Regeling vergunning tot vluchtuitvoering

[Regeling vervallen per 19-07-2008.]
Geraadpleegd op 13-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-10-2004 en zichtdatum 11-11-2024.
Geldend van 04-12-2002 t/m 31-12-2004

Regeling houdende voorschriften voor aanvraag, afgifte, wijziging en verlenging van de vergunning tot vluchtuitvoering alsmede voor een overgangsregeling in verband met de invoering op termijn van JAR-OPS

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 97, 98, 102, 104, vijfde lid, 105, 108, 109, en 110 van de Regeling Toezicht Luchtvaart;

Besluit:

Artikel 1. Definities

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. vergunning:

vergunning tot vluchtuitvoering als bedoeld in artikel 104, tweede lid, van de Regeling Toezicht Luchtvaart;

b. JAR-OPS:

JAR-OPS 1 en JAR-OPS 3;

c. JAR-OPS 1:

Joint Aviation Requirements, Commercial Air Transportation (Aeroplanes), met inbegrip van de wijzigingen hierop zoals vastgesteld door de Joint Aviation Authorities Committee;

d. JAR-OPS 3:

Joint Aviation Requirements, Commercial Air Transportation (Helicopters), met inbegrip van de wijzigingen hierop zoals vastgesteld door de Joint Aviation Authorities Committee.

Artikel 2. Aanvraag

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

  • 1 De aanvraag voor initiële afgifte, wijziging en verlenging van een vergunning bevat:

    • a. naam en adres van de aanvrager;

    • b. gegevens over de aard van het te verrichten vervoer;

    • c. een aanduiding van de gebieden, waarin vluchten zullen worden uitgevoerd;

    • d. een aanduiding van het type of de typen luchtvaartuigen, waarmee vluchten zullen worden uitgevoerd;

    • e. de datum, waarop met de vluchten zal worden aangevangen of de datum waarop een gewenste wijziging van kracht moet worden;

    • f. in voorkomende gevallen aanduiding van de voorschriften van JAR-OPS, bedoeld in artikel 3, eerste lid.

  • 2 Bij een aanvraag voor wijziging of verlenging kan ten aanzien van de gegevens, genoemd in het eerste lid, onder b, c, d en f, volstaan worden met aanduiding van gewenste wijzigingen.

  • 3 Indien een aanvraag geheel of gedeeltelijk gebaseerd is op het voldoen aan bepaalde voorschriften van JAR-OPS in overeenstemming met artikel 3, eerste lid, bevat de aanvraag eveneens de gegevens, bedoeld in artikel JAR-OPS 1.185 danwel artikel JAR-OPS 3.185, voor zover die vereist zijn voor de beoordeling of aan de voorschriften van JAR-OPS wordt voldaan.

Artikel 3. Beoordeling

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

  • 1 Voor de beoordeling of het luchtvervoer op veilige wijze zal worden verricht toont de aanvrager aan dat hij voldoet aan:

  • 2 De aanvrager toont aan op zodanige wijze te voldoen aan de verplichtingen, bedoeld in het eerste lid, dat:

    • a. bekwaamheid van de bemanningen is verzekerd;

    • b. een stelsel van aanwijzingen en gegevens beschikbaar is dat bij toepassing door de bemanning leidt tot een veilige vluchtuitvoering; en

    • c. de luchtwaardigheid van de te gebruiken luchtvaartuigen is verzekerd.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

In de vergunning of in de daarbij behorende bijlagen worden de volgende gegevens vermeld:

  • a. de datum waarop de geldigheid van de vergunning afloopt;

  • b. bijzondere beperkingen; en

  • c. de gegevens, bedoeld in artikel 2, eerste lid, met uitzondering van het adres van de aanvrager en de gegevens, bedoeld onder e.

Artikel 6. Geldigheid

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

  • 1 De vergunning wordt verleend voor ten hoogste twee jaren.

  • 2 In afwijking van de periode, bedoeld in het eerste lid, vervalt de vergunning gelijktijdig met het vervallen van de geldigheid of de intrekking van de vergunning, bedoeld in artikel 16 van de Luchtvaartwet.

Artikel 6a

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

  • 1 De Minister van Verkeer en Waterstaat kan, in het belang van een veilige vluchtuitvoering, door de vergunninghouder op te volgen operationele aanwijzingen geven die een bepaalde vluchtuitvoering verbieden, beperken dan wel onderwerpen aan bepaalde voorwaarden.

  • 2 Een operationele aanwijzing bevat ten minste:

    • a de reden voor het geven van de aanwijzing,

    • b de toepassing en duur, en

    • c de door de vergunninghouder vereiste actie.

  • 3 De operationele aanwijzingen zijn aanvullend op de voorschriften van JAR-OPS.

Artikel 7. Wijziging

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

  • 1 De vergunningverlener kan de vergunning en de vergunningvoorwaar-den wijzigen:

    • a. op aanvraag van de vergunninghouder, met inachtneming van artikel 11; of

    • b. ambtshalve, indien:

      • de vergunning geheel of gedeeltelijk verleend blijkt te zijn op basis van onjuiste informatie;

      • redenen voor schorsing of intrekking, bedoeld in artikel 8 respectievelijk artikel 9, aanwezig zijn, maar algehele schorsing of intrekking naar het oordeel van de vergunningverlener niet noodzakelijk is.

  • 2 Artikel 3, eerste lid, is van overeenkomstige toepassing op wijziging van de vergunning op aanvraag van de vergunninghouder.

  • 3 Van ambtshalve wijziging wordt bij aangetekende brief mededeling gedaan aan de vergunninghouder.

Artikel 8. Schorsing

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

  • 1 De vergunningverlener kan de vergunning geheel of gedeeltelijk schorsen indien wordt betwijfeld of nog wordt voldaan aan de toepasselijke voorschriften en verplichtingen, bedoeld in artikel 3, eerste lid, met inachtneming van artikel 3, derde lid, of aan de overige vergunningvoorwaarden.

  • 2 Van schorsing wordt onder opgaaf van redenen bij aangetekende brief mededeling gedaan aan de vergunninghouder.

  • 3 De schorsing wordt opgeheven indien de vergunninghouder aantoont wel of wel weer aan de voorwaarden, voorschriften en verplichtingen te voldoen.

Artikel 9. Intrekking

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

  • 1 De vergunningverlener kan de vergunning intrekken indien:

    • a. is gebleken dat de vergunning geheel of gedeeltelijk verleend is op basis van onjuiste informatie; of

    • b. is gebleken, dat niet meer wordt voldaan aan de toepasselijke voorschriften en verplichtingen, bedoeld in artikel 3, eerste lid, met inachtneming van artikel 3, derde lid, of aan de overige vergunningvoorwaarden.

  • 2 Van intrekking wordt bij aangetekende brief mededeling gedaan aan de vergunninghouder.

  • 3 De vergunninghouder zendt de vergunning binnen 14 dagen na de datum van intrekking aan de vergunningverlener.

Artikel 10. Verlenging

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

  • 1 De vergunning wordt op aanvraag telkens verlengd voor ten hoogste twee jaren.

  • 2 Een aanvraag voor verlenging wordt uiterlijk een maand, doch niet eerder dan 6 maanden voor het verstrijken van de termijn van geldigheid van de vergunning, door de vergunninghouder ingediend bij de vergunningverlener.

  • 3 Verlenging wordt verleend indien geen twijfel bestaat of:

    • a. nog voldaan wordt aan de toepasselijke voorschriften en verplichtingen, bedoeld in artikel 3, eerste lid, met inachtneming van artikel 3, derde lid; en

    • b. nog wordt voldaan aan de overige vergunningvoorwaarden.

Artikel 11. Overgang JAR-OPS

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

  • 1 De vergunninghouder die vanaf 1 oktober 2000 verkeersvluchten met vliegtuigen wenst uit te voeren die vallen onder een of meer van de volgende criteria dient uiterlijk 1 mei 2000 een aanvraag in voor wijziging van de vergunning:

    • a. IFR-vluchten;

    • b. VFR-vluchten bij nacht;

    • c. vluchten met vliegtuigen met een maximum toegelaten startmassa tussen 5.700 kg en 10 ton dan wel met meer dan 9 zitplaatsen voor passagiers, of

    • d. vluchten met vliegtuigen niet zijnde propellervliegtuigen met ten hoogste 9 zitplaatsen voor passagiers dan wel met een maximum toegelaten startmassa van 5.700 kg of minder.

  • 2 De vergunninghouder die vanaf 1 augustus 2000 verkeersvluchten met helikopters wenst uit te voeren die vallen onder een of meer van de volgende criteria dient uiterlijk 1 maart 2000 een aanvraag in voor wijziging van de vergunning:

    • a. IFR-vluchten;

    • b. VFR-vluchten bij dag met helikopters met een maximaal toegelaten startmassa van meer dan 2.730 kg dan wel met meer dan 9 zitplaatsen voor passagiers;

    • c. VFR-rondvluchten buiten een afstand van 20 zeemijlen van het vertrekpunt;

    • d. vluchten over routes niet genavigeerd aan de hand van visuele landkenmerken;

    • e. VFR-vluchten bij nacht;

    • f. HEMS-vluchten, of

    • g. vluchten over gebieden waar geen veilige noodlanding gemaakt kan worden.

  • 3 De vergunninghouder die vanaf 1 juli 2001 verkeersvluchten met helikopters wenst uit te voeren anders dan bedoeld in het tweede lid, dient uiterlijk 1 april 2001 een aanvraag in voor wijziging van de vergunning.

  • 4 Bij de aanvraag bedoeld in de voorgaande leden toont de aanvrager in afwijking op artikel 7, tweede lid, aan voor zover het betreft vluchten met vliegtuigen respectievelijk helikopters:

    • a. te zullen voldoen aan alle op hem toepasselijke voorschriften van JAR-OPS 1 respectievelijk JAR-OPS 3; en

    • b. de hem opgelegde verplichtingen bij of krachtens Hoofdstuk V van de Regeling Toezicht Luchtvaart te zullen nakomen voor zover hier niet in overeenstemming met het schema van de bijlage voorschriften van JAR-OPS 1 respectievelijk JAR-OPS 3 in de plaats zijn gekomen.

Artikel 12. Initiële afgifte – JAR-OPS

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

In afwijking van artikel 3, eerste lid, toont de ondernemer die eerste afgifte van een vergunning aanvraagt voor het uitvoeren van vluchten met vliegtuigen respectievelijk helikopters, bedoeld in artikel 11, aan:

  • a. te zullen voldoen aan alle op hem toepasselijke voorschriften van JAR-OPS 1 respectievelijk JAR-OPS 3; en

  • b. de hem opgelegde verplichtingen bij of krachtens Hoofdstuk V van de Regeling Toezicht Luchtvaart te zullen nakomen voor zover hier niet in overeenstemming met het schema van de bijlage voorschriften van JAR-OPS 1 respectievelijk JAR-OPS 3 in de plaats zijn gekomen.

Artikel 13. Intrekking

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

De regeling van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 4 januari 1990, nr. LI/17, houdende een regeling vergunning tot vluchtuitvoering (Stcrt. 1990, 7) en de regeling van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 29 mei 1990, nr. 4094, houdende een regeling ten aanzien van vergunningen voor het uitvoeren van vluchten (Stcrt. 1990, 111) worden ingetrokken.

Artikel 14. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting en de bijlage in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 3 december 1996

De

Minister

van Verkeer en Waterstaat,

A. Jorritsma-Lebbink

Bijlage JAR-OPS 1/3 bepalingen versus RTL artikelen en uitvoeringsbepalingen

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

Schema JAR-OPS 1/3 bepalingen versus RTL artikelen en uitvoeringsbepalingen

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

  • 1 Indien de aanvrager een beroep doet op artikel 3, eerste lid onder b, zijn de bijbehorende bepalingen van subpart P (documentatie) tevens van toegepassing.

  • 2 Subpart Q wordt buiten beschouwing gelaten aangezien deze subpart nog in voorbereiding is.

  • 3 Waar JAR-OPS bepalingen worden genoemd gelden deze zowel voor vliegtuigen als helikopters, waarbij in de tweede kolom de [1] voor de punt verandert in een [3] indien het helikopters betreft.

  • 4 In de eerste kolom geven de subparts uit JAR-OPS aan welke bepalingen corresponderen met de bij of krachtens RTL gestelde bepalingen.

  • 5 Ingevolge artikel 3, eerste lid onder b, geeft de tweede kolom aan welke subparts gelijktijdig met het in de eerste kolom aangegeven subpart moet worden ingevoerd.

Gehele subpart

In combinatie met delen uit

subparts

RTL bepalingen/delen

A

Heel JAR-OPS

 

B

D, R

art. 96 lid 1, 2, 3; art. 97 lid 1a, 2;

artikel 98 het derde en vierde lid; art. 98 lid 1

deel 2105 art. 3 (lid 1-6), 35, 41

C

Heel JAR-OPS

 

D

B, E, N, O, S

art. 98 lid 2; 99; 101 lid 1, 2, 3;

107; 106; 112;

deel 2105 art. 2, 4, 5A, 5B, 6, 7, 31, 32, 34, 36, 42, 43

deel 2105.c

E

D 1.340c, 1.340a, b

deel 2105 art. 37

F-I

C 1.175

art. 102A

deel 2105 art. 5

deel 2105.5

J

 

deel 2114.a

K

 

deel 2105 art. 5A, 8, 9, 14, 15, 16, 17,

18, 19, 20, 22, 23, 24, 25, 26, 27, 28, 29,

deel 2105.c

L

 

deel 2105 art. 10-13

M

 

art. 113

N

part B 1.090

part D 1.205, 1.210a

artikel 95, deel 2105 art. 39, 42, 43

deel 2108 art. 1-3

deel 2108.a art. 1-4

O

part D 1.210a

artikel 109, art. 110

deel 2110 art. 1, 2

deel 2105 art. 42, 43

P

 

deel 2098 art. 1 lid 3(d),

6 deel 2105 art. 21, 33, 38

R

part B 1.080

art. 97 lid 3 lid 1, 2;

deel 2097 art. 1; 3; 4 lid 1-3; 6; 7; 8;

9; 10

11; 12; 14 lid 1-3; 20

S

Heel JAR-OPS

deel 2105 art. 42, 43

deel 2105 art. 1, 30

deel 2105.d

De nummers van de delen van de RTL verwijzen naar de volgende besluiten:

  • Deel 2096: Beschikking van 20 februari 1961/nr. LI/10920/ Stcrt. 1960, 40

  • Deel 2097: Regeling van 8 juni 1988/ nr. LI 3751/ Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1988, 131; gewijzigd op 8 juli 1994, nr. 94-252, Stcrt. 1994, 141

  • Deel 2097.14: 23 september 1991/ nr. LI/91.7425 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1991, 191

  • Deel 2097.14.b: Regeling van 20 maart 1989/ nr. LI/2458 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1989, 80

  • Deel 2097.18: Besluit van 2 mei 1988/ Nr. LI/3461 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1988, 131, zoals laatstelijk gewijzigd op 20 maart 1989

  • Deel 2097.18.2: Regeling van 12 februari 1992/ nr. LI/92.1126 Rijksluchtvaartdienst

  • Deel 2097.a: Beschikking van 20 maart 1978/ nr. Jur/ L 21323/ Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1978, 63 laatstelijk gewijzigd op 22 november 1978, nr. LI/L 25401

  • Deel 2098: regeling van 6 juni 1988/ nr. LI 4056 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1988, 121

  • Deel 2102: regeling van 27 juni 1988/ nr. LI/1946 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1988, 127

  • Deel 2102.a: Besluit van 17 augustus 1995/ nr. DGRLD/LI/95.200198/ Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1995, 167

  • Deel 2105: Beschikking van 29 mei 1990/ nr. 4092 Rijksluchtvaartdienst/ Directie Luchtvaartinspectie/ Stcrt. 1990, 110

  • Deel 2105.a: Regeling van 6 april 1988/ nr. LI 2538 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1988, 79

  • Deel 2105.b: Regeling van 6 april 1988/ nr. LI/2539 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1988, 76

  • Deel 2105.c: Regeling van 6 april 1988/ nr. LI/2540 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1988, 76

  • Deel 2105.d: Regeling van 19 maart 1990/ nr. LI/2121 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1990, 96

  • Deel 2105.5: Beschikking van 30 augustus 1990/ nr. RLD LI/ 6929 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1990, 180

  • Deel 2105A: Regeling van 15 november 1988/ nr. 8438 Rijksluchtvaartdienst/ Directie Luchtvaartinspectie/ Stcrt. 1988, 235

  • Deel 2105.A.a: Regeling van 28 april 1988/ nr. LI 3155 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1988, 86

  • Deel 2108: Regeling van 30 mei 1990/ nr. 4181/ Rijksluchtvaartdienst/ Directie Luchtvaartinspectie/ Stcrt. 1990, 111; gewijzigd op 8 juli 1994, nr. 94.252, Stcrt. 1994, 141

  • Deel 2108.a: Regeling van 6 juli 1988/ nr. LI/753 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1988, 155; laatstelijk gewijzigd met regeling van 7 augustus 1992/ nr. LI/92.5340 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1992, 155

  • Deel 2109.A: Regeling van 15 november 1988/ nr. 6464 Rijksluchtvaartdienst/ Directie Luchtvaartinspectie/ Stcrt. 1988, 237

  • Deel 2110: Regeling van 21 juni 1990/ LI/4875 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1990, 137 deel 2114: Regeling van 5 september 1990/ nr. RLD LI/6924 Rijksluchtvaartdienst/ laatselijk gewijzigd met regeling van 7 augustus 1992/ nr. LI/92.5340 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1992, 155

  • Deel 2114.a: Regeling van 16 augustus 1993/nr. LI/93.6053/ Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1993, 164

  • Deel 2116: Regeling van 4 september 1990/ nr. RLD LI 6928/ Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1990, 179

  • Deel 2116.a: Regeling van 15 juli 1987/ LI 4710 Rijksluchtvaartdienst/ Stcrt. 1987, 159.