikel 61, eerste lid, van de Ziektewet, artikel 19a, eerste lid, van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945, artikel 36, eerste lid, van de Wet buitengewoon pensioen 1940-1945, artikel 32, eerste lid, van de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers, artikel 43, eerste lid, van de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet en artikel 26, eerste lid, van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940-1945 wordt het deel van de premie op grond van de Werkloosheids-wet dat ten gunste komt van het wachtgeldfonds, vastgesteld op een gemiddeld percentage van 0, 50 voor het deel dat door de werknemer is verschuldigd en de premie op grond van de Ziektewet vastgesteld op een gemiddeld percentage van 1,00 voor het deel dat door de werknemer is verschuldigd.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

Voor de toepassing van artikel 85, derde lid, van de Werkloosheidswet wordt de in dat lid bedoelde vervangende premie vastgesteld op 1,00%.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

Voor de toepassing van artikel 61, eerste lid, van de Ziektewet wordt de premie op grond van de Ziektewet vastgesteld op een gemiddeld percentage van 1,00 voor het deel dat door de werknemer is verschuldigd en op een gemiddeld percentage van 1,50 voor het deel dat door de werkgever is verschuldigd.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 1996.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 21 december 1995

de

Staatssecretaris

voornoemd,

R.L.O. Linschoten