Besluit van 28 juni 1996, houdende nadere regels tot uitvoering van de Wet tegemoetkoming
studiekosten (Besluit tegemoetkoming studiekosten)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen van 7 mei
1996, nr. 96012349/1343, directie Wetgeving en Juridische Zaken;
Gelet op de artikelen 7, onderdeel c, 21, onderdeel c, en 70 van de Wet tegemoetkoming studiekosten, op de artikelen 7, onderdeel c, 9, eerste lid, onderdeel j, 12, lid 3b en vierde lid, 106, 117a, derde lid, 123, eerste lid, en 130 van de Wet op de studiefinanciering, alsmede op de artikelen 4 en 5 van de Les- en cursusgeldwet;
De Raad van State gehoord (advies van 3 juni 1996, nr. W05.96.0191);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
van 24 juni 1996, nr. 96015517/1343, directie Wetgeving en Juridische Zaken;
Hebben goedgevonden en verstaan: