Verordening verbod op het gebruik van bepaalde stoffen met hormonale werking en van [...] met thyreostatische werking, alsmede van ß-agonisten 1997

[Regeling vervallen per 01-01-2015.]
Geraadpleegd op 23-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2006.
Geldend van 02-01-1997 t/m 28-01-2006

Verordening verbod op het gebruik van bepaalde stoffen met hormonale werking en van bepaalde stoffen met thyreostatische werking, alsmede van ß-agonisten 1997

Het Bestuur van het Produktschap voor Vee en Vlees heeft,

gelet op Richtlijn 96/22/EG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 29 april 1996 betreffende het verbod op het gebruik, in de veehouderij, van bepaalde stoffen met hormonale werking en van bepaalde stoffen met thyreostatische werking, alsmede ß-agonisten en tot intrekking van de Richtlijnen 81/602/EEG, 88/146/EEG en 88/229/EEG, op artikel 2 lid 1 van de Regeling verbod handel met bepaalde stoffen behandelde dieren en producten en op artikel 100 lid 3 van de Wet op de Bedrijfsorganisatie,

op 9 juli 1997 vastgesteld de navolgende

VERORDENING

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Voor de toepassing van het bij of krachtens deze verordening bepaalde wordt verstaan onder:

    1.

    Productschap

    :

    het Produktschap voor Vee en Vlees;

    2.

    richtlijn 96/22/EG

    :

    richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 29 april 1996 betreffende het verbod op het gebruik, in de veehouderij, van bepaalde stoffen met hormonale werking en van bepaalde stoffen met thyreostatische werking, alsmede ß-agonisten en tot intrekking van de Richtlijnen 81/602/EEG, 88/146/EEG en 88/229/EEG (PbEG L 125)

    3.

    dieren

    :

    runderen, varkens, schapen, geiten en eenhoevigen, zulks ongeacht hun leeftijd of gewicht;

    4.

    regeling

    :

    Regeling verbod handel met bepaalde stoffen behandelde dieren en producten;

    5.

    therapeutische behandeling

    :

    hetgeen hieronder wordt verstaan bij of krachtens het bepaalde in de Diergeneesmiddelenwet (Stb. 410).

    6.

    zoötechnische behandeling

    :

    hetgeen hieronder wordt verstaan bij of krachtens het bepaalde in de Diergeneesmiddelenwet (Stb. 410).

    7.

    in de handel brengen

    :

    voorhanden of in voorraad hebben, slachten, be- of verwerken, ge- en verbruiken, vervoeren, aanvoeren, ontvangen, afleveren, te koop aanbieden, kopen of vervreemden;

    8.

    een goed voorhanden hebben

    :

    hij, die de beschikking heeft over het gebouw, terrein of andere plaats, waar dit goed zich bevindt, dan wel het goed op enigerlei wijze, hetzij direct, hetzij indirect, onder zich heeft, ongeacht of het hem al dan niet toebehoort;

    9.

    een goed in voorraad hebben

    :

    hij, aan wie het goed toebehoort, ongeacht waar het zich bevindt.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Het is verboden dieren, waaraan op enigerlei wijze stoffen met thyreostatische, oestrogene, androgene of gestagene werking of ß-agonisten is toegediend, in de handel te brengen.

  • 2 In afwijking van het eerste lid geldt het in het vorige lid bedoelde verbod niet ten aanzien van dieren, voor zover daaraan, in het kader van een therapeutische of zoötechnische behandeling, stoffen zijn toegediend in overeenstemming met het bepaalde bij of krachtens de Diergeneesmiddelenwet, dan wel ten aanzien van dieren die, overeenkomstig artikel 4, eerste lid, van de regeling onder officieel toezicht van de bevoegde autoriteit zijn geplaatst.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Het is verboden vlees of vleesproducten afkomstig van dieren, waaraan enigerlei stof met thyreostatische, oestrogene, androgene of gestagene werking of ß-agonisten is toegediend, in de handel te brengen.

  • 2 In afwijking van het eerste lid geldt het in het vorige lid bedoelde verbod niet ten aanzien van vlees of vleesproducten, afkomstig van dieren, voor zover daaraan, in het kader van een therapeutische of zoötechnische behandeling, stoffen zijn toegediend in overeenstemming met het bepaalde bij of krachtens de Diergeneesmiddelenwet.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

De bij of krachtens deze verordening gestelde regelen zijn bindend voor:

  • 1. de natuurlijke en rechtspersonen die de ondernemingen drijven, waarvoor het Productschap is ingesteld, en de bij die ondernemingen werkzame personen, en

  • 2. andere dan de in sub 1 bedoelde natuurlijke en rechtspersonen, voor zover deze handelingen verrichten, die bedrijfsmatig in de aldus bedoelde ondernemingen plegen te worden verricht.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening verbod op het gebruik van bepaalde stoffen met hormonale werking en van bepaalde stoffen met thyreostatische werking, alsmede van ß-agonisten 1997.

  • 2 Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van haar publicatie in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie.

Voor het Bestuur,

R.J. Tazelaar

voorzitter

S.B.M. Jongerius

secretaris