Wet van 15 mei 1996, houdende regels met betrekking tot de oprichting van de naamloze
vennootschap N.V. RBB (Wet privatisering RBB)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is dat de Staat der Nederlanden
overgaat tot oprichting van de naamloze vennootschap N.V. RBB waarin de vermogensbestanddelen
van de Staat die worden toegerekend aan de Rijks Bedrijfsgezondheids- en Bedrijfsveiligheidsdienst
worden ingebracht;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: