Besluit kilowattuurmeters

[Regeling vervallen per 01-02-2007.]
Geraadpleegd op 26-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 21-05-2003 en zichtdatum 23-12-2024.
Geldend van 11-09-1998 t/m 31-01-2007

Besluit van 1 december 1997, houdende toepassing van de artikelen 6, vijfde lid, 7, derde lid, onder b, 8, derde lid, 9, eerste lid, 11, 13, 16, tweede lid, 19, 20, derde lid, en 21, tweede lid, van de IJkwet (Besluit kilowattuurmeters)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken van 28 juli 1997, nr. 97047448 WJA/W;

Gelet op de artikelen 6, vijfde lid, 7, derde lid, onder b, 8, derde lid, 9, eerste lid, 11, 13, 16, tweede lid, 19, 20, derde lid, en 21, tweede lid, van de IJkwet;

De Raad van State gehoord (advies van 15 augustus 1997, nr. W10.97.0514);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Economische Zaken van 25 november 1997, nr. 97070628 WJA/W;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Voor het bij of krachtens dit besluit bepaalde wordt verstaan onder:

  • a. kilowattuurmeters: de éénfasewisselstroom- en de draaistroommeters, ingericht voor het meten van elektrische energie bij een spanning, niet groter dan 600 V;

  • b. inductiekilowattuurmeters: de kilowattuurmeters, waarvan de werking berust op het beginsel van inductie, met uitzondering van de overschrijdingsmeters, de meters met maximumaanwijzing en de meters, ingericht om te worden aangesloten op meettransformatoren;

  • c. statische kilowattuurmeters: de kilowattuurmeters, die hoofdzakelijk zijn opgebouwd uit elektronische componenten, met uitzondering van de meters, die blijkens een daarop aangebrachte aanduiding uitsluitend bestemd zijn om te worden aangesloten op meettransformatoren;

  • d. de wet: de IJkwet.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 Het is degenen, die in de uitoefening van een bedrijf elektrische energie bij een spanning, niet groter dan 600 V, aan verbruikers daarvan verstrekken, verboden op plaatsen, gebruikt of mede gebruikt tot dat verstrekken, te bezitten:

    • a. andere dan met de wet of de ter uitvoering daarvan genomen koninklijke besluiten overeenkomstige inductiekilowattuurmeters of statische kilowattuurmeters;

    • b. aan keuring of herkeuring onderworpen inductiekilowattuurmeters of statische kilowattuurmeters, welke van een afkeuringsmerk of welke niet van de vereiste ijkmerken zijn voorzien.

  • 2 Het is degenen, die in de uitoefening van een bedrijf elektrische energie bij een spanning, niet groter dan 600 V, aan verbruikers daarvan verstrekken, verboden op plaatsen, gebruikt of mede gebruikt tot dat verstrekken, ter bepaling van hoeveelheden energie bij vorenbedoelde spanning gebruik te maken van:

    • a. andere voorwerpen dan:

      • 1°. met de wet of de ter uitvoering daarvan genomen koninklijke besluiten overeenkomstige inductiekilowattuurmeters of statische kilowattuurmeters, of

      • 2°. kilowattuurmeters, waarvan de werking berust op het beginsel van inductie, voor zover het betreft overschrijdingsmeters, meters met maximumaanwijzing of meters, ingericht om te worden aangesloten op meettransformatoren, of

      • 3°. kilowattuurmeters, die hoofdzakelijk zijn opgebouwd uit elektronische componenten, voor zover het betreft meters, die blijkens een daarop aangebrachte aanduiding uitsluitend bestemd zijn om te worden aangesloten op meettransformatoren;

    • b. inductiekilowattuurmeters of statische kilowattuurmeters in strijd met de voorschriften, gegeven krachtens het bepaalde in het zesde lid van artikel 6 van de wet;

    • c. inductiekilowattuurmeters of statische kilowattuurmeters ten aanzien waarvan de daarvoor ingevolge de wet of de ter uitvoering daarvan genomen koninklijke besluiten voorgeschreven keuring of herkeuring niet heeft plaatsgehad;

    • d. inductiekilowattuurmeters of statische kilowattuurmeters, welke van een afkeuringsmerk zijn voorzien of welke niet van de vereiste ijkmerken zijn voorzien;

    • e. inductiekilowattuurmeters of statische kilowattuurmeters in strijd met het bepaalde in artikel 11, vierde lid, onder b, of artikel 16, tweede lid, van de wet;

    • f. inductiekilowattuurmeters of statische kilowattuurmeters, die bij een onderzoek door toezichthouders ingevolge artikel 5:18 van de Algemene wet bestuursrecht niet aan de daarvoor bij of krachtens artikel 6 van de wet gegeven voorschriften blijken te voldoen doch niet van een afkeuringsmerk als in artikel 29c van de wet bedoeld zijn voorzien, voor zover die kilowattuurmeters nadien niet alsnog zijn goedgekeurd;

    • g. inductiekilowattuurmeters of statische kilowattuurmeters, die bij de herkeuring niet zijn goedgekeurd en daarbij ingevolge het krachtens artikel 14, vierde lid, van de wet bepaalde niet van een afkeuringsmerk zijn voorzien, voor zover die kilowattuurmeters nadien niet alsnog zijn goedgekeurd.

  • 3 Als meetinstrumenten, ten aanzien waarvan artikel 19 van de wet geldt, worden aangewezen de inductiekilowattuurmeters en de statische kilowattuurmeters.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Het bepaalde in artikel 2 is niet van toepassing met betrekking tot kilowattuurmeters die op het tijdstip van inwerkingtreding van het koninklijk besluit van 5 februari 1970, houdende toepassing van de artikelen 6, vijfde lid, 7, derde lid, onder b, 8, derde lid, 20, derde lid, 21, tweede lid, en 27, derde lid, van de IJkwet ten aanzien van kilowattuurmeters (Stb. 33), reeds in de handel zijn gebracht en voldoen aan de voor kilowattuurmeters krachtens artikel 2, tweede lid, van het IJkreglement door de Minister van Economische Zaken gegeven voorschriften omtrent de meeteigenschappen bij het onderzoek, bedoeld in artikel 16 van de wet.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Ten aanzien van de kilowattuurmeters, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onder a, 3°, die niet zijn aangesloten op meettransformatoren en waarvan door degenen, die in de uitoefening van een bedrijf elektrische energie, bij een spanning, niet groter dan 600 V, aan verbruikers daarvan verstrekken, op plaatsen, gebruikt of mede gebruikt tot dat verstrekken, ter bepaling van hoeveelheden energie bij vorenbedoelde spanning gebruik wordt gemaakt, gelden de artikelen 2 tot en met 23 van het IJkreglement en de verbodsbepalingen van artikel 2, tweede lid.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Na de inwerkingtreding van dit besluit berusten de krachtens het koninklijk besluit van 5 februari 1970, houdende toepassing van de artikelen 6, vijfde lid, 7, derde lid, onder b, 8, derde lid, 20, derde lid, 21, tweede lid, en 27, derde lid, van de IJkwet ten aanzien van kilowattuurmeters (Stb. 33), vastgestelde regels en andere besluiten op dit besluit.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Het koninklijk besluit van 5 februari 1970, houdende toepassing van de artikelen 6, vijfde lid, 7, derde lid, onder b, 8, derde lid, 20, derde lid, 21, tweede lid, en 27, derde lid, van de IJkwet ten aanzien van kilowattuurmeters (Stb. 33), wordt ingetrokken.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 1 december 1997

Beatrix

De Minister van Economische Zaken,

G. J. Wijers

Uitgegeven zestiende december 1997

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager