Wet van 14 februari 1998, houdende regeling van de samenstelling en de werkzaamheden
van de Staatscommissie tot voorbereiding van de te nemen maatregelen ter bevordering
van de codificatie van het internationaal privaatrecht, ingesteld bij koninklijk besluit
van 20 februari 1897, Stcrt. 1897, nr. 46 (Wet op de Staatscommissie voor het internationaal
privaatrecht)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is in verband met artikel 79 van de Grondwet, in samenhang met de Kaderwet adviescolleges, regels te stellen met betrekking tot de samenstelling en de werkzaamheden van de
Staatscommissie tot voorbereiding van de te nemen maatregelen ter bevordering van
de codificatie van het internationaal privaatrecht, ingesteld bij koninklijk besluit
van 20 februari 1897, Stcrt. 1897, nr. 46;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: