Besluit nadere vaststelling organisatie en taakverdeling AZ

[Regeling vervallen per 29-04-2009.]
Geraadpleegd op 11-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 21-07-2004 en zichtdatum 22-09-2024.
Geldend van 01-07-1997 t/m 28-04-2009

Besluit nadere vaststelling organisatie en taakverdeling AZ

De Minister van Algemene Zaken,

Gelet op het Koninklijk Besluit van 11 oktober 1947, No. H 346, tot instelling van een Departement van Algemeen Bestuur, dat de naam zal dragen van Ministerie van Algemene Zaken;

Gelet op het Koninklijk Besluit van 4 augustus 1971, No. 526, houdende de wijziging van de taakverdeling van departementen;

Gelet op het Koninklijk besluit van 13 december 1965, houdende regeling van de berichtgeving betreffende het Koninklijk Huis, Staatsblad 554, 1965;

Gelet op de Wet van 30 juni 1976 tot instelling van een Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (Instellingswet WRR);

Overwegende dat een duidelijke organisatie en toewijzing van taken binnen het ministerie van Algemene Zaken van belang is voor de bedrijfsvoering;

Besluit:

I. Kabinet Minister-President

[Regeling vervallen per 29-04-2009]

  • 1 In te stellen het Kabinet Minister-President, rechtstreeks ressorterend onder de secretaris-generaal van Algemene Zaken.

  • 2 Het Kabinet Minister-President te belasten met:

    • a. Adviseren en ondersteunen van de Minister-President bij de uitvoering van de hem opgedragen taken.

    • b. Verzorgen van het secretariaat van de Raad van Ministers, alsmede de secretariaten van de onderraden en dat van het SG-beraad.

    • c. Coördinatie van aangelegenheden met betrekking tot de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten.

II. Centrale afdeling Personeel en Organisatie

[Regeling vervallen per 29-04-2009]

  • 1 In te stellen een centrale afdeling Personeel en Organisatie.

  • 2 De centrale afdeling Personeel en Organisatie te belasten met:

    • a. Ontwikkelen van een departementaal personeels- en organisatiebeleid.

    • b. Informeren, adviseren en ondersteunen van het hoofd van het departement op personeels- en organisatiegebied.

    • c. Informeren, adviseren en ondersteunen van de directeuren en de lagere lijnchefs bij de uitvoering van hun taak.

    • d. Informeren, adviseren en ondersteunen van individuele medewerkers.

III. Centrale afdeling Financieel-Economische Zaken

[Regeling vervallen per 29-04-2009]

  • 1 In te stellen een centrale afdeling Financieel-Economische Zaken.

  • 2 De centrale afdeling Financieel-Economische Zaken te belasten met de taken genoemd in het Koninklijk Besluit ’taak centrale directies financieel economisch zaken bij de ministeries’ van 19 december 1991, waaronder:

    • a. Coördinatie van de totstandkoming van de departementale begroting en de meerjarencijfers.

    • b. Zorg dragen voor een ordelijke en controleerbare financiële infrastructuur.

    • c. Toezicht op de doelmatige en rechtmatige besteding van middelen.

    • d. Verzorgen van de centrale begrotings- en financiële administratie.

    • e. Adviseren en ondersteunen m.b.t. de financieel-economische en bedrijfseconomische aspecten van de bedrijfsvoering en de beheersing van de bedrijfsprocessen.

IV. Centrale afdeling Facilitaire en Informatie-Aangelegenheden.

[Regeling vervallen per 29-04-2009]

  • 1 In te stellen de centrale afdeling Facilitaire en Informatie-Aangelegen-heden.

  • 2 De centrale afdeling Facilitaire en Informatie-Aangelegenheden te belasten met:

    • a. Ontwikkelen, adviseren en ondersteunen van het veiligheids- en informatiebeleid.

    • b. Ontwikkelen, adviseren en ondersteunen van het facilitaire beleid

    • c. Zorgdragen voor beveiliging, vervoer en verzorging van personen, documenten en berichten.

    • d. Zorgdragen voor adequate huisvesting, automatisering en bijbehorende services.

    • e. De organisatie van de bedrijfshulpverlening.

V. Rijksvoorlichtingsdienst

[Regeling vervallen per 29-04-2009]

De Rijksvoorlichtingsdienst te belasten met:

  • 1. Het geven van voorlichting over het algemeen regeringsbeleid en over het ministerie van Algemene Zaken:

    • a. woordvoering kabinetsbeleid en minister-president

    • b. publicitaire voorbereiding en begeleiding minister-president bij inkomende en uitgaande bezoeken regeringsleiders, werkbezoeken en publieke optredens.

    • c. woordvoering (in-)formateur tijdens kabinetsformatie

    • d. interne informatievoorziening t.b.v. minister-president en ambtelijke departementsleiding.

  • 2. Het geven van voorlichting over het Koninklijk Huis.

    • a. Het adviseren van leden van het Koninklijk Huis inzake publiciteitsaangelegenheden door de Hoofddirecteur RVD.

    • b. Voorbereiden en uitvoeren van de berichtgeving betreffende het Koninklijk Huis.

    • c. Publicitaire ondersteuning en begeleiding van de leden van het Koninklijk Huis.

  • 3. Het coördineren, faciliteren en adviseren inzake interdepartementale voorlichtingszaken.

    • a. Voorzitterschap en secretariaat van de Voorlichtingsraad.

    • b. Adviseren aan onderdelen van de overheid over de inzet van publiciteitsmedia te behoeve van public service en instrumentele voorlichtingscampagnes en andere communicatieprojecten.

    • c. Het laten vervaardigen van communicatiematerialen en het verzorgen van collectieve media-inkoop ten behoeve van de rijksoverheid.

    • d. Het ontwikkelen en onderhouden van gemeenschappelijke voorzieningen ten behoeve van de overheidsvoorlichting.

    • e. het gebruik van zendtijd op radio en televisie zoals toegewezen aan de minister van Algemene Zaken op basis van de Mediawet ten behoeve van overheidsvoorlichting.

    • f. Consultatie en overleg inzake overheidsvoorlichting onder bijzondere omstandigheden.

VI. Bureau van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid

[Regeling vervallen per 29-04-2009]

  • 1 Het Bureau van de Wetenschap-pelijke Raad voor het Regeringsbeleid te belasten met de ondersteuning van de Raad en zijn leden bij de voorbereiding en totstandkoming van rapporten aan de regering, in welk verband de navolgende in het bijzonder zijn te noemen:

    • a. Uitvoeren van onderzoek op voor het raadswerk relevante gebieden, alsmede het begeleiden van extern onderzoek in opdracht van de Raad.

    • b. Onderhouden van contacten met voor het raadswerk relevante personen in bestuur en wetenschap.

    • c. Bevorderen van de doorwerking van rapporten in zowel de bestuurlijke als de wetenschappelijke sfeer.

    • d. Voorlichting en communicatie met betrekking tot de activiteiten van de Raad

VII. Inwerkingtreding en bekendmaking

[Regeling vervallen per 29-04-2009]

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 juli 1997.

Afschrift van dit besluit zal worden gezonden aan de Algemene Rekenkamer, de Staatscourant, de hoofden van de in I t/m VI genoemde diensten, de Bijzondere Commissie en de Ondernemingsraad.

Den Haag, 18 juni 1997

De

Minister

van Algemene Zaken,

W. Kok