Artikel I. Wijziging van de Wet op het primair onderwijs
[Red: Wijzigt de Wet op het primair onderwijs.]
Artikel II. WIjziging van de Wet op de expertisecentra
[Red: Wijzigt de Wet op de expertisecentra.]
Artikel III. Overgangsbepaling toedeling gemeentelijke middelen
-
1 In afwijking van de artikelen 173 van de Wet op het primair onderwijs en 159 van de Wet op de expertisecentra ontvangt iedere gemeente, voor zover die daarvoor in aanmerking komt op grond van
dit artikel, met ingang van 1 augustus volgend op de datum van uitgifte van het Staatsblad
waarin deze wet wordt geplaatst, voor een periode van vier jaar een specifieke uitkering
ten behoeve van onderwijs in allochtone levende talen. De uitkering wordt per jaar
verstrekt.
-
3 Het bedrag, bedoeld in het tweede lid, onder a, wordt per 1 augustus 1999, 1 augustus
2000 en 1 augustus 2001, telkens te rekenen met het laatstelijk aangepaste bedrag,
bij ministeriële regeling aangepast aan de ontwikkeling van de gemiddelde personeelslasten
van leerkrachten in het basisonderwijs, speciaal onderwijs en voortgezet speciaal
onderwijs in het voorafgaande kalenderjaar.
-
4 Het bedrag, bedoeld in het tweede lid, onder b, wordt per 1 augustus 1999, 1 augustus
2000 en 1 augustus 2001, telkens te rekenen met het laatstelijk aangepaste bedrag,
bij ministeriële regeling aangepast aan de prijsontwikkeling, overeenkomstig de prijsmutatie
van de netto materiële consumptie, zoals opgenomen in de Macro Economische Verkenning,
die naar verwachting zal optreden tussen het prijsniveau in het jaar voorafgaand aan
het jaar waarin het bedrag wordt aangepast, en het jaar waarin het bedrag wordt aangepast.
-
5 De specifieke uitkering en de aanpassingen, bedoeld in het derde en vierde lid, kunnen
jaarlijks worden gewijzigd, onderscheidenlijk geheel of gedeeltelijk achterwege worden
gelaten, voor zover de toestand van 's Rijks kas dat noodzakelijk maakt.
Artikel IV. Overgangsbepaling inwerkingtreding Awb derde tranche
[Vervallen per 11-05-2001]
Artikel V. Overgangsbepaling bezwaar en beroep
Op bezwaar en beroep met betrekking tot de toepassing van de artikelen 10, 100, derde
lid, en 116 van de Wet op het basisonderwijs en 18, 97, derde lid, en 111 van de Interimwet
op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs, ingesteld voor 1 augustus
volgend op de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst,
of ingesteld na die datum 1 augustus doch binnen de bezwaartermijn onderscheidenlijk
de beroepstermijn, dan wel ingesteld na die datum en na afloop van de termijn voor
zover daarbij artikel 6:11 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is verklaard, blijven de op de dag vóór de in deze volzin bedoelde
datum 1 augustus geldende voorschriften van toepassing.
Artikel VI. Overgangsbepaling handhaven oude voorschriften
De artikelen 10, 100, derde lid, en 116 van de Wet op het basisonderwijs en 18, 97,
derde lid, en 111 van de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal
onderwijs blijven van toepassing op de tijdvakken waarvoor zij gelding hadden.
Artikel VII. Overgangsbepaling meetellen van aan allochtone levende talen bestede
tijd
Indien in het schooljaar, voorafgaande aan de inwerkingtreding van de artikelen I,
onderdeel C, en II, onderdeel C, van deze wet, op een school onderwijs in eigen taal
en cultuur als bedoeld in artikel 10 van de Wet op het basisonderwijs en artikel 18
van Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs wordt
gegeven, worden in het daarop volgende schooljaar, in afwijking van artikel 110h,
tweede lid, van de Wet op het basisonderwijs, onderscheidenlijk artikel 106g van de
Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs, van de
tijd die wordt besteed aan het onderwijs in allochtone levende talen, ten hoogste
50 uren meegeteld voor het aantal uren onderwijs dat de leerlingen krachtens artikel
11, vijfde lid, van de Wet op het basisonderwijs, onderscheidenlijk artikel 19, zevende
lid, van de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs,
ten minste moeten ontvangen.
Artikel VIII. Eerste vaststelling plan inzake onderwijs in allochtone levende talen
Het plan inzake onderwijs in allochtone levende talen of een besluit omtrent de verdeling
van middelen indien wordt afgezien van vaststelling van het plan, bedoeld in de artikelen
110g van de Wet op het basisonderwijs en 106f van de Interimwet op het speciaal onderwijs
en het voortgezet speciaal onderwijs, wordt voor de eerste maal vastgesteld vóór 1
augustus volgend op de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin deze wet wordt
geplaatst.
Artikel IX. Ministeriële regeling voor invoering van de wet
Voor zover deze wet daarin niet voorziet, alsmede indien nodig in afwijking van het
bij en krachtens deze wet bepaalde, kunnen tot en met het schooljaar volgend op de
inwerkingtreding van deze wet bij ministeriële regeling regels worden gesteld ten
behoeve van een goede invoering van de door deze wet gewijzigde of toegevoegde bepalingen
van de Wet op het basisonderwijs en de Interimwet op het speciaal onderwijs en het
voortgezet speciaal onderwijs. Ten behoeve van de goede invoering van de in de eerste
volzin bedoelde gewijzigde of toegevoegde bepalingen kan bij ministeriële regeling
tot en met het schooljaar volgend op de inwerkingtreding van deze wet eveneens worden
afgeweken van het overigens bepaalde bij en krachtens de in die volzin genoemde wetten.
Artikel X. Wijziging van de Wet gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid
[Red: Wijzigt de wet van 15 mei 1997, Stb. 237, tot wijziging van onder meer de Wet
op het basisonderwijs, de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal
onderwijs en de Wet op het voortgezet onderwijs inzake het gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid.]
Artikel XI. Nadere wijziging WPO, WEC en WVO
[Red: Wijzigt de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de
Wet op het voortgezet onderwijs.]
Artikel XII. De monitoring van de wetgeving voor het onderwijs in allochtone levende
talen
Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen draagt zorg voor de monitoring
van de in deze wet opgenomen wetgeving voor het onderwijs in allochtone levende talen.
Artikel XIII. Inwerkingtreding
-
1 Deze wet treedt met uitzondering van de artikelen I, onderdelen C, E, J en K, eerste lid, en II, onderdelen C, E, J en K, eerste lid, in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin
zij wordt geplaatst, met dien verstande dat
-
a. besluiten over het onderwijs in allochtone levende talen voor het eerst betrekking
hebben op de periode vanaf 1 augustus volgend op de datum van uitgifte van het Staatsblad
waarin deze wet wordt geplaatst, en
-
b.
artikel X vervalt indien deze wet op of na 1 augustus 1998 in het Staatsblad wordt geplaatst.
-
2 De artikelen I, onderdelen C, E, J en K, eerste lid, en II, onderdelen C, E, J en K, eerste lid, treden in werking op 1 augustus volgend op de datum van uitgifte van het Staatsblad
waarin deze wet wordt geplaatst.