3.1. Relatie Belastingdienst/gemachtigde
[Regeling vervallen per 14-12-2011]
Ingevolge artikel 8 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (hierna: AWR) is een
ieder die is uitgenodigd tot het doen van aangifte, gehouden aangifte te doen door
onder meer de in de uitnodiging gevraagde gegevens duidelijk, stellig en zonder voorbehoud
in te vullen, te ondertekenen en in te leveren of toe te zenden. Voor het voldoen
aan de aangifteplicht maakt het geen verschil of de aangifte wordt ingezonden door
de belastingplichtige zelf of door zijn gemachtigde. Evenmin is van belang of de aangifte
schriftelijk wordt gedaan of op elektronische wijze. Ingevolge artikel 6 van de AWR
is het in alle gevallen de (vermoedelijk) belastingplichtige die wordt uitgenodigd
tot het doen van aangifte, zodat de (vermoedelijk) belastingplichtige derhalve is
gehouden op de voorgeschreven wijze aangifte te doen.
Op grond van artikel 41 e.v. van de AWR, betreffende de vertegenwoordiging van de
belastingplichtige, in samenhang met de civiele regelgeving ter zake, kan een belastingadviseur
of accountant namens de belastingplichtige een aangifte ondertekenen. In dat geval
wordt de ondertekening van de aangifte geacht te zijn verricht door de belastingplichtige.
De belastingplichtige blijft dus verantwoordelijk voor de juistheid van zijn aangifte.
Dat de in het belastingrecht geldende regels inzake de vertegenwoordiging evenzeer
ten aanzien van (het doen van) de aangifte van toepassing zijn, ongeacht of deze aangifte
op elektronische dan wel op schriftelijke wijze plaatsvindt, is al eerder genoemd
in de nota naar aanleiding van het verslag op het wetsvoorstel elektronische aangifte
(kamerstukken II, 1995/96, 24 341, nr. 5, blz. 5).
Een en ander heen tot gevolg dat bij onjuistheid of onvolledigheid van de aangifte,
de Belastingdienst de belastingplichtige daarvoor in fiscaal-bestuursrechtelijke zin
verantwoordelijk houdt. Daarbij is niet van belang of een aangifte door de belastingplichtige
zelf of een gemachtigde namens de belastingplichtige is ondertekend.
Overigens gaat de Belastingdienst bij het gebruik van EDltax in het algemeen ervan
uit, net als bij de papieren aangifte, dat een door een belastingadviseur of accountant
ingezonden aangifte namens de belastingplichtige is verzorgd. Dit uitgangspunt vindt
zijn grondslag in het civiele recht waarbij op basis van gebleken feiten en omstandigheden
mag worden aangenomen dat sprake is van (gewekte schijn van) vertegenwoordiging.