Regeling vergunning biotechnologie bij dieren

[Regeling vervallen per 01-07-2014.]
Geraadpleegd op 25-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 06-03-2010 en zichtdatum 24-12-2024.
Geldend van 07-03-2004 t/m 30-06-2014

Regeling vergunning biotechnologie bij dieren

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

Gelet op artikel 67, tweede lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. wet:

Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;

b. besluit:

Besluit biotechnologie bij dieren;

c. vergunning:

vergunning als bedoeld in artikel 66 van de wet;

d. minister:

Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

Een aanvraag voor een vergunning wordt bij de minister ingediend op een bij hem verkrijgbaar formulier.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

  • 1 Een aanvraag voor een vergunning bevat tenminste de volgende informatie:

    • a. een uiteenzetting van de doelstellingen van de biotechnologische handelingen, zowel op korte als lange termijn;

    • b. een beschrijving van de toe te passen technieken, van de uit te voeren handelingen en het belang daarvan in wetenschappelijk en maatschappelijk opzicht, alsmede van de te gebruiken genen;

    • c. de soorten en aantallen dieren;

    • d. een verantwoording van de gekozen aanpak zoals aangegeven in de onderdelen b en c in relatie tot de in onderdeel a aangegeven doelstellingen;

    • e. een beschrijving van de voorzieningen voor de dieren en hun bestemming na afloop van het onderzoek;

    • f. een inschatting van verwachte positieve en negatieve effecten van de biotechnologische handelingen op de gezondheid, het welzijn en het functioneren van alle dieren;

    • g. een beschrijving van eventuele alternatieven voor de biotechnologische handelingen;

    • h. een schriftelijke verklaring van de aanvrager of er overeenkomsten met derden zijn of worden gesloten, en, indien dit het geval is, dat in deze overeenkomsten geen andere doelstellingen zijn of worden opgenomen dan de doelstellingen, bedoeld in onderdeel a, en

    • i. een vermelding van andere instanties bij wie de biotechnologische handelingen of het onderzoek waarvan de biotechnologische handelingen deel uitmaken, tevens zijn of zullen worden aangemeld voor advies of toestemming.

  • 2 De aanvrager geeft desgevraagd de minister inzage in de overeenkomsten, bedoeld in het eerste lid, onder h.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

  • 1 Een verzoek tot wijziging van een vergunning wordt bij de minister ingediend op een bij hem verkrijgbaar formulier.

  • 2 Een verzoek als bedoeld in het eerste lid bevat:

    • a. een gemotiveerde beschrijving van de gewenste wijziging;

    • b. een beschrijving van de gevolgen van de gewenste wijziging voor de in de aanvraag vermelde informatie, bedoeld in artikel 3, eerste lid, en

    • c. een beschrijving van de resultaten van de reeds verrichte biotechnologische handelingen.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

Bij de indiening van een aanvraag voor een vergunning en van een verzoek tot wijziging van een vergunning is een bedrag verschuldigd van € 150.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

  • 1 Een verzoek tot wijziging van geringe aard van een vergunning als bedoeld in artikel 12, derde lid, van het besluit wordt bij de minister ingediend op een bij hem verkrijgbaar formulier.

  • 2 Een verzoek als bedoeld in het eerste lid bevat een gemotiveerde omschrijving van de gewenste wijziging.

  • 3 Als wijziging van geringe aard wordt beschouwd een wijziging:

    • a. van de locatie waar de biotechnologische handelingen worden verricht;

    • b. van de aanvrager of van de voor het verrichten van de biotechnologische handelingen verantwoordelijke personen;

    • c. van de looptijd van de vergunning met ten hoogste één jaar;

    • d. van het aantal dieren, met dien verstande dat de toename ten hoogste 50% mag bedragen;

    • e. van de technieken die bij de biotechnologische handelingen worden gebruikt, voor zover de gevolgen van de toepassing van de te wijzigen technieken vergelijkbaar zijn met de gevolgen van de oorspronkelijke technieken;

    • f. of aanvulling van de te onderzoeken genen, mits deze genen behoren tot dezelfde soort of categorie van genen als bedoeld in de vergunning, en voor zover de gevolgen van het gebruik van deze genen vergelijkbaar zijn met de gevolgen van het gebruik van de genen, bedoeld in de vergunning.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop het besluit in werking treedt.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 11 maart 1997

De

Minister

van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

J.J. van Aartsen