-
a. een loondervingsuitkering alsmede uitkeringen die naar aard en strekking daarmee
overeenkomen, met uitzondering van de uitkeringen die op grond van artikel 3, derde lid, en artikel 4, vierde lid, als opbrengst van arbeid worden beschouwd;
-
b. een uitkering op grond van een particuliere verzekering wegens derving van inkomen,
die ten behoeve van de werknemer in het kader van een individuele of collectieve arbeidsovereenkomst
is afgesloten;
-
c. een uitkering op grond van een pensioenregeling, voorzover niet begrepen onder a;
-
d. een uitkering op grond van een regeling voor vervroegde uittreding of een regeling,
die naar aard en strekking daarmee overeenkomt;
-
e. een uitkering op grond van een regeling voor functioneel leeftijdsontslag of op grond
van de Uitkeringswet gewezen militairen;
-
f. loon dat uit vroegere dienstbetrekking wordt genoten, voorzover niet begrepen onder
a, b, c, d, e, j en k;
-
g. een basisbeurs en een aanvullende beurs op grond van de Wet studiefinanciering 2000 alsmede een beurs, die naar aard en strekking daarmee overeenkomt;
-
h. een bedrijfsbeëindigingsvergoeding van de door Onze Minister van Economische Zaken
opgerichte Stichting ontwikkeling en sanering midden- en kleinbedrijf;
-
i. een maandelijkse bedrijfsbeëindigingsvergoeding van de door Onze Minister van Landbouw,
Natuurbeheer en Visserij opgerichte Stichting ontwikkelings- en saneringsfonds voor
de Landbouw;
-
j. een uitkering ingevolge de wetgeving van de Nederlandse Antillen, Aruba, een volkenrechtelijke
organisatie of een of meer andere Mogendheden, die naar aard en strekking overeenkomt
met een uitkering als bedoeld in dit lid, voorzover niet al begrepen onder a, of met
een nabestaandenuitkering, met uitzondering van een uitkering, die naar aard en strekking
overeenkomt met een uitkering op grond van de Algemene Kinderbijslagwet of met zorg waarop aanspraak bestaat ingevolge een zorgverzekering als bedoeld in
artikel 1, onderdeel d, van de Zorgverzekeringswet of op grond van artikel 6 van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten;
-
k. het bedrag van de uitkering bedoeld in onderdeel j, waarop recht bestaat, maar die
niet wordt uitbetaald, omdat onder de toepasselijke wetgeving gebruik is gemaakt van
het daarin voorziene recht af te zien van het recht op die uitkering of de uitbetaling
daarvan;
-
l. een uitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet.